Onderzoeksgroep
Chemische moleculen in de natuur: een middel tegen ziekte
Abstract
Een wereldwijde stijging in het aantal dodelijke schimmelinfecties bij dieren en planten bedreigt de biodiversiteit. Onderzoek naar hoe organismen zich wapenen tegen nieuwe ziekten is bijgevolg extreem relevant. In Noord Amerikaanse slangenpopulaties worden er meer en meer gevallen waargenomen van Snake Fungal Disease (SFD). Deze ziekte, veroorzaakt door de fungus Ophidiomyces ophiodiicola (Oo), verspreidt zich van oost naar west in de Verenigde Staten. De huid van slangen vormt een eerste barrière tegen ziekteverwekkers. Chemische moleculen in deze huid hebben het potentieel om de groei van schadelijke micro-organismen tegen te gaan. De ziektewerende eigenschappen van huidmoleculen van slangen, en reptielen in het algemeen, is tot op heden niet onderzocht. Binnen dit project zal worden onderzocht 1) of moleculen uit slangenhuid schimmel- en bacteriewerende eigenschappen hebben, 2) welke deze moleculen zijn, en 3) of deze ook beschermen tegen SFD. De relevantie van dit project reikt voorbij de grenzen van de Verenigde Staten, aangezien de internationale handel in reptielen de verspreiding van SFD in de hand werkt.Onderzoeker(s)
- Promotor: Aerts Peter
- Mandaathouder: Van Moorleghem Charlotte
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Evolutie van chemische communicatie in lacertide hagedissen.
Abstract
Dieren gebruiken een indrukwekkend arsenaal aan signalen en gedragingen om te communiceren met soortgenoten en andere soorten. Net als alle andere biologische karakeristieken, zijn de organen en structuren die instaan voor het zenden en opvangen van die signalen, én de signalen zelf, een product van evolutie. Men vermoedt dat natuurlijke selectie communicatie heeft geboetseerd in functie van de lokale biotische en fysische omgeving. In dit project willen we de rol van de fysische omgeving in de evolutie van chemische communicatie onderzoeken. Hagedissen van de familie Lacertidae deponeren feromonen in de omgeving, die informatie bevatten over de soort, het geslacht en de kwaliteit van het individu als seksuele rivaal of partner. Deze chemische aanwijzingen worden verpakt in een wasachtige substantie geproduceerd door speciale klieren (de femorale klieren), gelegen op de binnenkant van de dijen. De hagedissen markeren hiermee actief of passief objecten binnen hun leefgebied. Soortgenoten pikken de chemische informatie op met hun gespecialiseerde gevorkte tong, die de geurpartikels aflevert aan een speciaal chemosensorisch orgaan (het orgaan van Jacobson), in het dak van de mond. Lacertide hagedissen bewonen een grote verscheidenheid aan habitaten, van toendra over regenwouden tot zandwoestijnen. In dit project gaan we na in hoeverre deze grote diversiteit aan omgevingscondities (adaptieve) veranderingen heeft teweeg gebracht in de organen die de signalen produceren (de femorale klieren), in het chemoreceptieve systeem (tong, orgaan van Jacobson, hersenen) en in de signalen zelf (fysische karakteristieken, chemische samenstelling).Onderzoeker(s)
- Promotor: Van Damme Raoul
- Co-promotor: Huyghe Katleen
- Mandaathouder: Van Moorleghem Charlotte
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject