Overstap van UHasselt naar UAntwerpen

Ook al zijn de vakken in de bachelor anders ingedeeld, toch zijn er inhoudelijk heel weinig verschillen. Je kan dus perfect aansluiten bij de master aan UAntwerpen. Voor enkele vakken zal je een kleine inhaalbeweging moeten maken.

• Voor het vak Kind en Ontwikkeling 1 komen UAntwerpen-lesgevers op het einde van je derde bachelor naar de UHasselt om een keuzevak te geven, zodat je voorbereid aan je master kan beginnen.
  
• Voor de Klinische lijn vaardigheden bespreken we samen in het begin van het jaar welke vaardigheden er nog missen, en spreken we af hoe we die inhalen. Dat kan bijvoorbeeld door extra oefenen met de studocs (student-docenten) en tijdens terugkomdagen.
  
• Je krijgt inhaallessen voor het onderzoek van de zuigeling, tapen en het behalen van een officieel reanimatieattest. 
• Voor klinisch redeneren krijg je een inhaalles in de eerste master aan UAntwerpen.

​​Je wordt een medisch expert ...

De eerste lijn die door het mastercurriculum loopt is de kennislijn. De kennis die je opdeed in de bachelor vul je verder aan. Natuurlijk fris je de kennis uit de bachelor ook nog op via zelfstudie, want die blijf je nodig hebben.

Je krijgt les in een semestersysteem waarbij je telkens 13 weken les hebt, gevolgd door een examenperiode. De lessen gaan door in een modulesysteem. Dat betekent dat we ons enkele weken aan een stuk verdiepen in een onderwerp. Je krijgt een mix van colleges, zelfstudie, opdrachten en casusbespreking. Voor meer informatie kan je de vakbeschrijvingen online nalezen.

De universiteit staat vlak naast het Universitair Ziekenhuis Antwerpen en dat voel je: een groot deel van je docenten komt rechtstreeks van de operatietafel of de consultatieruimte in het ziekenhuis. Omgekeerd zal jij ook regelmatig naar het UZA gaan: een werkcollege gaat soms door aan het bed van de patiënt in plaats van de campus.

In elk masterjaar krijg je ook telkens 3 studiepunten aan vrije ruimte, zodat jij je kan verdiepen in een onderwerp dat jou het meeste interesseert. Kies jij voor de infectieziekteweek (3 studiepunten) of ga je liever voor twee kleinere vakken?

… Met klinische vaardigheden

Typisch voor geneeskunde aan UAntwerpen is de sterke focus op klinische vaardigheden. Naast een stevige theoretische basis leren we jou in de kennislijn ook hoe je een vaardige communicator wordt en hoe je klinisch onderzoek tot de puntjes uitvoert. Oefenen doe je met simulatiepatiënten én echte patiënten. Bovendien leer je ook de juiste professionele gedragsregels in de relatie met de patiënt en in de relatie met de andere zorgverstrekkers.

Masterproef

Je leert ook kennis in vraag te stellen en nieuwe ideeën op hun waarde te testen in de wetenschappelijke lijn. Daarom werk je in een groepje van 2 of 3 studenten aan een masterproef.

De onderwerpen worden aangeleverd door experten uit het klinisch veld of door de onderzoekers uit onze laboratoria. Wat ook mogelijk is, is een vervolg breien aan de bachelorproef die je al maakte bij UHasselt. Dat wordt zelfs aangemoedigd!

In je eerste masterjaar maak je de literatuurstudie voor de masterproef. In master 2 krijg je feedback op je ontwerp, voer je je onderzoek uit en kan je verder met het verwerken van je resultaten. Als slot van je opleiding stel je het resultaat van je masterproef voor in een openbare verdediging. Wist je dat tot dertig procent van onze masterproeven gepubliceerd wordt?

Het onderwerp van de masterproef kies je op het einde van bachelor 3. Als je voor 15 februari al aangeeft je master in Antwerpen te doen, kan je de keuze al maken samen met de bachelors van UAntwerpen. Stuur hiervoor een mailtje naar masterproef.geneeskunde@uantwerpen.be.

Arts en maatschappij

Als toekomstig arts zal je gezondheid ook in een bredere context moeten zien. Daarom krijg je ook les in deontologie, ethiek en medisch recht. Maar je leert ook over de organisatie en de financiering van het gezondheidssysteem en over thema’s zoals levenseindebegeleiding, diversiteit en de balans tussen werk-levenskwaliteit.

Integreer al je kennis

In de integratielijn combineer je al je vaardigheden en kennis zodat je klaar bent voor je stagejaar. Dat doen we aan de hand van praktische oefeningen en presentaties die je geeft rond patiëntencasussen. Deze casussen zijn opgesteld door ziekenhuisspecialisten en experten uit de eerste lijn.

Tijdens je stagejaar stel je een portfolio samen, waarin zowel casussen, procedures, presentaties als evaluaties zitten. Op het einde van je stagejaar leg je het klinisch eindexamen af: Hier toon je de integratie van al je kennis, klinisch redeneren en vaardigheden aan een jury van vier artsen. Samen met het portfolio en het MCQ examen vormt dit klinisch eindexamen de eindevaluatie van jouw medisch kennen en kunnen vooraleer je zelfstandig aan de slag kan.

IPSIG-week

In je vervolgopleiding zal je samenwerken met andere zorgverleners uit verschillende domeinen. Dat oefen je tijdens de IPSIG-week (interprofessionele samenwerking in de gezondheid). Op één week tijd werk je samen met collega’s uit opleiding zoals verpleegkunde, revalidatiewetenschappen,  kinesitherapie en maatschappelijk werk rond fictieve casussen. Zo leer je de gezondheidsproblemen van een patiënt op alle vlakken aanpakken en leer je de competenties van andere zorgverleners naar waarde schatten.

Stages en coschappen

In het tweede semester van je tweede master volg je stage. Die bestaat uit 11 periodes van telkens 4 weken en 2 korte stages van 2 weken. Naast een aantal verplichte stages (heelkunde, interne geneeskunde, pediatrie, gynaecologie, huisartsgeneeskunde en neuro/psychiatrie) is er dus veel ruimte voor eigen voorkeuren (3 lange en 2 korte keuzestages).

Het is  ook mogelijk om een stage in het buitenland te volgen als je dat wil.

Na de klinische eindexamens loop je nog twee coschappen van 4 weken. Deze coschappen kies je op basis van jouw voorkeuren voor twee mogelijke vervolgopleidingen. Op deze manier maak jij kennis met je toekomstig beroep en wij met jou als toekomstig collega.