Sinds 1978 doe ik onderzoek naar de ecologie en biogeografie van ééncellige organismen in de poolgebieden, meer bepaald geschaalde amoeben (thecamoeben) en diatomeeën.
De onderzoeksvragen hebben betrekking op het hoe en waarom van het voorkomen van gemeenschappen van deze organismen in de polaire gebieden en hun reactie op klimatologische schommelingen. Zo zijn er soorten die enkel in de Arctis voorkomen. Wanneer zijn ze als soort ontstaan, hoe hebben ze zich verspreid? Welke rol heeft de laatste ijstijd hierin gespeeld? Hoe zullen deze gemeenschappen reageren wanneer er minder of meer sneeuw valt en de lengte van het vegetatieseizoen verandert?
Deze onderzoeksvragen worden uitgediept via veldonderzoek in de poolgebieden. Hierbij wordt materiaal verzameld, metingen uitgevoerd en experimenten opgezet. Meestal gebeurt dit in de zomerperiode, maar ook wel eens in de winter.
Vanaf mijn eerste expeditie in Groenland in 1978 heeft het poollandschap een onuitwisbare indruk op mij gemaakt. Deze indruk groeide uit tot een passie voor deze gebieden. Ik probeer dit uit te dragen naar een breed publiek via o.m. het schrijven van populair-wetenschappelijke boeken over het Noordpoolgebied. Mijn laatste boek The Future Polar Bear behandelt de impact van de huidige opwarming op het zee-ijs ecosysteem.