Onderzoeksgroep
Expertise
Mijn expertise ligt in de kwantitatieve ruimtelijke analyse van (stedelijke) economische en transport netwerken. In dit kader doceer ik het vak Regional & Urban Economics en organiseer ik de jaarlijkse Summer School on Urban Logistics. De huidige focus van mijn onderzoek ligt op de evolutie van mobiliteitsopties en logistieke dienstverlening in een stedelijke context, en de organisatie hiervan. Hiervoor combineer ik ruimtelijke analysetechnieken met kwantitatief statistisch onderzoek alsook kwalitatieve onderzoeksmethodes. Daarnaast ben ik betrokken in onderzoek naar de impact van veranderend consumentengedrag op stedelijke transport (o.a. de GreenLog en MoLo hubs projecten), stedelijk economische en transportbeleid in Vlaanderen en het belang van (gedeelde) hubs voor logistiek en mobiliteit (o.a. ShareDiMobiHub en SPINE projecten).
Stakeholder-gefocuste en emissievrije e-commerce retours en leveringen door transparante en collaboratieve toeleverketens (GreenTurn)
Abstract
Europeanen hebben weinig tot geen informatie over de impact van hun online aankopen, leveringen en retouren. Dit komt door een mix van uitdagingen, waaronder de complexiteit van het berekenen van emissies in de keten en de beperkte regulerende instrumenten die openbare autoriteiten hebben om groenere praktijken te bevorderen. Om deze uitdagingen te overwinnen, brengt GreenTurn een diverse reeks stakeholders samen om emissievrije logistieke oplossingen te creëren, betrouwbare en transparante informatie te verstrekken over de e-commerce voetafdruk en duurzamere bezorg- en retourkeuzes mogelijk te maken. GreenTurn maakt gebruik van design thinking-benaderingen om oplossingen te ontwikkelen die de kloof overbruggen tussen intenties (inclusief prikkels, nudges en gamification) en bezorg- en retourmogelijkheden (zoals tijdvensters, in-store pick-ups en herbruikbare verpakkingen, onder andere). Om oplossingen te testen, implementeert GreenTurn 5 complementaire pilots in Polen, Spanje, Frankrijk, Griekenland en Oostenrijk. Geavanceerde logistieke systemen stellen de vijf pilots in staat om gemiddeld 82% van de bezorg- en retourmogelijkheden emissievrij aan te bieden. Bovendien zullen de GreenTurn-pilots ook sociale duurzaamheidsaspecten behandelen, zowel voor klanten (bijv. fysieke en digitale bereikbaarheid) als voor werknemers in de logistiek (bijv. arbeidsomstandigheden, marktreïntegratie, etc.). Samen met zijn openbare autoriteiten zal GreenTurn de resultaten vertalen naar beleidsmaatregelen die een langdurige impact kunnen waarborgen.Onderzoeker(s)
- Promotor: Beckers Joris
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Duurzame cooperatieve stedelijke toeleveringsketens - de toekomst van stedelijke toeleveringsketen orchestratie.
Abstract
Het doel van dit project is het ontwikkelen van modellen en algoritmes voor het optimaliseren van logistieke operaties in stedelijke omgevingen. Hierbij houden we rekening met specifieke stadsmaatregelen die van invloed zijn op deze logistieke processen, zoals autovrije zones, parkeerregulering en tijdsvensters voor vrachtwagenleveringen. Dit project richt zich op vier belangrijke logistieke stromen binnen steden: Afvalinzameling: Optimalisatie van het ophalen van afval binnen de stad om efficiëntie te verbeteren en de overlast te verminderen. Bouwlogistiek: Het efficiënt beheren van bouwmaterialen en leveringen binnen de stad om de bouwprocessen te stroomlijnen. Horeca en gezondheidslogistiek: Leveringen van voedsel en producten aan hotels, restaurants, en gezondheidszorginstellingen, met de nadruk op efficiëntie en tijdigheid. Boodschappenbezorging: Het optimaliseren van leveringen van supermarkten en voedselleveranciers aan individuele klanten in stedelijke gebieden. De ontwikkelde algoritmes zijn gebaseerd op geavanceerde heuristische optimalisatie en hebben als doel om strategische, tactische en operationele besluitvorming te ondersteunen. Ze zijn flexibel genoeg om te worden toegepast op verschillende bedrijfssituaties, variërend van individuele bedrijven tot coalities van samenwerkende bedrijven en stadsbesturen. Een innovatief aspect van dit project is de ontwikkeling van een gemeenschappelijke kern, wat een set van datamodellen en algoritmische operatoren omvat die breed inzetbaar zijn en snel kunnen worden aangepast aan specifieke scenario's. Deze gemeenschappelijke kern zorgt voor efficiënte ontwikkeling van aangepaste modellen en algoritmes voor diverse logistieke situaties. Daarnaast houden de ontwikkelde modellen rekening met persoonlijke mobiliteit om een geïntegreerd stadsbeeld te bevorderen. Dit betekent dat ze niet alleen de logistieke stromen optimaliseren, maar ook rekening houden met de beweging van mensen binnen de stad. De concrete resultaten van dit project omvatten: Een reeks optimalisatiealgoritmes voor elk van de vier logistieke stromen, die zowel op de gemeenschappelijke kern als op specifieke behoeften kunnen worden afgestemd. Kwantitatieve en economische analyses van samenwerkingsmogelijkheden in stedelijke omgevingen voor elk van de vier logistieke stromen. Kwantitatieve en economische beoordelingen van mobiliteitsmaatregelen die steden kunnen nemen om de logistieke operaties te verbeteren. Beslissingsondersteuning voor bedrijven en stadsbesturen om operaties te optimaliseren in het licht van mobiliteitsmaatregelen en om zowel bedrijfs- als maatschappelijke perspectieven te integreren. Ondersteuning en inzicht in het delen van collaboratieve winst op basis van de resultaten van optimalisatiesimulaties en interacties met belanghebbenden. Kortom, dit project heeft als doel de stedelijke logistiek te optimaliseren door geavanceerde modellen en algoritmes te ontwikkelen en rekening te houden met stadsmaatregelen en persoonlijke mobiliteit. De resultaten zullen zowel bedrijven als stadsbesturen helpen om efficiënter en duurzamer te opereren in stedelijke gebieden.Onderzoeker(s)
- Promotor: Sörensen Kenneth
- Co-promotor: Beckers Joris
- Co-promotor: Vanelslander Thierry
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Duurzame Logistieke Terreinen (DuLoTe).
Abstract
Met het project 'Duurzame logistieke terreinen' willen VIL, VITO en UAntwerpen de logistieke sector inspireren en stimuleren om logistieke terreinen en vastgoed duurzamer te maken. Dit door kosten- en ruimtebesparende samenwerking en de inzet van innovatieve technologieën. status: In uitvoering | thema: Groene Supply Chains | type: Regionaal De logistiek is een groeisector voor onze regio, uiterst gunstig gelegen ten opzichte van het Europese hinterland. De groei van de logistieke volumes vertaalt zich in een stijgende vraag naar infrastructuur, terreinen en gebouwen. Zo ontstaat een spanningsveld met andere, maatschappelijke beleidsambities zoals de Vlaamse 'Bouwshift' en de 'Blue Deal' en de Europese klimaat- en natuurdoelstellingen. Dit spanningsveld zorgt voor een toenemende bedrijfseconomische impact bij de betrokken bedrijven. Stijgende grond- en grondstofprijzen in combinatie met strengere bouwvoorschriften en milieueisen dwingen de logistiek om de visie op het logistieke terrein te herzien. Door bewuster om te gaan met deze ruimte, duurzamer te bouwen en in te richten en bepaalde functies van het terrein te gaan delen kan de maatschappelijke impact beperkt worden. INTEGRALE DUURZAAMHEIDSVISIE In project wordt een integrale duurzaamheidsvisie ontwikkeld voor de lange termijn, maar ook praktische adviezen, een stappenplan en samenwerkings- en businessmodellen waarmee bedrijven, individueel of collectief aan de slag kunnen om de visie te verwezenlijken, in hun eigen economisch en ons aller maatschappelijke belang. Het project behandelt het dagelijkse gebruik en kleine investeringen door de bedrijven, maar ook op de (her)ontwikkeling en renovatie van vastgoed en terreinen door projectontwikkelaars en terreinbeheerders. OPPORTUNITEITEN De interdisciplinaire aanpak van het project biedt de deelnemers een ruim zicht op de verschillende duurzaamheidsaspecten die samenkomen in het logistieke terrein en voorziet hen van kennis en inzichten om onderbouwde beslissingen te nemen op korte en lange termijn Het project zal voor de diverse duurzaamheidsuitdagingen oplossingen voorstellen op technologisch vlak, maar ook door samenwerking tussen bedrijven en aantonen hoe een dergelijke samenwerking op het terrein best wordt georganiseerd CONCRETE ACTIVITEITEN In kaart brengen van best practices en delen van technische en academische kennis binnen de domeinen ontwerp en ruimtelijke ordening, ruimtegebruik, waterbeheer, circulaire ontwikkeling en biodiversiteit Consolidatie van de verworven inzichten en vertaling naar effectieve toepassing op logistieke terreinen en gebouwen Uitwerken van geschikte business modellen en beheerstructuren om samenwerking inzake duurzaamheid op logistieke terreinen te stimuleren. Uitwerken van pilootprojecten in samenwerking met de deelnemende partijen Opstellen van een visie met transitiepaden om te komen tot duurzame logistieke terreinen in Vlaanderen op lange termijn en een stappenplan met concrete adviezen voor de betrokken bedrijvenOnderzoeker(s)
- Promotor: Van Acker Maarten
- Co-promotor: Beckers Joris
- Co-promotor: De Blust Gerrit
- Co-promotor: Ilsbroekx Raf
- Co-promotor: Lauwers Dirk
- Co-promotor: Vloebergh Guy
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Mobiliteits- en logistieke hubs op mensenmaat (MOLO HUBS)
Abstract
MoLo Hubs gaat verder dan de bestaande projecten rond mobiliteitshubs. Het is gericht op het ontwikkelen en implementeren van gebruikersgerichte logistieke diensten en oplossingen in stedelijke mobiliteitshubs om het stedelijk transport te verminderen en tegelijkertijd de aantrekkelijkheid van mobiliteitshubs te vergroten. Het project zal gebruik maken van verschillende pilootprojecten in Aalborg (NO), Amsterdam (NL), Boras (SE), Mechelen (BE) en Hamburg (DE); uitgevoerd via een gezamenlijke methodologie, een gezamenlijk leertraject & door te focussen op mensgerichte oplossingen die een impact hebben op de mobiliteitstransitie naar een net zero carbon economie in de North Sea Region. De Universiteit Antwerpen zal een kennispartner zijn in MoLo Hubs. We willen de hypothese testen dat de geografische integratie van diensten voor passagiers- en vrachtvervoer het potentieel heeft om (i) de aantrekkelijkheid en dus de populariteit van de voorgestelde oplossingen te verbeteren; (ii) het businessmodel van dergelijke gedeelde transportknooppunten te ondersteunen; (iii) de efficiëntie van stedelijk landgebruik te verhogen en negatieve externaliteiten te beperken; en (iv) te passen binnen het idee van de 15-min stad. Het is onze taak om deze effecten te meten.Onderzoeker(s)
- Promotor: Beckers Joris
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
MSCA4Ukrain Beurs - Andrii Galkin
Abstract
De digitale transformatie van de last mile in samenwerking met derden (professionele en niet-professionele koeriers) die extra geld konden verdienen door kleine "gigs" te doen tijdens de pandemie en de huidige Oekraïense crisis is veelzeggend. Deze optredens zijn financiële kansen voor kwetsbare mensen, bijvoorbeeld vluchtelingen. Veel retailers experimenteren nu met crowd-shipping als oplossing voor levering op dezelfde dag. Crowd-shipping is een specifieke toepassing van crowdsourcing technologie die het concept uitbreidt naar vrachtlevering door gebruik te maken van beschikbare plaatsen die in dezelfde richting bewegen, o.a. op het openbaar vervoer, privéauto's, taxis, enz. Dit project richt zich op de beoordeling van crowd-shipping initiatieven voor de duurzame ontwikkeling van stedelijke logistiek. Het project richt zich op de uitdaging om de last mile in de digitale economie op aanvraag te vervullen. Het zal dit doen door het aanmoedigen van het bouwen van een digitale Logistics-as-a-Service marktplaats die interactie tussen meerdere belanghebbenden mogelijk maakt.Onderzoeker(s)
- Promotor: Beckers Joris
- Mandaathouder: Galkin Andrii
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Nieuwe geïntegreerde transportdiensten voor duurzame wijken van de toekomst.
Abstract
Onze manier van werken, leven, winkelen en recreëren... ligt sinds de COVID-19 pandemie onder vuur en versnelt maatschappelijke evoluties zoals de on-demand mindset of de zoektocht naar de 15'-stad. In de context van e-commerce bijvoorbeeld, hebben we een half decennium innovatie gezien in een tijdsbestek van één tot twee jaar (McKinsey & Company, 2020; Szasz et al., 2022). Deze ontwikkelingen impliceren veranderende passagiers- en goederenstromen en vereisen een herziening van ons transportsysteem. Aangezien toekomstige transportsystemen moeten worden opgebouwd rond concepten als nabijheid, milieuvriendelijk en on-demand, moeten deze systemen geïntegreerd zijn. Wij onderscheiden drie dimensies van integratie. Ten eerste moeten toekomstige transportsystemen verschillende aanbieders van passagiers- of vrachtvervoersdiensten integreren. Ten tweede moeten ze goederen- en passagiersstromen integreren voor optimale consolidatie en efficiëntie. Ten derde moeten ze het individu aan het roer zetten, zodat maatwerk en personalisering mogelijk worden. Het transportsysteem van de toekomst wordt bestudeerd vanuit zowel een ruimtelijke economisch als een transport geografisch perspectief. Dit gebeurt door te starten met de vraag naar transport, d.w.z. door de regionale ontwikkelingen en de gevolgen daarvan voor de transportbehoeften te bestuderen. Vervolgens bekijken we de rol van mobiliteitspunten als consolidatiepunten en buurtknooppunten, die bereikbaarheid bieden in een tijdperk van online activiteit en versnippering van vervoersstromen. Ten slotte kijken we naar nieuwe transportdiensten om passagiers en goederen te vervoeren.Onderzoeker(s)
- Promotor: Beckers Joris
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Slimme openbaar vervoersinitiatieven voor klimaatneutrale steden in Europa (SPINE).
Abstract
De visie van SPINE is om dichter bij klimaatneutraliteit te komen door openbaarvervoersystemen te versterken via een slimme integratie met nieuwe mobiliteitsdiensten. SPINE leidt de overgang naar een efficiënter, duurzamer, veerkrachtiger en inclusiever openbaarvervoersysteem. Een netwerk van samenwerkende LL's wordt ontwikkeld om de overdraagbaarheid te bevorderen, terwijl een intersectionele kijk op de gebruikers van het vervoerssysteem wordt toegepast. Vier Lead City LL's in Antwerpen, Bologna, Tallin en Las Palmas zullen worden opgericht, en er zal een reeks co-creatieactiviteiten plaatsvinden om innovatieve mobiliteitsoplossingen uit te voeren. De SPINE-aanpak omvat de ontwikkeling van (a) innovatieve simulatie- en Digital Twining (DT)-instrumenten, samen met open gegevens en gedragsmodellen, die het mogelijk maken scenario's op te stellen waarin verschillende mobiliteitsinterventies (push- en pull-maatregelen samen met ondersteunend beleid) worden gecombineerd en de meest veelbelovende worden uitgevoerd; (b) gegevensgestuurde evaluatie- en transformatiemodellen die de opname van de vier LL's in zeven follower-steden - Barreiro, Valladolid, Zilina, Sibenik, Hrakleion, Gdynia en Rouen - zullen bevorderen. SPINE stelt een zeer ambitieus plan op voor het gezamenlijk ontwerpen en uitvoeren van 55 slimme, groene, inclusieve mobiliteitsoplossingen. Het SPINE-consortium verenigt een multidisciplinair team van 39 partners uit 16 landen. De unieke mix van ervaren transportngenieurs, openbaarvervoerbedrijven, computerwetenschappers, data-analysten, transportmodelleurs, sociale wetenschappers, stadsplanners, beleidsanalisten en softwareleveranciers binnen ons consortium verzekert de alomvattende aanpak van de uitdagingen, het toepassingsgebied, de verwachte impact en de succesvolle oplevering van het project.Onderzoeker(s)
- Promotor: Beckers Joris
- Co-promotor: Coenegrachts Elnert
- Co-promotor: Verhetsel Ann
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Coöperatieve en verbonden groene distributieoplossingen voor een tijdperk van geoptimaliseerde zero-emissie last-mile logistiek (GREEN-LOG).
Abstract
GREEN-LOG versnelt systemische veranderingen voor duurzame stadslogistiek. Het project zet stadsplatforms op voor het stimuleren van sociale innovatie, het ontwerpen en inzetten van innovatieve leveringsoplossingen en maakt de ontwikkeling mogelijk van robuuste beleidskaders en coöperatieve bedrijfsmodellen die voortbouwen op effectieve samenwerking tussen de publieke en de private sector. Op operationeel niveau biedt GreenLog innovaties op basis van vrachtfietsen voor het ontwerp en de implementatie van duurzame microconsolidatie, multimodale pakketleveringen waarbij het openbaar vervoer wordt geïntegreerd, Logistics as a Service-platforms voor onderling verbonden stadslogistiek en geautomatiseerde leveringsconcepten met behulp van autonome voertuigen en robots. In deze context wordt in een 'Vlaamse Piloot' in de steden, Gent, Mechelen en Leuven het idee van een 'Logistics-as-a-Service' platform getest. Dit moet de efficiëntie verbeteren van de stedelijke logistiek binnen de lokale beleidskaders. De aanwezigheid van 3 steden moet ervoor zorgen dat de oplossingen niet beperkt blijven tot het lokale niveau, maar dat er uniformiteit ontstaat in het logistiek beleid op regionaal niveau. Verder wordt de aanpak toegepast en gevalideerd in vier steden en gebieden: Athene, Barcelona, Oxfordshire en Ispra. Er wordt speciale aandacht besteed aan de overdraagbaarheid van de voorgestelde innovaties, te beginnen met drie steden die de Griekse oplossingen op maat willen maken en kopiëren, en verder met een pan-Europees bereik met intensieve disseminatie acties, waarbij de basis wordt gelegd voor de oprichting van meerdere stadslogistieke Urban Living Labs.Onderzoeker(s)
- Promotor: Beckers Joris
- Co-promotor: Cardenas Barbosa Ivan Dario
- Co-promotor: Vanelslander Thierry
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Stedelijke logistiek en economische geografie.
Abstract
Achtergrond: De digitale revolutie heeft geleid tot een on-demand economie die wordt gekenmerkt door een toenemende gebruikersgerichtheid van de industrie. Dit is zichtbaar in de transportsector, waar de sterke toename van e-commerce de belofte van steeds snellere, goedkopere en meer gepersonaliseerde leveringen mogelijk heeft gemaakt en waar micromobiliteit mogelijk de sleutel is tot een duurzamere modal split. Hoewel deze ontwikkelingen sommige bestaande ongelijkheden, zoals voedselwoestijnen of vervoersongelijkheden, kunnen overbruggen, gaan zij gepaard met nieuwe ongelijkheden en beperkingen. Deze beperkingen impliceren dat de traditionele economische en vervoersmodellen opnieuw moeten worden geëvalueerd. Doelstelling: De voorgestelde methodologie, het financieringsplan, het onderwijs en de disseminatie moeten leiden tot een onderzoeksgroep rond stedelijk transport binnen het kader van de economische geografie, die kennis genereert ter ondersteuning van veerkrachtige transport- en economische systemen en regio's. Methodologie: Drie onderzoekssporen ondersteunen deze doelstelling. In RT1 wordt de vraag behandeld "Hoe biedt de opkomst van e-commerce kansen voor en synergieën tussen retail en logistiek?". RT2 richt zich op personenvervoer en draait om de vraag "Wat is de ruimtelijke impact van nieuwe vormen van mobiliteit?". RT3 is van een meer methodologische aard en beoogt "de relevantie van de netwerktheorie voor de analyse van vervoers- en economische systemen te maximaliseren".Onderzoeker(s)
- Promotor: Beckers Joris
- Mandaathouder: Beckers Joris
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Retail bereikbaarheid in de on-demand economie.
Abstract
Door heterogene consumentenvoorkeuren dekt het huidige winkelaanbod aanbod niet alle vraag. Zo toonde Cant (2019) dat meerdere Antwerpse gemeenten met 15 tot 25% inwoners 65+ jaar, geconfronteerd worden met lange loopafstanden naar de dichtstbijzijnde supermarkt. E-commerce kan dergelijke problemen overbruggen, maar introduceert ook nieuwe beperkingen. Om de gevolgen voor de bereikbaarheid tot voeding en andere producten te meten, retail locatietheorieën te evalueren of de last mile te optimaliseren, is een herziening van de retail bereikbaarheid nodig die zowel logistieke parameters als de mobiliteit van de consument omvat. Dit project herziet retail bereikbaarheid in drie stappen: (i) modelleren van huidige consumentengedrag; (ii) ontwikkeling van een nieuw kader voor retail bereikbaarheid en (iii) analyseren van de regionale economische gevolgen voor bedrijven en beleidsmakers in planning, mobiliteit en logistiek.Onderzoeker(s)
- Promotor: Beckers Joris
- Mandaathouder: Lei Yubing
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Mobiliteitshubs voor gedeelde en digitale mobiliteit (ShareDiMobiHub).
Abstract
ShareDiMobiHub beoogt de multimodale toegankelijkheid van steden te verbeteren door de invoering en het gebruik van gedeelde mobiliteitshubs te vergroten, wat resulteert in een modal shift en veranderd gedrag in de richting van gedeelde mobiliteitshubs. Een modal shift van de eigen auto naar gedeelde mobiliteit is nodig om de toegenomen vervoersvraag als gevolg van de verstedelijking op te vangen. Om de overgang te versnellen, moet een integrale aanpak worden gevolgd, met onder meer maatregelen om ruimte te bieden voor gedeelde mobiliteit, nudging & communicatie, beperkingen voor de eigen auto, integratie met het openbaar vervoer en met Mobility as a Service (MaaS). De integrale aanpak zal worden gebruikt voor de uitvoering van: - Plannen voor meer gedeelde mobiliteitsknooppunten in Amsterdam en omliggende steden in de metropoolregio (via de Vervoersautoriteit Amsterdam). - Digitaliseringsplannen om gedeelde mobiliteit te integreren met MaaS in Amsterdam en omliggende steden, Leuven en de provincie Utrecht. Daarnaast moeten sommige regio's een pilot uitvoeren voordat opschaling kan plaatsvinden: - In Vestfold en de regio Telemark om gedeelde mobiliteit te integreren met openbaar vervoer. - In Rotterdam en Leuven om te testen hoe specifieke doelgroepen het best kunnen worden betrokken. In Leuven om gedeelde mobiliteit te testen met een gemengde gebruikersgroep. Op basis van de lessen uit de pilots en de ervaringen van de partners die actieplannen voor opschaling uitvoeren, zullen Rotterdam en de provincie Utrecht en volgpartner de hoofdstedelijke regio van Denemarken elk een strategie voor opschaling opstellen en goedkeuren om gedeelde mobiliteitshubs uit te rollen. Leuven en VTFK zullen opschalingsactieplannen uitvoeren met onder meer digitalisering en MaaS-integratie. Transnationale samenwerking is essentieel: de meer ervaren partners uit Nederland en België zullen de andere partners de weg wijzen. Het partnerschap zal ook 40 belanghebbenden ondersteunen om een bredere uitrol te waarborgen. Burgers, pendelaars en bezoekers zullen profiteren van het grotere aanbod aan gedeelde mobiliteit. Zij zullen gemakkelijker toegang krijgen tot verschillende vervoerswijzen via een MaaS-app.Onderzoeker(s)
- Promotor: Beckers Joris
Onderzoeksgroep(en)
Project website
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Onderzoeks- en ontwikkelingstraject naar het ruimtelijk ordeningsvraagstuk in de Rupelregio in het kader van de ontwikkelingen binnen Flanders Technology & Innovation.
Abstract
Deze samenwerkingsovereenkomst heeft als voorwerp om het ruimtelijk ordeningsvraagstuk in de Rupelregio in het kader van de ontwikkelingen binnen Flanders Technology & Innovation te onderzoeken. Het Departement Cultuur, Jeugd en Media wil namelijk inzicht krijgen in op het ruimtelijk ordeningsplan en bijhorende creatieve mogelijkheden op het vlak van mobiliteit en economische ontwikkeling in de Rupelregio en meer specifiek in Boom en Rumst. Het potentieel van dit gebied wordt onderzocht om enerrzijds de Vlaamse innovatieve entertainmentsector te verankeren en anderzijds een brede maatschappelijke opwaardering van de Rupelregio te realiseren.Onderzoeker(s)
- Promotor: Coppens Tom
- Co-promotor: Beckers Joris
- Co-promotor: Vandyck Frederik
- Co-promotor: Vloebergh Guy
Onderzoeksgroep(en)
Project website
Project type(s)
- Onderzoeksproject
De stedelijke geografie van de integratie van retail en logistiek in de on-demand economie
Abstract
De populariteit van e-commerce heeft geleid tot het ontstaan van de on-demand economie met almaar snellere, goedkopere en meer gepersonaliseerde leveringen. De nieuwe mindset van de consument compliceert echter traditionele retail and logistieke processen en heeft een grote impact op hun fysieke voetprint (Dablanc, 2019; Hagberg et al., 2016). Een gevolg hiervan is dat ook lokale overheden geconfronteerd worden met nieuwe randvoorwaarden in het stedelijk planningsproces. Recente literatuur in onderzoeksvelden als consumentengedrag, economische geografie en stedelijke logistiek beginnen aandacht te besteden aan deze problematiek (Birkin et al., 2017; Donaldy, 2013; Heitz et al., 2018). Al deze studies blijven echter binnen de grenzen van hun onderzoeksveld en gebruiken een retail of logistiek perspectief. Dit voorstel innoveert door retail en logistiek als een geïntegreerd geheel te beschouwen, en dus de problematiek door een multidisciplinaire bril te bestuderen. Dit gebeurt in drie stappen. In eerste instantie wordt de evolutie van de vraag naar en het aanbod van retail en logistieke diensten gekwantificeerd. Vervolgens worden vraag en aanbod met elkaar vergeleken door de berekening van twee indices. De eerste meet de toegankelijkheid tot omni-channel retail, de tweede geeft de prestatie van steden in de on-demand economie weer. Tot slot wordt dit werk afgerond door te bestuderen hoe lokale overheden deze integratie in goede banen kunnen leiden.Onderzoeker(s)
- Promotor: Verhetsel Ann
- Mandaathouder: Beckers Joris
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
De sociaaleconomische meerwaarde van de haven van Antwerpen op het hinterland.
Abstract
In 2015 finaliseerde de Universiteit Antwerpen het onderzoek "Sociaaleconomische impact van de haven van Antwerpen op het hinterland". Dit onderzoek werd voltooid in het kader van het raamakkoord tussen de Universiteit Antwerpen en de Provincie Antwerpen. Het Havenbedrijf Antwerpen, de provincie Antwerpen en de Universiteit Antwerpen onderschrijven samen het economisch en maatschappelijk belang van de haven van Antwerpen. Daarom wensen de drie partijen een geactualiseerde kijk op de sociaaleconomische impact van de haven van Antwerpen en starten een nieuw onderzoeksproject op. Deze geactualiseerde kijk omvat enerzijds een gedetailleerd inzicht in de werkgelegenheid in het havengebied, o.a. met het oog op de verdere ontwikkeling van het Havencentrum (aanbod) en toekomstgerichte initiatieven naar de omgeving. Anderzijds willen we inzicht krijgen in de economische impact van de havenbedrijven en hun samenwerking met bedrijven in het hele land. We focussen ons hierbij dus op economische netwerken.Onderzoeker(s)
- Promotor: Verhetsel Ann
- Co-promotor: Beckers Joris
- Co-promotor: Vanelslander Thierry
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Responsive sustainable urban logistics - Best practices last mile en samenwerkingsmodellen in stadsdistributie (R!sult).
Abstract
This project involves bringing together knowledge on finished, running and planned projects on last mile and more collaborative co-operation models in city distribution, and the state of the art on what moves in this market.Onderzoeker(s)
- Promotor: Vanelslander Thierry
- Co-promotor: Beckers Joris
- Co-promotor: Cardenas Barbosa Ivan Dario
- Co-promotor: De Langhe Katrien
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Responsieve Duurzame Stedelijke Logistiek
Abstract
Dit projectvoorstel behandelt volgende onderzoeksvraag: RQ: Wat zijn potentiële duurzame en geïntegreerde samenwerkingsmodellen voor stedelijke goederenstromen, gegeven een bepaalde stad? De focus ligt op het testen van duurzame en geïntegreerde business cases binnen de stedelijke logistieke context, met inbegrip van alle mogelijke soorten stromen (B2B, B2C, retour, enz.). Dit voorstel tracht deze doelstelling te behalen door drie sub-onderzoeksvragen te beantwoorden in drie opeenvolgende werkpakketten. Om de duurzaamheid van de verschillende business cases te testen wordt eerst een data-driven rekenmodel opgesteld. Dit rekenmodel moet toelaten om de verschillende opties op een objectieve manier te vergelijken. RQ1: Wat zijn de belangrijkste componenten van een rekenmodel voor een duurzaam stedelijk logistiek beleid, zowel langs input- als outputzijde? Recente data over goederenstromen, zowel binnen als buiten steden, is echter zeer schaars. Dit verhindert een objectief overzicht op de stedelijke logistiek, wat het identificeren van opportuniteiten bemoeilijkt. RQ2: Welke goederenstromen vinden er plaats in de betrokken steden? De bevindingen uit de eerste twee werkpakketten worden vervolgens gebruikt om voorstellen tot pilootprojecten te becijferen. Deze pilootprojecten dienen uitgevoerd te worden in de betrokken steden en helpen met het identificeren van de barrières tussen de berekeningen en de werkelijke toepassingen. RQ3: Wat zijn de barrières om de resultaten van het rekenmodel te vertalen naar een effectieve, geïntegreerde reorganisatie van de stedelijke goederenstromen?Onderzoeker(s)
- Promotor: Vanelslander Thierry
- Co-promotor: Beckers Joris
- Co-promotor: Cardenas Barbosa Ivan Dario
- Co-promotor: De Langhe Katrien
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Slimme en duurzame hubs voor elektrische deelmobiliteit (E-HUBS)
Abstract
Congestie, vervuiling en groeiende steden in NWE dwingen ons privé-auto's te verwisselen voor deelmobiliteit. Door te zorgen voor een kritieke massa van eHUBS (fysieke cluster van gedeelde elektrische mobiliteit met laadinfra) en elektrische deelmobiliteit aan te bieden, kunnen we deze transitie op gang brengen en zal het gebruik van de auto in steden afnemen. Hoewel eHUBS technisch mogelijk zijn, wordt de invoering ervan gehinderd door trage adaptatie van gebruikers, ruimtelijke ordening problematiek en beleid. Kritieke massa en schaalbaarheid zijn van belang en kennisoverdracht is noodzakelijk om belemmeringen voor steden weg te nemen. De partnersteden uit 5 landen zullen eHUBS realiseren en andere steden ondersteunen. De eHUBS komen op strategische locaties, die verbonden zijn met andere vervoerswijzen (bv. ov), maar er komen ook kleine eHUBS in woongebieden. De implementatie van de eHUBS zal per stad verschillen zodat dit uiteindelijk ook in andere steden kan worden toegepast. Door in 6 steden een impuls te geven aan de mobiliteitstransitie, geven we het goede voorbeeld aan NWE als geheel. Andere steden profiteren hier ook van door het toepassen van de blauwdruk en het kopiëren van de goede voorbeelden. Een grootschalig gebruik zal een hefboomeffect hebben en zal de CO 2-uitstoot in steden aanzienlijk verminderen en een groeiende markt creëren voor commerciële elektrische deelmobiliteit aanbieders.Onderzoeker(s)
- Promotor: Onghena Evy
- Promotor: Vanelslander Thierry
- Co-promotor: Beckers Joris
- Co-promotor: Van Bockhaven Wouter
- Co-promotor: Vanelslander Thierry
- Co-promotor: Verhetsel Ann
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject