Abstract
Het op marktprincipes gebaseerde 'Betalingen voor Ecosysteemdiensten (PES)' is meer en meer een dominant paradigma voor het internationale milieu- en klimaatbeleid geworden. Op het eerste gezicht oogt deze aanpak zeer aantrekkelijk: landgebruikers, dikwijls maar zwak gemotiveerd om natuurlijke hulpbronnen (en de zogenaamde ecosysteemdiensten die deze produceren) te beschermen, worden door PES gestimuleerd om dit wel te doen via conditionele betalingen door geïnteresseerde consumenten/kopers (bv. koofstof-beperkte elektriciteitsbedrijven of reizende onderzoekers van universiteiten die betalen voor herbebossing om hun CO2 emissies te compenseren). PES systemen worden ook aangeprezen als een aantrekkelijk instrument voor armoedebestrijding in het Zuiden. Het idee van conditionele 'groene' betalingen komt duidelijk tot uiting in internationale instrumenten voor klimaatfinanciering, zoals het mechanisme voor schone ontwikkeling (CDM) in het Kyoto-protocol, vrijwillige en verplichte koolstofmarkten en het wereldwijde VN-programma voor het terugdringen van emissies door ontbossing en bosdegradatie ( REDD+, opgenomen in het Parijs Klimaatakkoord van 2015). Al deze instrumenten kunnen worden geconceptualiseerd als globale PES-mechanismen. Maar ondanks de toenemende populariteit bij donors en overheden zijn de empirische bewijzen over de resultaten van PES, in termen van zowel sociale als milieueffecten, niet echt overtuigend. Ook blijft de theoretische onderbouw voor de interpretatie van de socio-economische en politieke processen in PES systemen erg zwak, wat leidt tot een erg oppervlakkige, en daardoor dikwijls inadequate duiding van de manier waarop machtsrelaties en culturele diversiteit de uiteindelijke sociale en ecologische resultaten van PES projecten vorm geven. Door een vergelijkende analyse van minstens twee gevalstudies in Nicaragua en Guatemala wil dit onderzoek nieuwe onderzoeks- en uiteindelijk interventie-methodologieën ontwikkelen die kunnen bijdragen om deze analytische en empirische leemtes in de kennis over PES systemen te verminderen. Daartoe willen we onderzoeken in welke mate en hoe PES instrumenten erin slagen (of juist niet) om de fundamentele verhoudingen tussen natuur en lokale samenleving te veranderen, en hoe ze het gedrag m.b.t. het gebruik van natuurlijke hulpbronnen al dan niet kunnen wijzigen in diverse sociale en culturele contexten. Dit onderzoek wil daardoor beleidsrelevante inzichten genereren over hoe interacties van het globale tot het lokale niveau (en omgekeerd) concreet vorm geven aan PES interventies. Dit moet het mogelijk maken voor het PES beleid om beter aan te sluiten bij lokale noties van waarde, gelijkheid en rechtvaardigheid, en zodoende ook meer effectief te zijn in het nastreven van globale ecologische doelstellingen.
Onderzoeker(s)
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)