Spurensicherung im Zeichen des Verlorenen: Zur aktuellen Poetik des Familienalbums in Literatur und Kunst
donderdag 17 februari 2005
Dr. Annegret Pelz - Universität Paderborn
Am Ende des 20. Jahrhunderts organisiert sich die Spurensicherung Dislozierter um das Album als letztem Besitz (Sebald, Kabakov, Ignatieff, Genazino, Blasband). Dabei ist die Suche keinesfalls auf ein neutrales Gedächtnismedium gerichtet. Wie jedes Erbe entfaltet auch das Fotoalbum sein Wissen im Zwischenraum von Magie und Geschichtlichkeit. Der Vortrag will zur Entzifferung albenspezifischer Ordnungen beitragen, die aus dem Punktnetz der filtrierenden und springenden Gedächtnisbilder der Fotografie hervorgehen. Zu unterscheiden sind Albengebräuche im militärischen Kontext ("Auschwitz Album", Bilder von Abu Ghraib) von einer Poetik des Albums, die Entsubjektivierung und Unarchivierbarkeit bezeugen will (Lili Jacob, Mosès, Aichinger, Ugrešić).
Annegret Pelz, PD Dr., lehrt an der Universität Paderborn, Fakultät für Kulturwissenschaften, Fachbereich Germanistik / Allgemeine Literaturwissenschaften. Zahlreiche Veröffentlichungen zur Literatur des 18. - 20. Jahrhunderts (Exil, Migration, kulturelle Fremde, EuropaDiskurs, Ausstellen und Erinnern, deutsch-österreichische Literaturbeziehungen). Forschungsschwerpunkte zur kulturellen Inszenierung des Schreibens: Tischszenen. Inszenierung und Verräumlichung des Schreibens in der Moderne (Rombach 2005); zu Reiseliteratur und Raumerfahrung: Reisen durch die eigene Fremde (Böhlau 1993).
Littérature et mysticisme: l'oeuvre en yiddisch et en hébreu d'Aaron Zeitlin
donderdag 24 februari 2005
Dr. Yitskhok Niborski - Bibliothèque Medem, Paris
Aaron Zeitlin (1898-1973) est, parmi les écrivains juifs du 20e siècle, celui qui incarne mieux que tout autre la synthèse et la tension entre l'héritage mystique du hassidisme et la création littéraire moderne. Fils du célèbre penseur religieux Hillel Zeitlin, il vécut dans sa jeunesse à Varsovie. Se trouvant par hasard en Amérique en 1939, il survécut au génocide où il perdit toute sa famille. Dans sa poésie de jeunesse on trouve tant une quête spirituelle personnelle qu'une tentative d'exprimer poétiquement une conception mystique de l'histoire. Son œuvre théatrale (1929-1939) explore surtout les rapports entre ladite conception et les réalités politiques contemporaines. Après le génocide, ses poèmes et poèmes dramatiques, tant en yiddish qu'en hébreu, expriment un déchirement constant entre foi et désespoir.
Yitskhok Niborski est né à Buenos Aires (Argentina) en 1947. Installé en France depuis 1979, il enseigne la langue et la littérature yiddish à l'Institut de Langues et civilisations orientales, à l'Université Paris 7 et à la Maison de la Culture Yiddish - Bibliothèque Medem, dont il est l'un des animateurs. Co-auteur de plusieurs dictionnaires du yiddish, il a publié nombre d'articles consacrés à sa spécialité en yiddish, espagnol et français. Il a participé à des séminaires consacrés au yiddish dans des institutions universitaires d'Oxford, New York, Bruxelles, Moscou, Bolonia et Los Angeles.
Séminaire Jiddisch II "di mesjolim foen eliëzer steinbarg - de fabels van Eliëzer Steinbarg"
Samuel Joseph Agnon: Begegnungen in Deutschland (1913-1924)
donderdag 3 maart 2005
Prof. dr. Gerold Necker - Martin Luther Universiät Halle
Der israelische Schriftsteller S.J. Agnon (1888-1970) erhielt 1966 zusammen mit Nelly Sachs den Nobelpreis für Literatur. In seinem Werk behandelt er die konfliktreiche Beziehung zwischen der Welt des traditionellen Judentums und den Erfahrungen der Moderne. Die lange Zeit, die Agnon - bedingt durch den Ausbruch des Ersten Weltkriegs - in Deutschland verbrachte, prägte sein Leben und seine Literatur. Er knüpfte wichtige Freundschaften an (Salman Schocken, Gershom Scholem), heiratete die aus einer berühmten Familie stammende Esther Marx und beschrieb in seinen hebräischen Erzählungen und Romanen immer wieder das facettenreiche Bild des deutschen Judentums dieser Zeit. S.J. Agnon wird in diesem Vortrag nicht nur als begehrtes Mitglied literarischer Zirkel, sondern vor allem als genauer Beobachter der wechselvollen Episode zwischen seiner Ankunft in Berlin und seiner Rückkehr nach Jerusalem vorgestellt.
Gerold Necker: Studium in Tübingen, Köln, Berlin und Jerusalem, Promotion (1999) im Fach Judaistik an der Freien Universität Berlin, danach Hochschulassistent am Seminar für Judaistik in Frankfurt am Main sowie Kurt-David-Brühl-Gastprofessor an der Universität Graz. Seit 2002 Dozent für Jüdische Studien an der Martin-Luther-Universität Halle-Wittenberg. Forschungsschwerpunkte: Jüdische Mystik und Geschichte in Mittelalter und Früher Neuzeit, Amsterdam im 17. Jahrhundert sowie das erzählerische Werk von S.J. Agnon. Publikationen (Auswahl): S.J. Agnon, Das Buch der Taten, Frankfurt a.M. 1995; S.J. Agnon, Liebe und Trennung, Frankfurt a.M. 1996; Das Buch des Lebens: Edition, Übersetzung und Studien, Tübingen 2001.
'How Hollywood Invented the Jews': joodse assimilatie in de films van Al Jolson
donderdag 10 maart 2005
Dr. Tom Paulus - Universiteit Antwerpen
Met de publicatie in 1988 van het boek van Thomas Schatz, The Genius of the System, was het voor elke filmhistoricus duidelijk dat het creatieve zwaartepunt van de Amerikaanse filmgeschiedenis niet te situeren was bij de individuele 'auteurs' maar bij het tegelijk gestandaardiseerde en gedifferentieerde studiosysteem. Met de publicatie van het boek van Neal Gabler, An Empire of Their Own: How the Jews Invented Hollywood, uit datzelfde jaar was het voor diezelfde historicus ook duidelijk dat het studiosysteem de uitvinding was van een aantal joodse pioneers: Adolph Zukor, William Fox, Louis B. Mayer, Carl Laemmle, Harry Cohn, de Warner broers. Deze lezing zet de vaststelling van Gabler op zijn kop en peilt naar de aanwezigheid van joodse thema's vooral in de output van Warner Brothers tijdens de vroege dagen van de geluidsfilm, toen de films van variétéster Al Jolson de box office aanvoerden, en joods-Amerikaanse identiteit werd geconstrueerd als een dynamiek tussen traditie en moderniteit, 'same' en 'other', blank en zwart, etnisch en WASP. De lezing wordt geïllustreerd met fragmenten uit o.a. The Jazz Singer (1927) en The Singing Fool (1928).
Tom Paulus is docent Filmstudies en Beeldcultuur aan de Universiteit Antwerpen. Hij studeerde Germaanse Taal- en Letterkunde aan de Vrije Universiteit Brussel en English & American Literature en Cultural Studies aan New York University. Hij promoveerde aan de Universiteit Antwerpen met een proefschrift over de esthetiek en ethiek van het Amerikaanse sublieme. Tom Paulus was hoofdredacteur van het mediatijdschrift AS/Andere Sinema en programmator/lesgever bij het Filmmuseum Antwerpen. De voorbije jaren werkte hij ook als verantwoordelijke Film en Beeldmedia voor het Museum van Hedendaagse Kunst Antwerpen. Hij publiceerde uitvoerig over Amerikaanse film en cultuur en bereidt een boek voor over de invloed van het Amerikaanse pragmatisme op de films van Griffith, Ford en Chaplin.
The Cultural Significance of the Ghetto in Jewish History
donderdag 17 maart 2005
Prof. dr. David Ruderman - University of Pennsylvania
This presentation will deal with the meanings and functions that have been attributed throughout cultural and literary history to the phenomenon of the Jewish ghetto. Prof. David B. Ruderman will explore the complex tension between voluntary and forced segregation, and will highlight the shift from protective measure to threatening imprisonment in different European locations and eras.
David B. Ruderman is Joseph Meyerhoff Professor of Modern Jewish History at the University of Pennsylvania. He is the Director of the University of Pennsylvania's Center for Advanced Judaic Studies. He was educated at the City College of New York, the Teacher's Institute of the Jewish Theological Seminary of America, and Columbia University. He received his rabbinical degree from the Hebrew Union College-Jewish Institute of Religion in New York and his Ph.D. in Jewish History from Hebrew University in Jerusalem. Prior to taking his position at Pennsylvania, he held teaching positions at Yale University and the University of Maryland. At Maryland, he won the Distinguished Scholar-Teacher Award. Professor Ruderman is the author of numerous books, articles, and reviews. His works include Jewish Thought and Scientific Discovery in Early Modern Europe and Jewish Enlightenment in an English Key: Anglo-Jewry's Construction of Modern Jewish Thought, for which he received the Koret Book Award. His book, The World of a Renaissance Jew: The Life and Thought of Abraham B. Mordecai Farissol, was honored with the JWB National Book Award in Jewish History. Professor Ruderman is president of the American Academy for Jewish Research and is the recipient of a lifetime achievement award for his work in Jewish history from the National Foundation for Jewish Culture.
De geschiedenis van de Portugese joden in Nederland
donderdag 24 maart 2005
Dhr. Rudie Cortissos - Portugees Israëlitisch Kerkgenootschap Amsterdam
Deze voordracht schetst ons een beeld van de migratiegeschiedenis van een bevolkingsgroep die van groot belang is geweest en nog steeds is voor de joodse aanwezigheid in de Nederlanden. Cortissos verhaalt de geschiedenis en gebruiken van de Portugese joden in Nederland sedert hun komst eind 16e eeuw. Nadat in Spanje en Portugal de inquisitie van kracht werd, trokken joden vanuit het Iberisch schiereiland onder meer naar de Nederlanden. Omdat steden, zoals bijvoorbeeld Amsterdam, zich tolerant opstelden konden zij hun godsdienst blijven uitoefenen. Gewoonten, gebruiken sociale instellingen, de wereldberoemde bibliotheek Ets Haim, de sinds 1614 in gebruik zijnde begraafplaats in Ouderkerk aan de Amstel, synagogale gebruiken, taalgebruik, uitdrukkingen en kleding, invloed in het maatschappelijk en sociale leven in Nederland, relaties met het koningshuis en nog vele andere details zullen ter sprake komen. Uiteraard zal de nodige aandacht aan de holocaust worden besteed en aan de gevolgen daarvan die tot op de dag van vandaag voelbaar zijn. Tot slot zal Cortissos kort ingaan op ervaringen met de methodologische benadering van het genealogisch onderzoek.
Rudie Cortissos (1939) is overlevende van de Holocaust en een afstammeling van de eersten die zich in de noordelijke Nederlanden vestigden. Professioneel werkzaam in de farmaceutische industrie, gepensioneerd honorair consul van Tsjechië. Cortissos bekleedt reeds meer dan veertig jaar vele functies in joods Nederland, meer specifiek binnen de Portugees-joodse gemeenschap. Hij is voorzitter van het Portugees Israëlitisch Kerkgenootschap en voorzitter van de Stichting tot Instandhouding van Historische Joodse Begraafplaatsen. Hij verwierf belangrijke expertise in het domein van de Sefardische genealogie.
