IOB Opdrachtsverklaring
-
Het IOB heeft als multidisciplinair Instituut een drievoudige opdracht van academisch onderwijs, wetenschappelijk onderzoek en maatschappelijke dienstverlening op het gebied van de economische, politieke en sociale aspecten van ontwikkelingsbeleid en -beheer. Ontstaan door de bundeling van de bestaande krachten in de Universiteit Antwerpen, wenst het IOB uit te groeien tot een internationaal erkend centrum van excellentie. Het streeft samenwerking na met andere Vlaamse, Belgische en buitenlandse universiteiten en hogescholen, en het hanteert de beste Europese instituten inzake ontwikkelingsstudies als referentie.
-
Bij de keuze van activiteiten en inzet van middelen geeft het IOB de voorkeur aan de armste ontwikkelingslanden en, in andere landen, aan de armste en meest benadeelde groepen en streken. Het IOB verdedigt een open en multiculturele samenleving, en ijvert voor een meer rechtvaardige en duurzame ontwikkeling in de wereld. Kritische zin en intellectuele onafhankelijkheid staan centraal in de benadering van het IOB.
-
In een geest van respectvolle en interculturele internationale samenwerking streeft het IOB naar wederzijdse capaciteitsopbouw door middel van gezamenlijke onderwijs-, onderzoeks- en dienstverleningsactiviteiten met academische en andere partners in het Zuiden.
-
Het IOB wil ook in eigen land en gemeenschap een plaats zijn voor informatie-uitwisseling en kritische reflectie rond Noord-Zuidrelaties. Het richt zich daarbij tot de overheden, de niet-gouvernementele organisaties, het bedrijfsleven, de civiele maatschappij en het bredere publiek.
-
In zijn verhoudingen met de eigen medewerkers, de partners en de gemeenschap past het IOB de principes toe van gelijkwaardigheid, transparantie en open en eerlijke communicatie. Het bevordert een gezinsvriendelijk klimaat. Bij aanwerving en promotie van medewerkers voert het IOB een gelijke kansenbeleid.
-
Het IOB wenst toegevoegde waarde te creëren voor de lokale, nationale en internationale ontwikkelingsgemeenschap. Projecten en acties van het Instituut zullen daarom worden beoordeeld op hun wetenschappelijke, sociale en ontwikkelingsrelevantie.