De opbouw van heel wat vakken bestaat eruit dat de studenten tijdens de les nieuwe vakinhouden aangereikt krijgen door de lesgever, waarna ze deze thuis verder moeten verwerken in oefeningen of opdrachten. Vaak situeren de leerdoelen zich grotendeels op hogere verwerkingsniveaus zoals toepassen en analyseren. Het doel van de thuisopdrachten is dan om hier ook actief aan te werken. Het paradoxale van de traditionele lesopbouw is echter dat studenten tijdens deze cruciale fase van het leren geen begeleiding hebben van een fysiek aanwezige lesgever, terwijl dit tijdens de eerste, meer feitelijke fase – namelijk het verwerven van de nieuwe kennis – wel het geval is.

Bij de flipped classroom (soms ook inverted classroom genoemd) wordt deze lesstructuur omgedraaid. Voorafgaand aan de les verwerken studenten de leerinhoud zelfstandig, waardoor de contactmomenten gebruikt kunnen worden voor het verder verwerken van de leerinhouden tijdens oefeningen en opdrachten onder begeleiding van de lesgever. In deze tip geven we input hoe u een dergelijke flipped classroom in uw onderwijs kan integreren.
 

Niets nieuws

Het idee dat achter deze methode zit is niet nieuw. Bij werkvormen zoals werkcolleges, interactiecolleges en practica verwacht de docent ook dat studenten zich zelfstandig voorbereiden. In het contactmoment wordt de voorbereiding vervolgens actief behandeld. De term “flipped classroom” reflecteert dan ook eerder de nieuwe mogelijkheden die technologie biedt bij de zelfstandige voorbereiding dan een radicaal nieuw didactisch idee.
 

De didactische puzzel

De flipped classroom is een onderwijsmethode naast andere onderwijsmethodes. Dat betekent dat ook voor de flipped classroom de didactische puzzel moet kloppen. Nagaan welke doelen u wil bereiken met de methode, hoe u de leerdoelen actief gaat oefenen via de flipped classroom-methode en welke (formatieve of summatieve) toetsing u gaat opbouwen is ook hier een must (de zogenaamde constructieve afstemming / constructive alignment). Concreet betekent dit dat u zich de volgende vragen moet stellen (rekening houdend met te bereiken doelen):

  • Wat gaat u studenten in de voorbereiding laten doen (bv. oefeningen laten maken, laten reageren op een stelling, een theorie bestuderen)?
  • Welke technologische hulpmiddelen gaat u hierbij eventueel aanbieden ter ondersteuning (bv. weblectures, discussiefora, …) en hoe kunnen deze helpen?
  • Wat gaat u vervolgens doen in de contactmomenten (bv. feedback geven, oefeningen maken,…)?
  • En hoe legt u duidelijk de link tussen de voorbereiding en de contactmomenten zodat de studenten de zinvolheid ervan inzien om op voorhand te gaan werken? (motivatie)
     

Waar moet je rekening mee houden?

Hierboven werd het al kort aangeraakt: er is veel variatie mogelijk bij de flipped classroom aanpak en dat zowel bij de voorbereiding als in het contactmoment zelf. Hieronder gaan we dieper in op een aantal vragen die hierbij naar boven kunnen komen.

De voorbereiding

  • In welke vorm gaat u leerinhoud aanbieden? Vaak gebeurt dit in de vorm van screencasts die uw studenten gaan doornemen, maar dit is niet steeds noodzakelijk. U kan ook leerinhoud aanbieden door studenten zelfstudiepakketten, een syllabus of een reader met verschillende artikels te laten bestuderen (of een combinatie van deze leermaterialen).
     
  • Gaat het bestuderen van leerinhoud activerend gebeuren? U kan studenten vragen om leerinhoud zelfstandig te bestuderen, waarna ze dit elk op hun eigen manier kunnen doen. Een sterke aanvulling hierbij is om een of meerdere quizzen te integreren in het leermateriaal. Dit heeft meerdere voordelen: het geeft de studenten de mogelijkheid om hun beheersing van de leerinhouden te testen, het verschaft jou als lesgever een algemene indruk van de mate waarin de les werd voorbereid en het zorgt voor een verhoging van de motivatie bij de studenten (Spanjers e.a., 2015). Een alternatief is om studenten bovenop de leerinhoud ook (een) opdracht(en) mee te geven. Hierbij moeten studenten eerst de leerinhoud doornemen om vervolgens de opdracht tot een goed einde te kunnen brengen. Zo hebben ze reeds een eerste stap in de richting van de meer uitgebreide en moeilijkere opdrachten die tijdens de les aan bod komen. Belangrijk is wel om hierbij steeds rekening te houden met de totale studiebelasting van uw studenten.
     
