Onderzoeksgroep
Expertise
Mijn belangrijkste expertise ligt in het kritisch begrijpen van de sociaal-culturele en politieke relatie tussen mode en mannelijkheid. Mijn academisch werk ontwikkelt zich dus op het kruispunt van drie specifieke onderzoeksdomeinen: (mannen)modestudies, kritische studies over mannen en mannelijkheid, en queer studies. Mijn doctoraatsproject, gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek-Vlaanderen (FWO) en uitgevoerd in de Faculteit Sociale Wetenschappen, was de eerste poging om de Antwerpse mode te analyseren door de lens van de queering van mannelijkheid. De analyse die werd ontwikkeld tijdens dit onderzoeksproject, dat zich richtte op de kritische modepraktijken van internationaal erkende Antwerpse ontwerpers zoals Walter Van Beirendonck, Dirk Bikkembergs, Raf Simons, Bernhard Willhelm en Glenn Martens, heeft een veelzijdig begrip mogelijk gemaakt van de relatie tussen mode en mannelijkheid vanuit het perspectief van gender, seksualiteit en het lichaam, en vooral, hoe we in de Antwerpse modescène een broedplaats kunnen identificeren voor voorhoedepraktijken die worden gekenmerkt door een specifieke houding ten opzichte van het ontwerpen van mannenmode en de representatie van het mannelijk lichaam. Deze studie is gebaseerd op een kwalitatieve inhoudsanalyse van (audio)visuele en tekstuele materialen die verzameld werden tijdens archiefonderzoek in Belgische en internationale (mode)musea en interviews met relevante persoonlijkheden uit het veld die uit de eerste hand ervaring hebben met de opkomst van de Antwerpse mode. Meer specifiek, na een casestudy aanpak om een voldoende diepgaand en specifiek begrip te krijgen van de kritische modepraktijken van de geselecteerde ontwerpers, analyseerde ik de materialen verzameld tijdens het archiefonderzoek door middel van een visuele sociaal semiotische lezing. Dit laatste kan worden beschouwd als een instrument om dingen te onthullen die op het eerste gezicht niet duidelijk zijn, terwijl het ook tegenstrijdigheden tussen verbale en visuele boodschappen aan het licht brengt. Gedurende het onderzoek hielp de visuele sociale semiotiek om te benadrukken hoe de structuur van (audio)visuele materialen bijdroeg aan de representatie van non-conforme mannelijkheid. Na de betekenis van normatieve masculiniteiten in relatie tot (representaties van) het geklede lichaam in het theoretische kader te hebben behandeld, probeerde de analyse duidelijker aan te geven hoe de geselecteerde ontwerpers onderdrukkende en monolithische ideeën over mannelijkheid ondermijnen en transformeren door het versierde lichaam te gebruiken als een sociale en politieke plaats van verzet die individualiteit en zelfbeschikking bevordert. De gedetailleerde analyse van (audio)visuele materialen werd vervolgens ondersteund door de analyse van tekstgebaseerde objecten, die inzicht gaven in de opvattingen van de ontwerpers over de kritische impuls van hun werk en over hun denken over gender, mannelijkheid en seksualiteit. Mode-uitnodigingen, persberichten, showrecensies en kranten- en tijdschriftartikelen hielpen verder bij het decoderen en contextualiseren van de betekenissen van de collecties. De juxtapositie van (audio)visueel en tekstueel bewijsmateriaal bood dus een methode om de betekenissen die uit de beelden naar voren kwamen te staven of, soms, om de discrepanties tussen visuele en tekstuele betekenissen te benadrukken. Vanaf november 2023 stelt een nieuw postdoctoraal project, altijd gefinancierd door het FWO, me in staat om mijn onderzoek naar het kritisch begrijpen van de relatie tussen mannen en mode te verplaatsen naar het domein van het alledaagse leven. Bijgevolg heeft mijn analyse zich verplaatst naar het domein van de kwalitatieve etnografie. Om de impact van gendernormen en normatieve aannames over mannelijkheid op het geklede mannelijke lichaam in het alledaagse leven te begrijpen, wordt het project voornamelijk uitgevoerd via de wardrobe studies-methode.
De biopolitiek van het geklede mannelijke lichaam: Naar een begrip van normatieve belichaamde masculiniteiten in het dagelijkse leven in België en Italië
Abstract
Het doel van dit project is de relatie tussen kleding en mannelijkheid in de dagelijkse sartoriële praktijken van niet-conforme mannen te onderzoeken. Meer bepaald zal het de impact nagaan van gendernormen op de articulatie, disciplinering en ervaring van het geklede mannelijke lichaam in de openbare ruimte in zowel België als Italië. Het onderzoek zal het geklede mannelijke lichaam beschouwen als een centraal element in de biopolitiek van mannelijkheid door het belang te onderzoeken van kledingpraktijken in de regulerende interventies van biomacht op het lichaam, een dimensie die al te vaak over het hoofd wordt gezien. Dit zal gebeuren door middel van een etnografisch kledingonderzoek. Door een brug te slaan tussen materiële cultuur en belichaamd onderzoek zal het project nagaan in hoeverre normen van mannelijkheid de zelfexpressie van het geklede mannelijke lichaam beperken, en hoe deze belichaamde kennis de dagelijkse handeling van het aankleden beïnvloedt. Aangezien het onderzoek naar de relatie tussen mannen en mode in het dagelijks leven nog meer diepgang en begrip behoeft, zal dit project ons inzicht in het geklede mannelijke lichaam vergroten en de nadruk leggen op de fundamentele rol van kleding als identiteitsvormende praktijk in de biopolitiek van mannelijkheid. Als zodanig sluit het aan bij recente wetenschappelijke en mainstream bezorgdheden over de veranderende aard van mannelijkheid en over het verzet tegen meer inclusieve vormen van mannelijke belichaming.Onderzoeker(s)
- Promotor: Dhoest Alexander
- Co-promotor: Eeckhout Bart
- Mandaathouder: Brajato Nicola
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Mannelijkheid herontworpen: Kledij, lichaam en identiteit in de Antwerpse modescene.
Abstract
Dit is het allereerste project ooit dat de relatie tussen mode, lichaam en genderidentiteit onderzoekt binnen de welbekende Antwerpse modescene. Meer specifiek zal het focussen op de creatieve praktijken van vier ontwerpers uit verschillende generaties (Raf Simons, Ann Demeulemeester, Bernhard Willhelm and Glenn Martens) en onderzoeken hoe zij bijdroegen aan een hervormde visie op mannelijke esthetiek door hun kritische benadering van mannenkledij. Het onderzoek is innovatief door zijn multidisciplinaire aanpak op het kruispunt van modestudies, 'men's studies' en 'queer studies'.Het zal theorievorming rond de constructie van mannelijkheid combineren met inzichten in de rol van mode in de vorming en het in vraag stellen van belichaamde gendernormen.Methodologisch zal het vooral berusten op de analyse van visueel en audiovisueel materiaal (met name video's en foto's van modeshows, catalogen, 'look books', tijdschriftreportages etc.), ter beschikking gesteld door het MoMu modemuseum en andere archieven, aangevuld met interviews met de ontwerpers en andere relevante personen uit de Antwerpse modescene.Door zijn multidisciplinaire karakter zal het onderzoek bijdragen aan verschillende domeinen: het zal de bestaande literatuur rond Belgische mode versterken met nieuwe inzichten vanuit het perspectief van mannelijkheid, België op de kaart van modestudies zetten, en een volledig nieuwe invalshoek toevoegen aan 'men's studies' en 'queer studies' binnen de Belgische academische wereld.Onderzoeker(s)
- Promotor: Dhoest Alexander
- Co-promotor: Eeckhout Bart
- Mandaathouder: Brajato Nicola
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Het 'queeren' van mannelijkheid: De Antwerpse modescene (1985-2015).
Abstract
Dit project onderzoekt de rol van Belgische mannenmode in de herdefinitie van mannelijkheid vanaf midden de jaren 1980. Meer specifiek onderzoekt het hoe de creatieve praktijken van een cohorte ontwerpers van de wereldberoemde Antwerpse mode-scene een impact hadden, niet enkel in de modewereld maar ook in de bredere maatschappij, door alternatieve 'queere' versies van mannelijkheid voor te stellen. Door de vorming van 'queer' identiteiten doorheen lichaamsvoorstellingen te studeren, beogen we twee centrale onderzoeksvragen te beantwoorden: 1. Hoe slaagden Belgische modeontwerpers erin bestaande paradigma's van mannelijkheid te ontmantelen en er nieuwe, subversieve paradigma's te vormen? 2. Hoe hield hun herdefinitie van mannelijkheid in mode verband met, en was ze beïnvloed door, de visuele cultuur waarin ze opereerden? Het tijdskader van deze studie omvat de socio-historische periode van de AIDS-epidemie tot heden. Deze keuze is niet toevallig: doorheen de jaren 1980 en 1990 speelde mode, als gevolg van de epidemie, een centrale rol in het vormen van nieuwe mannelijke lichaamsbeelden, zoals hyper-mannelijkheid en androgynie, die paradigmatisch zouden worden in de jaren 2000. Bovendien deed in deze periode de 'queer theory' zijn intrede in de academische wereld, een theoretisch kader dat heteronormatieve interpretaties van gender, seks en seksualiteit denaturaliseerde, en ontstond ook de 'queer cinema' die inging tegen de clichématige voorstelling van seksualiteit in mainstream cinema en nieuwe, radicale 'queer' voorstellingen voortbracht. Ondanks uitgebreid onderzoek naar de kunsten en literatuur uit deze periode, is er een grote lacune in academisch onderzoek naar mode in dit tijdskader. Door deze epistemologische leemte te vullen wil dit project ook de diepgewortelde associatie van mode met het louter frivole ontmantelen. We geloven dat de mode een belangrijke barometer is voor sociale verandering, die culturele ontwikkelingen weerspiegelt en beïnvloedt, en dat ze, dankzij haar band met het lichaam, een betekenisvolle rol speelt in de definitie en verandering van onze positie in de samenleving. Om een licht te werpen op de herdefinitie van mannelijkheid door de Antwerpse mode-scene van midden de jaren 1980 tot 2015 zal dit project het werk van een groep internationaal erkende ontwerpers van mannenmode onderzoeken, die allen opgeleid zijn of werken in België, en meer specifiek Antwerpen, en die wereldwijd succes kenden. Daarvoor zullen we hun collecties analyseren, zowel de kleren als hun visuele voorstelling in 'lookbooks', video's van modedéfilés, reclamecampagnes en modereportages. Om deze beelden te contextualiseren zullen we ook hun intertekstuele referenties analyseren, in het bijzonder film en fotografie, en zullen we de ontwerpers zelf interviewen. Deze analyses verlopen in drie stappen: archiefonderzoek, visuele analyse, en interviews. Dit onderzoek is fundamenteel interdisciplinair en situeert zich op de kruising van drie academische disciplines: modestudies, 'queer studies', en 'masculinity studies'. Aangezien dit een van de eerste projecten is op het domein van modestudies in België, zal het helpen ons land op de kaart van de modestudies te zetten en het intellectuele misprijzen voor mode-onderzoek buiten de Anglo-Amerikaanse context tegen te gaan; het zal ook bijdragen aan de ontwikkeling van queer studies in België, waar queer theory stilaan verspreid raakte maar nog niet geïnstitutionaliseerd is; en het zal, doorheen de cross-disciplinaire aanpak, bijdragen aan hedendaagse debatten over mode als een cultuurvorm en mannelijkheid als een set sociale normen.Onderzoeker(s)
- Promotor: Dhoest Alexander
- Mandaathouder: Brajato Nicola
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject