Onderzoeksgroep

Expertise

Beschrijving en verklaring van elementen van de grammatica van talen (Engels, Germaanse talen, Europese talen, alle talen).

Naar een verklaring van de dominantie van postverbale negatie in de inheemse talen van Zuid-Amerika. 01/01/2017 - 31/12/2020

Abstract

Cross-linguïstische vergelijking van standaard negatie toont aan dat talen een sterk voorkeur hebben om een negatiemarkeerder vóór het werkwoord te plaatsen. Deze tendens werd voor het eerst beschreven door Jespersen (1917: 5) en is bekend als de 'Negative-First Principle' (Horn 1989, 2001). De tendens werd ook bevestigd door een aantal vergelijkende studies sindsdien (Dryer 2013). Het is hier dat Zuid-Amerikaanse talen een grote raadsel bieden voor taalkundigen die negatie bestuderen: deze talen volgen de 'Negative-First Principle' niet en maken gebruik van een 'post-verbale' negatie. Het is frappant dat dit patroon te vinden is in verwante en niet-verwante talen over het hele continent. En in feite is Zuid-Amerika het enige macro-gebied dat een dominantie van de postverbale negatie vertoont (Vossen 2016). Het doel van het project is om dit fenomeen systematisch te onderzoeken en een verklaring te geven van de dominantie van postverbale negatie in Zuid-Amerikaanse talen. Hiervoor bestuderen we het fenomeen zowel van het diachrone als het typologische perspectief en bekijken we ook de mogelijk rol van taalcontact.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Processen van verandering in modale collocatie. 01/10/2013 - 30/06/2014

Abstract

Om 'modaliteit' (de uitdrukking van noodzakelijkheid en mogelijkheid) uit te drukken heeft het Engels lexicale –bv. modale bijwoorden (probably, well, …) –, en grammaticale strategieën –bv. modale werkwoorden (could, will, should, may, etc.). De combinatie van deze strategieën –'modale collocatie'– is weinig onderzocht en mist een theoretisch kader. Dit vormt de achtergrond voor mijn onderzoeksvragen: (1) Een frequentiedaling van de modale werkwoorden; (2) Nieuwe constructies die de traditionele modale functies overnemen (bv. havta, gonna); (3) Een weerstand van dalingvan modale werkwoorden die vaak met modale bijwoorden voorkomen. Het voorgestelde onderzoek is een cognitief-functionele benadering met noties van Constructiegrammatica. Het onderzoekt of modale collocatie als een nieuwe constructie met sterke interne afhankelijkheden met een bepaald niveau van schematiciteit moet worden verstaan. Als dit gevonden wordt, kan het aangeven dat we te maken hebben met het constructioneel in kaart komen op toenemend schematische niveaus – 'constructionalisering'. Dit zou dan kunnen verklaren waarom dat de modale werkwoorden die vaak voorkomen met modale werkwoorden een frequentiedaling weerstaan. Ik zal ook nagaan of er competitie bestaat tussen de modale werkwoorden en modale collocatie. De hypothese luidt dat er in modale collocatie verschillende veranderingsprocessen aan het werk zijn (bv. lexicalisering en grammaticalisering) wat resulteert in een continuüm van uitdrukkingen met verschillende graden van schematiciteit en functionele gebruiken. Ik ga er vanuit dat modale collocatie een rol speelt in de huidige frequenties van de modale werkwoorden. Ik zal corpusstudies uitvoeren op data van Oud Engels tot en met het Huidige Engels, en kijken naar de collocatie tussen modale werkwoorden en modale bijwoorden in dezelfde zin, alsook naar de individuele ontwikkeling van de modale bij- en werkwoorden. Hiervoor zal ik parameters gebruiken die belangrijk zijn voor het onderscheiden van gevallen van constructionalisering (generaliteit, schematiciteit en productiviteit), en die traditioneel aan bod komen in de grammaticaliseringsliteratuur. Ik zal statistische tests, zoals de collostructionele analyse, uitvoeren die de bevindingen zullen staven en aanvullen. De studie zal niet alleen inzicht leveren in de werking van Engelse modaliteit, maar ze zal ook de plausibiliteit van constructionele benaderingen tot taalverandering aangeven.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Een nieuwe typologie van onbepaalde voornaamwoorden en bijwoorden. 01/10/2012 - 30/09/2014