  • Gaat de voorbereiding individueel of eerder interactief zijn door interactie tussen medestudenten? Uiteraard heeft dit gevolgen voor de invulling van uw leeromgeving.  Indien u interactie wilt stimuleren is er, bijvoorbeeld, een discussieforum nodig waar studenten kunnen reageren op een stelling die u vooropstelt of waar ze vragen aan elkaar kunnen stellen. Een essentieel element om dit te doen slagen is wel dat u als lesgever dit actief stimuleert en opvolgt.
     
  • Moet u steeds nieuwe screencasts opnemen? Wanneer een screencast geschikt blijkt om zijn doel te bereiken, kan u deze nadien opnieuw gebruiken. Hoewel het maken van een goede screencast tijd vraagt, kan u hierdoor tijdens de volgende jaren hiervan ook meermaals de vruchten plukken. Naast zelfgemaakt filmmateriaal is er een ruim aanbod vrij te verkrijgen op het internet, dat u vervolgens kan inzetten binnen uw eigen leeromgeving (zie ook ECHO-tips 83 en 84).
     

Het contactmoment

Het doel van een flipped classroom, is om het contactmoment zo activerend mogelijk te maken en expliciet te werken in de richting van de toepassingsgerichte leerdoelen van uw vak. Het doel is dus om de verworven leerinhouden te laten toepassen door het maken van oefeningen en opdrachten. Ook hierbij duiken een aantal vragen op:

  • Moet u de leerinhouden herhalen aan het begin van de les? Zeker niet! Indien u dit stelselmatig toch doet, zal het gevolg immers zijn dat de noodzaak om het voorbereidend werk thuis te doen, wegvalt. Wel kan u kort ingaan op vragen van studenten (die ze eventueel op voorhand al via het forum kunnen aanleveren) of kort dieper ingaan op een enkele moeilijkere aspecten van de leerstof.
     
  • Wat is uw rol als lesgever tijdens het contactmoment? Essentieel is dat de leeractiviteiten tijdens de les studentgecentreerd zijn. De studenten moeten zelf actief aan de slag met de leerinhouden, waardoor de rol van de lesgever eerder coachend en begeleidend wordt. Uiteraard is er hierbinnen nog heel wat variatie mogelijk, gaande van een louter coachende rol tot een combinatie van begeleiden tijdens de opdrachten en het geven van klassikale feedback tussen de opdrachten.
     
  • Ga ik individuele of groepsopdrachten geven? Dit hangt uiteraard sterk af van de leerdoelen die u wil bereiken. Wel heeft onderzoek al herhaaldelijk aangetoond dat samenwerken een erg positieve invloed kan hebben op het leerproces.
     
  • Hoe ga ik het lesmoment afsluiten? Hierbij kunnen verschillende elementen aan bod komen: kort ingaan op moeilijkheden die tijdens de opdrachten naar boven kwamen; hernemen van de leerdoelen van het contactmoment; vooruitblik naar de thuisopdracht voor volgend contactmoment.

Meer weten?

ECHO-onderwijstips:

ExpertiseCentrum Hoger Onderwijs (2013). Vijftig onderwijstips. Antwerpen-Apeldoorn: Garant. (Voor personeelsleden UAntwerpen hier online raadpleegbaar):

  • Tip 50: constructieve afstemming tussen leerdoelen, onderwijsomgeving en toetsing

DeLozier, S. J., & Rhodes, M. G. (2017). Flipped Classrooms: a Review of Key Ideas and Recommendations for Practice. Educational Psychology Review, 29(1), 141-151.

Låg, T., & Sæle, R. G. (2019). Does the Flipped Classroom Improve Student Learning and Satisfaction? A Systematic Review and Meta-Analysis. AERA Open, 5(3), 1-17.

Marinissen, J., & van Andel, S. G. (2012). Weblectures, een verrijking van het onderwijs. Ervaringen met verschillende varianten van weblectures in het hoger onderwijs. Onderzoek van Onderwijs, 41, 29-33.

Spanjers, I. A. E., Könings, K. D., Leppink, J., Verstegen, D. M. L., de Jong, N., Czabanowska, K., & van Merriënboer, J. J. G. (2015). The promised land of blended learning: Quizzes as a moderator.Educational Research Review, 15, 59-74.

Talbert, R. (2017). Flipped Learning: A Guide for Higher Education Faculty. Sterling, Virginia: Stylus Publishing, LLC.

Vaastra, R., Heringa, A., & Adriaans, P. (2013). Videofragmenten, een effectieve aanvulling? Onderzoek van Onderwijs, 42, 17-21.

van Alten, D. C. D., Phielix, C., Janssen, J., & Kester, L. (2019). Effects of Flipping the Classroom on Learning Outcomes and Satisfaction: a Meta-Analysis. Educational Research Review, 28.

Aan de Universiteit Antwerpen wordt de mediasite desktop recorder gebruikt voor het opnemen van weblectures.

 (onderwijstip november 2019: herwerking van onderwijstip februari 2015)