Onderzoeksgroep
Expertise
Deskundigheid op het vlak van middeleeuwse en vroeg-moderne geestelijke letterkunde in de Lage Landen. Deze deskundigheid vindt haar neerslag in inhoudelijke studies en kritsche edities van geestelijke letterkunde in het MIddelnederlands en het Latijn
Goddelijke gerechten. Smullen van religieus erfgoed.
Abstract
In 2025 bestaat het Ruusbroecgenootschap honderd jaar. Deze interdisciplinaire onderzoeksgroep van de UAntwerpen vergaarde in de afgelopen eeuw een indrukwekkende collectie primaire bronnen over de geschiedenis van de spiritualiteit in de Nederlanden. Academici en studenten vinden gemakkelijk hun weg naar deze collectie die in juni 2011 werd erkend als Erfgoedbibliotheek, maar bij het bredere publiek is ze minder bekend. Het eeuwfeest biedt een uitgelezen mogelijkheid om ook dat doelpubliek te bereiken en beter vertrouwd te maken met deze bronnen over religieuze cultuur, devotie en mystiek in Vlaanderen. Liefde gaat door de maag, dus waarom zou appetijt voor de geschiedenis van de spiritualiteit niet kunnen worden opgewekt door in te zetten op de culinaire geneugten? Een kookboek op basis van de recepten en gerechten die we kunnen terugvinden in onze handschriften en oude drukken lijkt dan ook een ideale insteek om het bredere publiek op een toegankelijke manier te laten kennis maken met dit erfgoed. Korte verhelderende teksten zullen de lezer informeren over de rol die voedsel kon spelen binnen de christelijke cultuur (als bindmiddel in het sociale weefsel, maar ook als symbool in stichtende teksten). Dit biedt ons tevens de gelegenheid om onze kennis van deze bronnen verder uitte diepen en ook internationale experten attent te maken op dit aspect van onze uitzonderlijke erfgoedcollectie. De recepten zullen worden herwerkt voor de hedendaagse keuken, waardoor het publiek ook zelf aan de slag kan gaan.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van Osselaer Tine
- Co-promotor: Arblaster John
- Co-promotor: Schepers Kees
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Vergoddelijkingsthematiek in de Middelnederlandse werken van de Groenendaalse auteurs: Jan van Ruusbroec, Jan van Leeuwen, Willem Jordaens en Godfried Wevel. Was Groenendaal een tekstuele gemeenschap of een praktijkgemeenschap van auteurs?
Abstract
In de 14de-eeuwse gemeenschap van Groenendaal in het Zoniënwoud bij Brussel woonden naast de bekende mystieke auteur Jan van Ruusbroec ook drie onderbelichte Middelnederlandse mystieke schrijvers: Jan van Leeuwen, Willem Jordaens en Godfried Wevel. De gemeenschap vormde dus een uniek brandpunt van Middelnederlandse mystieke literatuur. Verrassend genoeg zijn de verbanden tussen de teksten van deze auteurs nog nooit grondig onderzocht. Aangezien de vergoddelijkingsthematiek het centrale 'crux' vormt in Ruusbroecs werken, zal dit project dat thema onderzoeken bij de vier Groenendaalse auteurs. De resultaten van deze studie zullen nieuw licht werpen op de mate waarin de auteurs een 'tekstuele gemeenschap' vormden waarin de ideeën van de drie onderbelichte auteurs werden vormgegeven in een afhankelijke verticale relatie tot Ruusbroec of een 'praktijkgemeenschap van auteurs' waarin ze een netwerk vormden waarin horizontaal leren plaatsvond en er niet noodzakelijk consensus was. Aan de hand van traditionele filologie en digitaal onderzoek zal het project de relaties tussen de vier auteurs analyseren om na te gaan in welke mate hun werken overeenstemmen en/of verschillen. Het onderzoek zal zo een antwoord bieden op herhaalde aanzetten in de secundaire literatuur en baanbrekend werk leveren binnen de studie van de auteurs in kwestie, de geschiedenis van volkstalige mystieke literatuur in de Lage Landen en laatmiddeleeuwse (religieuze) gemeenschappen als 'schrijversgemeenschappen'.Onderzoeker(s)
- Promotor: Arblaster John
- Co-promotor: Schepers Kees
- Mandaathouder: Vandenbroucke Michiel
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Het thema van de vergoddelijking in de Middelnederlandse werken van de onderbelichte auteurs in Groenendaal: Jan van Leeuwen, Willem Jordaens en Godfried Wevel. Was Groenendaal een 'tekstuele gemeenschap' of een 'praktijkgemeenschap van auteurs'?