Stemmen uit de sjtetl: de herleving van de joodse cultuur en het Jiddisch in St.-Petersburg
donderdag 14 april 2005
Dr. Tjeerd de Graaf - Fryske Akademy Leeuwarden
In de wereld zijn veel minderheidstalen -en culturen bedreigd door de toenemende globalisering, waarbij enige wereldtalen (Engels, Russisch, Chinees) meer en meer worden gesproken. Bij velen dringt het besef door dat er alles aan gedaan moet worden om het cultuurbezit dat deze minderheidstalen vertegenwoordigen, te behouden. Sinds 1990 bestaat er een intensief samenwerkingsverband van de onderzoekgroep Fonetiek en Etnolinguistiek met de universiteit van St.Petersburg, waarbij oude geluidsopnames van minderheidstalen in Rusland worden gereconstrueerd en de talen, voor zover ze nog worden gesproken, worden opgetekend tijdens veldwerkexpedities. Eén van de uitgevoerde projecten betreft het Jiddisch, de taal die aan het begin van de 20ste eeuw nog door vele miljoenen mensen in Rusland werd gesproken. Oude geluidsopnames werden gereconstrueerd en moedertaalsprekers van het Jiddisch in St.Petersburg geïnterviewd. Deze lezing stelt niet alleen dit project en de resultaten (audiovisueel) voor, maar licht het geheel ook toe aan de hand van fragmenten van een documentaire uit de reeks "De laatste geluiden van een taal" (Friese Omroep).
Tjeerd de Graaf heeft zich sinds 1990 gespecialiseerd op het gebied van minderheidstalen in Rusland. In dat jaar nam hij deel aan een Japanse veldwerkexpeditie naar het eiland Sachalin, waar de taal van de oorspronkelijke bevolking werd bestudeerd. Sindsdien heeft hij meegewerkt aan verschillende onderzoeksprojecten met collega's in de Russische Federatie en Japan, die werden gefinancierd door de organisatie INTAS van de EU en de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek NWO. Eén van deze projecten, Stemmen uit de Sjtetl, had betrekking op het Jiddisch, terwijl op het ogenblik een groot project over de talen van de arctische volkeren, Stemmen uit de Toendra en Taiga, wordt uitgevoerd. In 1998 ontving hij een doctoraat Honoris Causa van de Universiteit van St.Petersburg voor dit werk. Sinds 2003 is hij bestuurslid van de Foundation for Endangered Languages en wetenschappelijk medewerker aan de Fryske Akademy in Leeuwarden, waar onderzoek wordt verricht naar taalminderheden in Europa. In 2003 was hij een semester gasthoogleraar aan de Universiteit van St.Petersburg en in 2004 werkte hij enige maanden aan het Slavic Rsearch Center in Sapporo (Japan).
Zionism's Orginial Dynamic Duo: theodor Herzl and Max Nordau
donderdag 12 mei 2005
Prof. Dr. Michael Berkowitz - University College Londen
Few people have had as great an impact on modern Jewish history as Theodor Herzl. In large part this is due to his charismatic leadership and actual accomplishments toward the nationalization of Jewry through Zionism. Yet the part Herzl played in Zionism also is attributable to the myths that grew around him, during and after his lifetime. Yet Herzl, as important as he was individually, was influenced and indebted to a number of colleagues who also shaped the incipient movement. The most important, by far, was Max Nordau - who is far less known than Herzl. This lecture will show that Herzl's legend was nurtured and expanded tremendously through the pairing of Herzl and Nordau as Zionist symbols, and through the often repeated legend that it was the friendship of these two towering figures that was at the heart of the movement. This was manifested in numerous ways - including projections of their image on pictures, postcards, and consumer products - and contributed to the making of a Jewish national consciousness as was previously unimaginable.
Michael Berkowitz was born in Rochester, New York, received his PhD from the University of Wisconsin (1989), as the final student of the late George L. Mosse. Currently he is Professor of Modern Jewish History in the Department of Hebrew and Jewish Studies at University College London (UCL). He is author of The Jewish Self-Image: American and British Perspectives, 1881-1939 (Reaktion Press and New York University Press, 2000), Western Jewry and the Zionist Project, 1914-1933 (Cambridge University Press, 1997; paperback, 2003), and Zionist Culture and West European Jewry before the First World War (Cambridge University Press, 1993; paperback: University of North Carolina Press, 1996). He is co-editor of Forging Modern Jewish Identities: Public Faces and Private Struggles (Valentine Mitchell, 2003) and editor of Nationalism, Zionism and Ethnic Mobilization in 1900 and Beyond (Brill, 2004). His current book in preparation is "The Crime of My Very Existence": The Nazi Obsession with 'Jewish Criminality'. He was a Charles H. Revson Foundation Fellow at the Institute for Advanced Holocaust Studies of the United States Holocaust Memorial Museum, in Washington, DC, and has held fellowships at Oxford University, the Leo Baeck Institute in New York, the American Jewish Archives in Cincinnati, the Wiener Library of Tel Aviv University, and the Hebrew University of Jerusalem.
Shaping the Holocaust Memory in Israeli Contemporary Fiction: a Second Generation?
donderdag 19 mei 2005 om 20.00 uur
Prof. dr. Efraim Sicher - Hebrew University of Jerusalem / Ben-Gurion University of the Negev
The "second generation" is a term used by clinical psychologists and therapists for the children of Holocaust survivors who have in various ways been affected by the after-effects of their parents' experience of deportation, forced labor, imprisonment in a concentration camp, or other forms of persecution by the Nazis. The latent damage was inflicted on the survivors' children through the intergenerational transmission of anxieties about food, fears of separation, expectancy of over-fulfillment, and constant reliving of traumatic experiences or, alternately, their repression. They are, as second-generation novelist Thane Rosenbaum puts it, maimed by history before their birth. And yet they come to that history without personal knowledge of it, as "vicarious witnesses" who "represent the past through modes of enactment-even reanimation-through which the self, the 'ego', the 'one who was not there', now takes on a leading role as an active presence." This talk examines the literary expression of second-generation novelists in Israel and the various ways in which these authors bear the psychological burden of the traumatic past and how is it worked through in their fiction.
Efraim Sicher is affiliated with the Ben-Gurion University of the Negev and is a Visiting Fellow at the Nezvlin Centre at the Hebrew University of Jerusalem. He has published widely on modern Jewish culture and Holocaust memory. His most recent book, The Holocaust Novel, is forthcoming at Routledge, New York. Editor of the volume on "Holocaust Novels" (2004) in the series Dictionary of Literary Biographies.
Schrijvers in ballingschap: Lion Feuchtwanger en Albert Drach
donderdag 26 mei 2005
Drs. Liesbeth Haagdorens - Universiteit Antwerpen
De grillige levenslijnen van de auteurs Lion Feuchtwanger en Albert Drach raken elkaar vluchtig in de grimmige omstandigheden van het verzamelkamp Les Milles in Zuid-Frankrijk in 1940. Hoewel beiden joods zijn, worden ze op basis van hun respectievelijk Duitse en Oostenrijkse afkomst geïnterneerd door de Franse autoriteiten. Een jaar eerder had de toen wereldvermaarde Lion Feuchtwanger de hoopvolle roman Exil gepubliceerd waarin een panoramische blik op de Duitse emigrantengemeenschap in het vooroorlogse Parijs verweven wordt met een messianistische geschiedenisopvatting. Na de Tweede Wereldoorlog verwoordde Albert Drach de traumatische ervaringen van de joodse vluchteling Peter Kucku in de roman Unsentimentale Reise (1966). Zowel vormelijk als inhoudelijk getuigt deze roman van de wonden van het clandestiene bestaan in een gecorrumpeerde en ontspoorde wereld. Door een vergelijking van beide romans wil deze lezing inzicht bieden in de zeer uiteenlopende manieren waarop literatuur de ballingschap tijdens het nationaal-socialisme herschrijft.
Liebeth Haagdorens studeerde Germaanse taal- en letterkunde (literatuur) aan de Universiteit Antwerpen. Sinds 2002 doctoreert zij aan het Instituut voor Joodse Studies (UA) met een literatuurwetenschappelijk onderzoek over de joods-Duitse Exilliteratur (1933-1945). Zij publiceerde recencies over literatuur en joodse cultuur in Leesidee/Leeswolf en Kakanien.
Colloquium Filosofie en Jodendom II
Colloquium Filosofie en Jodendom II: 'Hans Jonas - een filosofie van het leven'
woensdag 1 juni 2005