In podcast-reeks ‘Profcast’ laten we elke week een professor van de Faculteit Bedrijfswetenschappen en Economie aan het woord. Deze week: Barbara Briers!

Het onderzoek van professor Briers focust zich op voedingsperceptie

Barbara: "Ik kijk naar voedingsperceptie en hoe die evolueert van kind tot volwassenheid. Bij baby's en pasgeborenen is er een voorliefde voor zoete dingen. Dat is logisch: evolutionair gezien was het de beste overlevingsstrategie om op zoek te gaan naar hoog calorisch eten. Zeker in tijden van schaarste. 

Nu er geen schaarste meer is, hebben we nog altijd een voorliefde voor hoog calorische dingen. Dat leidt dan onder andere tot obesitas. In de Verenigde Staten hebben 2/3 van de kinderen overgewicht, dat is enorm. Normaal zou de voorliefde voor hoog calorische dingen moeten afnemen en de smaak voor bitterheid en groenten zich moeten ontwikkelen, maar omdat er zoveel bewerkte en zoete voeding is, blijven we in de voorkeur voor het zoete hangen. Je ontwikkelt dan de overtuiging dat het ongezonde, het zoete, lekker is en het gezonde, de groenten, niet lekker zijn."

Ouders spelen een belangrijke rol in die voedingsperceptie

Barbara: "Ouders die geloven dat gezond eten niet lekker is, gaan vaker externe beloningen gebruiken om het kind toch groenten te laten eten. Bijvoorbeeld: als je je broccoli eet, mag je nog een spelletje op de iPad spelen. Als je je appel eet, krijg je daarna een koekje. Daarmee wordt het gezonde eten in een negatief daglicht gesteld. Op lange termijn gaan kinderen dan een negatieve perceptie ontwikkelen tegenover de gezonde voeding. Het kind zal minder gezond eten en op lange termijn dan ook zwaarder zijn. Dat is niet makkelijk omkeerbaar." 

Ook marketeers spelen hierin een prominente rol

Barbara: "Vele producten bevatten claims op hun verpakking, zoals: 'dit product bevat minder suiker' of  'deze yoghurt bevat minder calorieën'. Dit zijn negatieve claims. Onderzoek heeft aangetoond dat consumenten die niet fijn vinden, maar toch gaat het merendeel van claims die richting uit. Andere, postievere, statements zoals 'hier zit meer vitamine in', 'dit bevat een extra product' zijn veel minder gebruikelijk."