Abstract
In de gemeenschap van Groenendaal, een hermitage en latere priorij in het Zoniënwoud nabij Brussel, woonde in de 14e eeuw niet alleen haar veel bestudeerde eerste prior, de beroemde mystieke auteur Jan van Ruusbroec (1293-1381), maar er verbleven ook drie minder bekende, weinig bestudeerde Middelnederlandse mystieke auteurs: Jan van Leeuwen (+1378), Willem Jordaens (+1372) en Godfried Wevel (+1396). Groenendaal vormt daarmee een unieke hotspot in de Middelnederlandse mystieke literatuur, met vier mystieke schrijvers die in dezelfde periode en op dezelfde plaats werken schreven in de volkstaal. De (onderlinge) verbanden tussen deze auteurs zijn nooit grondig onderzocht, en het type 'auteursgemeenschap' dat ze vormden is daarom ook onbekend. Waren ze een "tekstuele gemeenschap", met auteurs wier de ideeën werden gevormd en uitgedrukt in een afhankelijke, verticale relatie met Ruusbroecs geschriften, of waren ze eerder een "praktijkgemeenschap van auteurs", een onderling verbonden, transversaal netwerk van schrijvers tussen wie horizontaal leren plaatsvond en er niet noodzakelijk consensus bestond? Om deze vraag te operationaliseren, toetsen en evalueren, richt het project zich op de casus van het thema van de vergoddelijking, aangezien dit de thematische 'crux' van Ruusbroecs werken vormt. Door deze casus te onderzoeken, zullen we nagegaan of en in hoeverre de weinig bekende Middelnederlandse schrijvers uit Groenendaal dit centrale thema deelden met Ruusbroec en hoe het verwoord en geconceptualiseerd wordt in hun werken, waardoor een nieuw licht wordt geworpen op verticaal en/of horizontaal leren in Groenendaal. Door middel van een methodologie die elementen van traditionele filologie combineert met Computer Assisted Qualitative Data Analysis, zal het project de typologieën van vergoddelijking in de individuele werken en oeuvres van de auteurs identificeren. Vervolgens voeren we een vergelijkende analyse uit tussen alle vier de Middelnederlandse mystieke auteurs uit Groenendaal en visualiseren we de mate waarin zij consensus en/of divergentie vertonen in hun semantische en conceptuele articulaties van het thema in kwestie. De resultaten van dit onderzoek stellen ons in staat om de aanhoudende perceptie van Jan van Leeuwen, Willem Jordaens en Godfried Wevel als Ruusbroecs (literaire) ondergeschikten die niet transversaal met elkaar verbonden waren, te bevragen. Het onderzoek is daarmee baanbrekend op verschillende terreinen, namelijk de studie van de geschiedenis van de mystieke literatuur in de volkstaal in de Lage Landen; horizontaal leren in laatmiddeleeuwse (monastieke) gemeenschappen; de drie specifieke auteurs in kwestie; en het vergoddelijkingsonderzoek.Onderzoeker(s)
- Promotor: Arblaster John
- Co-promotor: Schepers Kees
- Mandaathouder: Vandenbroucke Michiel
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Auteurschap, compositie en tekstuele samenhang van drie zestiende-eeuwse mystieke teksten: Die evangelische peerle, Van den tempel onser sielen, de Arnhemse mystieke preken. Een stylometrische benadering
Abstract
Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek-Vlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel.Onderzoeker(s)
- Promotor: Schepers Kees
- Co-promotor: Daelemans Walter
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Mobiliteit van ideeën en verspreiding van literaire teksten en onderricht in de volkstaal in het Rijnland en de Lage Landen (ca. 1300-1550) (MITT).
Abstract
"Mobility of Ideas and Transmission of Texts" (MITT) is een vormingsprogramma voor jonge onderzoekers dat onderzoek doet naar de middeleeuwse overdracht van kennis van kerkelijke en academische elites van professionele intellectuelen naar een breder publiek dat bereikt werd via de volkstaal. Het programma richt zich op de dynamiek van het middeleeuwse intellectuele leven in het Rijnland en de Lage Landen, een gebied dat heden ten dage over vijf landen verspreid ligt (Zwitserland, Duitsland, Frankrijk, België en Nederland). In de Middeleeuwen was het echter één cultuurgebied. In dit gebied brachten de grote veertiende-eeuwse mystici Meister Eckhart, Johannes Tauler, Jan van Ruusbroec en hun tijdgenoten een ontwikkelde literatuur in de volkstaal voort die handelde over theologie en religieuze praktijk en die een nieuw lekenpublieksgroepen bekend maakte met een persoonlijke relatie tot God. Het project wil een nieuw perspectief op deze literaire cultuur ontwikkelen door onderzoek te doen naar publiek, toeëigening en verbreiding van teksten in de toenmalige religieuze en intellectuele context.Onderzoeker(s)
- Promotor: Mertens Thom
- Co-promotor: Schepers Kees
- Mandaathouder: Nanay Bence
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Geschiedenis van de spiritualiteit in de Nederlanden.
Abstract
1. Zestiende-eeuwse mystieke renaissance De zestiende mystieke renaissance in de Nederlanden en het aangrenzende Rijnland, met als centra het St.-Agnesklooster in Arnhem en de Keulse St.-Barbara kartuis. 2 Monastieke cultuur in het Zoniënwoud Zuid-Nederlandse intellectuele en spirituele cultuur aan het eind van de vijftiende eeuw en in de zestiende eeuw: de Latijnse geestelijke letterkunde uit het Zoniënwoud op het snijvlak van middeleeuwen en Humanisme.Onderzoeker(s)
- Promotor: Schepers Kees
- Mandaathouder: Schepers Kees
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject