Abstract
Er zijn verschillende trajecten van deïndustrialisatie die leiden tot verwaarlozing en verwaarlozing. Deïndustrialisatie en industrieel erfgoed zijn twee termen die in en rond dezelfde periode in de jaren 1970 werden bedacht. Hoewel beide een bijproduct zijn van industrialisatie, komen de-industrialisatiestudies en erfgoedstudies vaak niet dicht bij elkaar in de buurt. Aan de ene kant focussen de-industrialisatiestudies op de verhalen van ontheemde arbeiders en hun ervaringen/leed zonder een directe link met de plaats, terwijl aan de andere kant erfgoedstudies zich uitsluitend bezighouden met de fysieke overblijfselen van de industriële complexen.
De aanpak van adaptief hergebruik, die zich bezighoudt met de fysieke overblijfselen van industriële complexen, maakt behoud mogelijk door ontwikkeling, gebruik en integratie van overbodige industriële gebieden in het hedendaagse stedelijke landschap. Hoewel adaptief hergebruik van industrieel erfgoed een cultureel duurzame optie is in stedelijke transformatie en erfgoed een potentiële bron is voor stedelijke en regionale ontwikkeling, is de implementatie vaak problematisch in de zin dat de industriële sites na adaptief hergebruik geen herinneringsplaatsen van arbeiders meer zijn, maar in plaats daarvan gesteriliseerd worden, waardoor er een breuk ontstaat met de context, zowel in termen van deïndustrialisatiegeschiedenis als betekenis. In die zin voldoet het hergebruik van industrieel erfgoed vaak niet aan duurzaamheidscriteria die prioriteit geven aan de behoeften van mensen in sociale en culturele termen, waarbij de aandacht vooral uitgaat naar de economische dimensie en er weinig aandacht is voor de bezorgdheid om het milieu.
Deze dissertatie wil verschillende deïndustrialisatietrajecten onderzoeken om te begrijpen of ze van invloed zijn op het definiëren van de adaptieve hergebruikprocessen. Deze benadering verwerpt het nemen van de ontmanteling als het startpunt van de transformatie voor adaptief hergebruik, maar wil in plaats daarvan kijken naar de gehele geschiedenis van het gebouw, inclusief de contextuele achtergrond ter voorbereiding van de bouw, de dynamiek van de deïndustrialisatieprocessen, de ontmantelingsprocessen en het adaptieve hergebruik als geheel. Door dit te doen hoopt het patronen of verbanden te identificeren tussen deïndustrialisatieprocessen en adaptieve hergebruikstrategieën.
Onderzoeker(s)
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)