Abstract

Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek-Vlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

De interactie tussen tijd en lexicaal en grammaticaal aspect. Een vergelijkend onderzoek naar de polyfunctionaliteit van uitdrukkingen van het heden in het werkwoordelijke paradigma. 01/10/2012 - 30/09/2014

Abstract

Dit project beoogt een studie van de interface tussen Aktionsart (of lexicaal aspect) en grammaticale tijd vanuit een taalvergelijkend perspectief, waarbij de aandacht specifiek zal uitgaan naar de interactie tussen de klasse van dynamische werkwoorden en de uitdrukking van tegenwoordige tijd. De hypothese die hier naar voren wordt geschoven, is dat er in verschillende talen bij de verwijzing naar dynamische (i.e. veranderlijke, nietstatische) gebeurtenissen in het heden een conceptueel probleem optreedt, dat leidt tot een opvallende polyfunctionaliteit van de markeerder in kwestie: tegenwoordige tijd bij statische werkwoorden, en een niettegenwoordige interpretatie bij dynamische (bv., als een verleden of toekomende tijd).

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Modale collocatie en hoe delicaat modale systemen kunnen zijn. Een cognitief-functionele corpus-studie van semantische en syntactische effecten van de collocatie tussen modale werkwoorden en modale bijwoorden in VK en VS Engels. 01/10/2012 - 30/09/2013

Abstract

Het onderzoek betreft de diachrone ontwikkeling van modale werkwoorden in collocatie met modale bijwoorden in het Engels. Concreet zullen drie corpusstudies worden uitgevoerd waarna de veranderingen en ontwikkelingen van de meest frequente collocaties in kaart zullen worden gebracht in vergelijking met de huidige synchrone situatie van dit fenomeen. De collocaties worden dan in een cognitief-functioneel kader gesitueerd.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Meervoudsvormen van Antwerps Jiddische zelfstandige naamwoorden (AYNP). 01/09/2012 - 31/08/2013

Abstract

Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

De diachronie van de Franse werkwoordstijden. 01/10/2011 - 31/01/2014

Abstract

Dit project bestudeert de evolutie en de grammaticalisatie van de Franse conditionnel. Het heeft een drievoudige doelstelling. In de eerste plaats zal getracht worden de belangrijkste veranderingen in kaart te brengen die het gebruik van deze werkwoordsvorm heeft ondergaan, met name wat betreft de contexten waarin de vorm gebruikt wordt en zijn interpretaties in deze contexten. Ten tweede zullen de grammaticalisatiprocessen beschreven worden die de beschreven veranderingen kunnen verklaren, waarbij speciale aandacht zal besteed worden aan de wijze waarop nieuwe gebruiken tot stand komen. Ten slotte zullen de verschillende grammaticalisatiepaden samengevat worden in een "semantische kaart" (semantic map).

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Contrastieve linguïstiek: constructionele en functionele benaderingen. 01/01/2011 - 31/12/2015

Abstract

Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek-Vlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Een nieuwe typologie van onbepaalde voornaamwoorden en bijwoorden. 01/10/2010 - 30/09/2012

Abstract

Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek-Vlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

De interactie tussen tijd en lexicaal en grammaticaal aspect. Een vergelijkend onderzoek naar de polyfunctionaliteit van uitdrukkingen van het heden in het werkwoordelijke paradigma. 01/10/2010 - 30/09/2012

Abstract

Dit project beoogt een studie van de interface tussen Aktionsart (of lexicaal aspect) en grammaticale tijd vanuit een taalvergelijkend perspectief, waarbij de aandacht specifiek zal uitgaan naar de interactie tussen de klasse van dynamische werkwoorden en de uitdrukking van tegenwoordige tijd. De hypothese die hier naar voren wordt geschoven, is dat er in verschillende talen bij de verwijzing naar dynamische (i.e. veranderlijke, nietstatische) gebeurtenissen in het heden een conceptueel probleem optreedt, dat leidt tot een opvallende polyfunctionaliteit van de markeerder in kwestie: tegenwoordige tijd bij statische werkwoorden, en een niettegenwoordige interpretatie bij dynamische (bv., als een verleden of toekomende tijd).

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

The Aspect-Modality Interface: a Typological perspective (AMITy). 01/09/2009 - 31/08/2011

Abstract

In de laatste decennia zijn de categorieën van tijd, aspect en modaliteit, de drie belangrijkste categorieën die op het werkwoord gemarkeer worden, vanuit verschillende gezichtspunten bestudeerd. Een van de belangrijke vraagstukken is dat van de relatie tussen deze drie categorieën, zowel synchroon als diachroon, en zoals binnen de grammatica als in discourse. Het is vooral de relatie tussen tijd (en dan vooral de verleden en de toekomstige tijd) en modaliteit (de attitude van de spreker tegenover de propositie) die bestudeerd werd, met bijzondere aandacht voor de band tussen verleden tijd en irrealis of epistemiciteit. Het verband tussen aspect (de interne structuur van een stand van zaken) en modaliteit is veel minder onderzocht, behalve en dan nog in beperkte mate het verband tussen imperfectiviteit en modale betekenis. Het project heeft tot doel de interface tussen aspect en modaliteit te bestuderen, vanuit een synchroon en typologisch perspectief. Meer in het bijzonder zullen, via corpuswerk, de strategieën onderzocht worden waarmee het Frans, Spaans, Italiaan, Nederlands, Engels en Duits met aspect modaliteit kunnen uitdrukken en aldus een panorama te kunnen schetsen van de verschillen en overeenkomsten tussen de 6 talen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

De Jespersen-cyclus. 01/01/2009 - 31/12/2012

Abstract

De term 'Jespersen-cyclus' verwijst naar een set van hypotheses over de ontwikkeling van negatiemarkeerdes. De data waarop de hypotheses steuen komen uit de Europese standaardttalen. Het project heeft twee grote doelstellingen. De eerste doelstelling is een uitbreiding van het onderzoeksterrein naar talen buiten Europa, en de tweede is het verfijnen van de analyse.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Een diachrone en synchrone studie van de imperatief in het Nederlands, het Engels en het Duits. 01/10/2008 - 30/09/2010

Abstract

Het onderwerp van het project is de imperatief. Er wordt een brede opvatting van de imperatief gevolgd: ook eerste en derde persoonsconstructies, soms hortatieven genoemd, en prohibitieven zijn inbegrepen. Het onderzoek bestaat uit twee delen. 1. een synchrone studie in parallele corpora van het Nederlands, het Engels en het Duits, 2. een diachrone studie in corpora van dezelfde drie talen. De centrale vragen zijn: welke functies vervult de imperatief in het Nederlands, het Engels en het Duits en welke verschillen zijn er tussen de talen?; van welke andere grammaticale en/of lexicale middelen maken het Nederlands, het Engels en het Duits gebruik om de verschillende functies van de imperatief in de andere talen uit te drukken?; hoe is de semantische en vormelijke evolutie van de imperatief in het Nederlands, het Engels en het Duits verlopen en zijn er gelijkenissen?

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Grammaticalisatie. 01/01/2007 - 31/12/2011

Abstract

Grammaticalisatie is het proces waarbij (combinaties van) zelfstandige woorden in een taal ontwikkelen tot grammaticale markeerders. Het 'maakt' m.a.w. grammatica. Het is een complex proces met fonologische, syntactische en semantische componenten. Het is één van de 'hete' onderzoeksthema's in de huidige diachrone en typologische taalkunde, wereldwijd. Maar verschillende centrale aspecten ervan blijven onvoldoende begrepen en behoeven dringende aandacht. Dit project wil drie dimensies van het proces verder analyseren: - De semantische dimensie: Van objectieve via subjectieve naar intersubjectieve betekenissen - De aard van het proces: Grammaticalisatie en analogie - De teleologie van het proces: Is het proces unidrrectioneel?

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Eigennamen als grammaticale categorie: een typologische studie. 01/10/2006 - 30/09/2009

Abstract

Dit onderzoek beoogt een crosslinguïstische beschrijving van het grammaticale gedrag van eigennamen, die vooral moet bijdragen tot een beter begrip van de grammaticale categorieën Genus, Casus en Getal en van de rol van Animaatheid in de syntaxis.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Een diachrone en synchrone studie van de imperatief in het Nederlands, het Engels en het Duits. 01/10/2006 - 30/09/2008

Abstract

Het onderwerp van het project is de imperatief. Er wordt een brede opvatting van de imperatief gevolgd: ook eerste en derde persoonsconstructies, soms hortatieven genoemd, en prohibitieven zijn inbegrepen. Het onderzoek bestaat uit twee delen. 1. een synchrone studie in parallele corpora van het Nederlands, het Engels en het Duits, 2. een diachrone studie in corpora van dezelfde drie talen. De centrale vragen zijn: welke functies vervult de imperatief in het Nederlands, het Engels en het Duits en welke verschillen zijn er tussen de talen?; van welke andere grammaticale en/of lexicale middelen maken het Nederlands, het Engels en het Duits gebruik om de verschillende functies van de imperatief in de andere talen uit te drukken?; hoe is de semantische en vormelijke evolutie van de imperatief in het Nederlands, het Engels en het Duits verlopen en zijn er gelijkenissen?

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Verdere ontginning van data over de prohibitief in de talen van de wereld en het bijstellen van reeds uitgevoerde detailstudies in het vooruitzicht van een monografie. 01/10/2006 - 30/09/2007

Abstract

De term 'prohibitief' verwijst naar een negatieve imperatief. In de meeste talen van de wereld is de prohibitief evenwel niet gewoon de combinatie van een imperatief en een negatie. Het project poogt de wereldwijde variatie te beschrijven en te verklaren.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

De modaliteit van het krijgen, een Birmaans en typologisch perspectief. 01/01/2006 - 30/06/2006

Abstract

Het Birmaans illustreert dat modale hulpwerkworoden van mogelijkheid hun oorsprong kunnen vinden in een lexicaal werkwoord 'krijgen'. Het ontstaanspad van mogelijkheid uit 'krijgen' is typologisch onderbelicht. Dit project hoopt de fenomenen uit het Birmaans in kaart te brengen, en er ook de cross-linguïstische relevantie van te bepalen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

De typologie van niet-declaratieve negatie. 01/04/2005 - 30/09/2005

Abstract

Het project ambieert een typologische beschrijving en verklaring van de combinatie van, aan de ene kant, negatie en, aan de andere kant modus en modaliteit, in het algemeen, en de imperatief en de interrogatief in het bijzonder. De gevens zullen uit een areaal en genealogisch representatieve steekproef komen van ca. 250 talen. Er wordt een functioneel-cognitieve verklaring verwacht.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Argumentstructuur van ZIJN en conflatie in Romaanse en Germaanse talen 01/10/2004 - 30/09/2007

Abstract

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Over de oorsprong en de evolutie van de 'relatieve markering' - met bijzondere aandacht voor Westafrikaanse talen. 01/11/2003 - 31/10/2004

Abstract

'Relatieve markering' is de naam voor bepaalde tijdd-en aspectparadigma's die gebruikt worden in zinnen met een focusstructuur (bv. vragene of betrekkelijke bijzinnen) en soms ook in narratieven. Het project viseert een detailstudie van de Chadische talen (vooral Hause) and beoogt een antwoord op de volgende drie vragen: (i) Wat is de omvang van het gebruik van relatieve markering? (ii) Hoe is relatieve marking ontstaan en hoe heeft het systeem zich ontwikkeld? (iii) Waarmee hangt het al of niet voorkomen van relatieve markering samen?

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Het Middellandse-Zeegebied als een linguïstisch areaal : Synchrone structuren en diachrone processen. 01/10/2003 - 30/09/2005

Abstract

Het is de bedoeling van het project te onderzoeken in hoeverre de talen van rond de Middellandse Zee elkaar beinvloed hebben op het gebied van de grammatica. Het onderzoek viseert vooral fonologie en morfologie.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Predicatieve categorieën en informatiestructuur. 01/02/2003 - 31/10/2003

Abstract

Het project viseert een typologische studie van de relaties tussen predicatieve categorieën en informatiestructuur. Predicatieve categorieën verbinden de stand van zaken waarover gesproken wordt met de communicatieve situatie. Het gaat hierbij over illocutionaire kracht, polariteit, modus, tijd, persoen en dergelijke. Informatiestructuur behelst emfase en de opdeling van de zin in thema en rhema, topic en focus.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Modus en modaliteit. 01/01/2003 - 31/12/2006

Abstract

Dit project onderzoekt de systemen van zinsmodus en (deontische en epistemische) modaliteit en hun interrelaties. Er worden twee parallelle onderzoekssporen bewandeld: een typologisch spoor, waarin een breedteanalyse van de systemen in 500 talen wordt gemaakt, en een taalspecifiek spoor, waarin een diepteanalyse van de systemen wordt uitgevoerd in het Nederlands, Duits en Engels. Het onderzoek beoogt een bijdrage aan de cognitief-functionele theorievorming over taal.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Iconiciteit en de symbolische orde van de natuurlijke taal. Een studie naar de grondslagen van de iconiciteitstheorie op het raakvlak tussen taalwetenschap en metatheorie. 01/01/2003 - 31/12/2006

Abstract

Het iconiciteitsprincipe voorspelt dat de structuur van de taal de structuur van de werkelijkheid weerspiegelt. Dit principe interageert met andere principes. Het project poogt het bereik van het iconiciteitsprincipe te bepalen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Een historisch-taalfilosofisch overzicht van het 20ste-eeuwse westers taalkundig betekenisonderzoek, aan de hand van drie casussen, als basis voor een synthetiserend model voor hedendaagse semantiek. 01/10/2002 - 30/09/2003

Abstract

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

    Project type(s)

    • Onderzoeksproject

    Ideofonen, cross-linguïstisch. 01/01/2002 - 30/11/2002

    Abstract

    Het project wenst (deel)antwoorden te bieden op vier vragen: (a) moeten ideofonen als een aparte woordsoort behandeld worden, of zijn het eerder subklassen van andere woordsoorten? (b) kunnen ideofonen gedefinieerd of ingedeeld worden op basis van fonetische, fonologische, morfologische of semantische criteria, of op basis van diverse types van criteria? (c) wat is de diachronie van ideofonen, zowel in termen van oorsprong als van graden van integratie in grammatica en lexicon? (d) kunnen ideofonen een rol spelen in de syntaxis?

    Onderzoeker(s)

    Onderzoeksgroep(en)

      Project type(s)

      • Onderzoeksproject

      Het Middellandse-Zeegebied als een linguïstisch areaal : Synchrone structuren en diachrone processen. 01/10/2001 - 30/09/2003

      Abstract

      Het is de bedoeling van het project te onderzoeken in hoeverre de talen van rond de Middellandse Zee elkaar beinvloed hebben op het gebied van de grammatica. Het onderzoek viseert vooral fonologie en morfologie.

      Onderzoeker(s)

      Onderzoeksgroep(en)

        Project type(s)

        • Onderzoeksproject

        Een syntactische atlas van de Nederlandse dialecten. 01/09/2001 - 31/08/2003

        Abstract

        Het project is erop gericht om tot een syntactische atlas te komen van de Nederlandse dialecten in vier afleveringen, corresponderend met vier thema's : woordvolgorde in de rechterperiferie van de zin, woordvolgorde in de linkerperiferie van de zin, variatie in de pronominale verwijzing, en variatie in negatie en kwantificatie.

        Onderzoeker(s)

        Onderzoeksgroep(en)

          Project type(s)

          • Onderzoeksproject

          Wetenschappelijke begeleidingsopdracht : V. Plungian. Koninklijke Vlaamse Academie van België voor Wetenschappen en Kunsten. Project: De typologie van het plusquamperfectum 01/09/2001 - 31/12/2001

          Abstract

          Het plusquamperfectum, in het Nederlands uitgedrukt door de 'voltooid verleden tijd', worden in diverse talen op verschillende manieren uitgedrukt. De vormen hebben ook een gamma van secundaire functies. De bedoeling van het project is de vorm-functie relatie van het plusquamperfectum in de talen van de wereld te bestuderen.

          Onderzoeker(s)

          Onderzoeksgroep(en)

            Project type(s)

            • Onderzoeksproject

            De plaats van de waarheidsconditionele semantiek in de taalkunde als kader voor een onderzoek naar de betekenis van Engelse kwantoren, vanuit theoretisch en empirisch perspectief. 01/10/2000 - 30/09/2002

            Abstract

            Het project is tweeledig. Encrzijds wil ik mij concentreren op de plaats van logica en waarheidsconditionele semantiek in de lingu'stiek, voornamelijk met betrekking tot de verhouding tussen letterlijke en niet-letterlijke betekenis. Anderzijds wil ik tegen die theoretische achtergrond de betekenis van Engelse kwantoren, en dan vooral van telwoorden, onderzoeken. De verschillende posities die kunnen worden onderscheiden in de literatuur over de kwantoren vertrekken namelijk allemaal vanuit een (veelal onuitgesproken) visie op de concepten "letterlijke" en "niel-letterlijke" betekenis. Geen van deze posities kan me echter volledig overtuigen. Ik acht het noodzakelijk om de begrippen "letterlijke" en "niet-letterlijke" betekenis eerst afdoend te definiÙren en hun oorsprong na te gaan, vooraleer me te wagen aan een eigen voorstel.

            Onderzoeker(s)

            Onderzoeksgroep(en)

              Project type(s)

              • Onderzoeksproject

              Een typologie van transcategoriële operaties. 01/10/2000 - 30/06/2001

              Abstract

              Transcategoriële operaties zijn processen waarbij woorden van woordklasse veranderen. Ze kunnen de typische eigenschappen van hun oorspronkelijke klasse verliezen ('decategorisatie'), en ze kunnen de typische eigenschappen van een nieuwe klasse verwerven ('recategorisatie'). De bedoeling van het project is te onderzoeken in hoeverre het verlies en de winst van eigenschappen voorspeld kan worden. Het onderzoek zal geschieden op basis van een steekproef van de talen van de wereld.

              Onderzoeker(s)

              Onderzoeksgroep(en)

                Project type(s)

                • Onderzoeksproject

                Een syntactische atlas van de Nederlandse dialiecten (SAND). 01/01/2000 - 31/12/2003

                Abstract

                Het project beoogt een theoretisch onderbouwde syntactische atlas maken van de traditionele Nederlandse dialecten van Vlaanderen en Nederland in vier afleveringen, corresponderend met de vier inhoudelijke thema's: woordvolgordevariatie in de rechterperiferie van de zin, woordvolgordevariatie in de linkerperiferie van de zin, variatie in pronominale verwijzing en variatie in negatie en kwantificatie. De atlas zal bestaan uit ongeveer 400 kaarten, met bij elke kaart een uitvoerige toelichting, een bespreking van de bestaande literatuur en een schets van de taalkundige theoretische relevantie.

                Onderzoeker(s)

                Onderzoeksgroep(en)

                Project type(s)

                • Onderzoeksproject

                Typologie van de conjunctief. 01/11/1999 - 31/10/2000

                Abstract

                Het is de bedoeling van het project verkennend onderzoek te verrichten ter beantwoording van de elkaar gedeeltelijk overlappende vragen: (1) kan de notie 'conjunctief' cross-linguïstisch gedefinieerd worden, en zo ja hoe? (2) hoe verhouden de verschillende gebruikswijzen van de conjunctief in de talen van de wereld zich tot elkaar, synchroon en diachroon? (3) hoe worden betekenissen die in de ene taal door de conjunctief uitgedrukt worden in de andere taal uitgedrukt, en welke factoren beïnvloeden die 'keuze'?

                Onderzoeker(s)

                Onderzoeksgroep(en)

                  Project type(s)

                  • Onderzoeksproject

                  Modaliteit en negatie in Tamil en Telugu. 01/10/1999 - 30/06/2000

                  Abstract

                  Het project viseert de studie van de expressiemiddelen voor modaliteit en negatie in het oude en moderne Tamil en het moderne Telugu. Een vergelijking van oud en modern Tamil is interessant omdat de relevante uitdrukkingsvormen in het oude Tamil vooral morfologisch waren (verbale paradigma's). Het moderne Tamil, daarentegen, gebruikt vooral perifrastische constructies. Er zal onderzocht worden in hoeverre dit verschil de uitdrukking van modaliteit en negatie beinvloedt. In het moderne Telugu zijn de uitdrukkingsvormen zo mogelijk nog syntactischer.

                  Onderzoeker(s)

                  Onderzoeksgroep(en)

                    Project type(s)

                    • Onderzoeksproject

                    Modaliteit en grammatica. 01/11/1998 - 31/10/2000

                    Abstract

                    Het project omhelst de grondige studie van de syntaxis en semantiek van uitdrukkingsvormen van modaliteit in taal (met bijzondere focus op epistemische modaliteit: de inschat-ting van de waarschijnlijk-heid van standen van zaken). Dit omvat enerzijds een studie in de diepte van modale uitdrukkingen in het Nederlands, Duits en Engels op grond van corpus-analyse en experimenteel onderzoek, en anderzijds een typologische analyse van het fenomeen. Het theoretische doel is na te gaan hoe modaliteit gevat moet worden in een cognitief en typologisch verantwoorde grammaticatheorie.

                    Onderzoeker(s)

                    Onderzoeksgroep(en)

                      Project type(s)

                      • Onderzoeksproject

                      De plaats van de waarheidsconditionele semantiek in de taalkunde als kader voor een onderzoek naar de betekenis van Engelse kwantoren, vanuit theoretisch en empirisch perspectief. 01/10/1998 - 30/09/2000

                      Abstract

                      Het project is tweeledig. Encrzijds wil ik mij concentreren op de plaats van logica en waarheidsconditionele semantiek in de lingu'stiek, voornamelijk met betrekking tot de verhouding tussen letterlijke en niet-letterlijke betekenis. Anderzijds wil ik tegen die theoretische achtergrond de betekenis van Engelse kwantoren, en dan vooral van telwoorden, onderzoeken. De verschillende posities die kunnen worden onderscheiden in de literatuur over de kwantoren vertrekken namelijk allemaal vanuit een (veelal onuitgesproken) visie op de concepten "letterlijke" en "niel-letterlijke" betekenis. Geen van deze posities kan me echter volledig overtuigen. Ik acht het noodzakelijk om de begrippen "letterlijke" en "niet-letterlijke" betekenis eerst afdoend te definiÙren en hun oorsprong na te gaan, vooraleer me te wagen aan een eigen voorstel.

                      Onderzoeker(s)

                      Onderzoeksgroep(en)

                        Project type(s)

                        • Onderzoeksproject

                        Modaliteit : typologie, cognitie en grammatica. 01/01/1998 - 31/12/2001

                        Abstract

                        Het project beoogt de diverse uitdrukkingsvormen van modaliteit doorheen de verschillende taaltypes van de wereld te beschrijven, te verklaren en een plaats te geven in een cognitief geinspireerde grammatica.

                        Onderzoeker(s)

                        Onderzoeksgroep(en)

                          Project type(s)

                          • Onderzoeksproject

                          Typologie van het perifrastische doen. 01/01/1998 - 31/12/1998

                          Abstract

                          Het werkwoord wordt in vele talen op diverse manieren als hulpwerkwoord gebruikt. De studie poogt bij te dragen tot een beschrijving en een verklaring van dit fenomeen.

                          Onderzoeker(s)

                          Onderzoeksgroep(en)

                            Project type(s)

                            • Onderzoeksproject

                            Diverse projecten rond modaliteit in de talen van de wereld. 01/01/1997 - 31/12/1997

                            Abstract

                            De projecten onderzoeken de uitdrukking van modaliteit, d.i. diverse schakeringen van 'mogen' en 'moeten', in de talen van de wereld, in het bijzonder, de meer gegrammaticaliseerde uitdrukkingsvormen.

                            Onderzoeker(s)

                            Onderzoeksgroep(en)

                              Project type(s)

                              • Onderzoeksproject

                              Modaliteit in de Indische talen. 01/10/1996 - 31/12/1998

                              Abstract

                              Het project onderzoekt de uitdrukking van modaliteit, d.i. diverse schakeringen van 'mogen' en 'moeten', in de talen van Indie, in het bijzonder, de meer gegrammaticaliseerde uitdrukkingsvormen.

                              Onderzoeker(s)

                              Onderzoeksgroep(en)

                                Project type(s)

                                • Onderzoeksproject

                                Modaliteit in lexicon en grammatica. 01/10/1996 - 31/03/1997

                                Abstract

                                Het project toetst een aantal recente hypotheses over lexicalisatie en grammaticalisatie van modale noties ('moeten' en 'kunnen' en hun negaties), op basis van een steekproef van de totaliteit van de talen van de wereld.

                                Onderzoeker(s)

                                Onderzoeksgroep(en)

                                  Project type(s)

                                  • Onderzoeksproject

                                  Cognitieve linguïstiek. 01/01/1996 - 31/12/2000

                                  Abstract

                                  Onderzoek over grammaticalisatie in een cognitief perspectief (deelprojecten over modaliteit, auxiliarisatie met typologische invalshoek, niet-finiete inbedding).

                                  Onderzoeker(s)

                                  Onderzoeksgroep(en)

                                    Project type(s)

                                    • Onderzoeksproject

                                    Taaluniversaliën 01/10/1995 - 01/10/1997

                                    Abstract

                                    Onderzoek naar syntactische en semantische verschillen en overeenkomsten in de ca. 5000 talen van de wereld.

                                    Onderzoeker(s)

                                    Onderzoeksgroep(en)

                                      Project type(s)

                                      • Onderzoeksproject

                                      Een studie van de linguïstische en conceptuele structuur van epistemisch modaliteit. 01/10/1994 - 30/09/1996

                                      Abstract

                                      Epistemische modaliteit betreft de evaluatie door de spreker van een stand van zaken in termen van zijn waarschijnlijkheid. Deze betekeniscomponent wordt op diverse manieren uitgedrukt : werkwoorden van propositionele attitude, hulpwerkwoorden, bijwoorden en bijvoeglijke naamwoorden. De structuur en het gebruik worden onderzocht voor het Nederlands, Duits en Engels.

                                      Onderzoeker(s)

                                      Onderzoeksgroep(en)

                                        Project type(s)

                                        • Onderzoeksproject

                                        Typologie van het modale hulpwerkwoord. 01/10/1994 - 31/12/1995

                                        Abstract

                                        Het onderzoek wil de overeenkomsten en verschillen in hulpwerkwoordelijke systemen beschrijven en verklaren. Parameters van variatie omvatten lexicale oorsprong, mate van functionaliteit, bereik, en morfologische en syntactische anomalie.

                                        Onderzoeker(s)

                                        Onderzoeksgroep(en)

                                          Project type(s)

                                          • Onderzoeksproject

                                          Typologie van het modale hulpwerkwoord. 01/01/1994 - 31/12/1994

                                          Abstract

                                          Onderzoeker(s)

                                          Onderzoeksgroep(en)

                                            Project type(s)

                                            • Onderzoeksproject

                                            Typologie en adverbiale constructies in de talen van Europa. 01/01/1993 - 31/12/1993

                                            Abstract

                                            Een typologische studie van bijwoordelijke uitdrukkingen als al, nog, niet meer en nog niet in de circa 150 talen van Europa.

                                            Onderzoeker(s)

                                            Onderzoeksgroep(en)

                                              Project type(s)

                                              • Onderzoeksproject

                                              Converb structuren (participia, gerundia) in 150 talen in Europa. 01/10/1992 - 30/06/1993

                                              Abstract

                                              Een onderzoek naar morfologische, syntactische en semantische verschillen en overeenkomsten in converb structuren (participia, gerundia) in de ca. 150 talen in Europa.

                                              Onderzoeker(s)

                                              Onderzoeksgroep(en)

                                                Project type(s)

                                                • Onderzoeksproject

                                                Taaltypologie. 01/10/1991 - 30/09/1995

                                                Abstract

                                                Taaltypologie is de studie van overeenkomsten en verschillen tussen talen van de hele wereld of van een regio. Verklaringen zijn strict typologisch zo ze in laatste instantie verwijzen naar factoren in de productie of het verstaan van taal of naar betekenis. Andere verklaringen zijn historisch-genetisch of geografisch (taalbeinvloeding). Thema's van het onderzoek van de volgende jaren omvatten modaliteit, bijwoordelijke uitdrukkingen en werkwoordsmorfologie.

                                                Onderzoeker(s)

                                                Onderzoeksgroep(en)

                                                  Project type(s)

                                                  • Onderzoeksproject

                                                  Relations adverbiales. 01/01/1991 - 31/12/1991

                                                  Abstract

                                                  Onderzoeker(s)

                                                  Onderzoeksgroep(en)

                                                    Project type(s)

                                                    • Onderzoeksproject

                                                    Taaluniversaliën 01/10/1985 - 30/09/1991

                                                    Abstract

                                                    Onderzoek van syntactische en semantische overeenkomsten (vooral in Europese talen).

                                                    Onderzoeker(s)

                                                    Onderzoeksgroep(en)

                                                      Project type(s)

                                                      • Onderzoeksproject