Abstract
Dit project tracht een empirische en conceptuele bijdrage tot de Belgische en internationale verzets- en vrouwengeschiedenis te leveren door het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog vanuit een genderperspectief te bestuderen. Dit betekent dat we gelijktijdig de blik zullen vestigen op de verzetsactiveiten van vrouwen in België en op de vertogen waarin ze al tijdens de oorlog werden gevat. In beide opzichten zullen we ook systematisch kijken naar gelijkenissen en verschillen met de vertogen over en praktijken van 'mannelijk' verzet. We vertrekken van de hypothese dat - anders dan doorgaans wordt aangenomen - vrouwen zich in hun verzetsengagement niet beperkten tot een ondersteunende positie, en dat zij door de traditionele genderstereotiepen heen braken door uit de huiselijke sfeer te stappen of door omgekeerd het verzet in de huiselijke sfeer te brengen. We verwachten een tegenstelling te vinden tussen de activiteiten van vrouwen in het verzet en het vertoog dat door verzetsbewegingen werd gebruikt om de aanwezigheid van vrouwen in hun midden te legitimeren. Om vrouwen te mobiliseren, zo luidt de hypothese, dienden verzetsbewegingen het engagement in het verzet voor te stellen als een 'aanvaardbare' activiteit voor vrouwen. Daarom was het verleidelijk de verzetsactiviteiten van vrouwen voor te stellen als een voortzetting van hun traditionele rollen. Dit zou kunnen helpen verklaren waarom het na de oorlog zo moeilijk was een transformatieve betekenis te geven aan deze ingrijpende ervaring.
Om deze algemene ambitie te operationaliseren zal dit project twee complementaire vragen proberen te beantwoorden: (1) wat was het vertoog van de sluikpers over rol van vrouwen in het verzet, en (2) hoe verhouden deze vertogen zich tot de reële vrouwelijke verzetsactiviteiten in België tijdens de Tweede Wereldoorlog?
Om de eerste onderzoeksvraag te beantwoorden zullen we een kwantitatieve en kwalitatieve discoursanalyse toepassen op het volledig gedigitaliseerde corpus van de Belgische sluikpers van de Tweede Wereldoorlog. Om het tweede objectief te bereiken zullen we archiefonderzoek verrichten met betrekking tot drie gevalstudies. Die keuze stelt ons in staat de activiteiten en de positie van verzetsvrouwen in drie verschillende ideologische, taalkundige en geografische contexten te onderzoeken. Voor elk van die contexten zal de focus op een verschillende verzetsorganisatie worden gelegd: de Belgische Communistische Partij in Luik, de Witte Brigade in Antwerpen en het Geheim Leger in West-Vlaanderen. Bij het onderzoek van de bronnen voor deze organisaties hopen we echter ook vormen van vrouwelijk verzet in andere bewegingen en niet-georganiseerde vormen van vrouwelijk verzet in dezelfde plaatsen op het spoor te komen.
Onderzoeker(s)
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)