Onderzoeksgroep

Expertise

Mijn expertisedomein ligt binnen de lymfologie: een bijzondere interesse voor lymfoedeem na kanker, maar ook primair (aangeboren) lymfoedeem of secundair (verworven) lymfoedeem ten gevolge van veneuze problematiek of andere oorzaken. Tijdens mijn doctoraatsperiode lag mijn focus op lymfoedeem na borstkanker; waarbij aandacht uitging naar evaluatiemethodes om lymfoedeem van de arm te evalueren, maar ook naar de effectiviteit van behandelmethodes (en zeer specifiek manuele lymfedrainage) voor borstkanker-gerelateerd lymfoedeem, tot de mate van functioneren en levenskwaliteit bij patiënten met lymfoedeem van de arm na borstkanker. Tijdens mijn postdoctoraal onderzoek trek ik mijn expertise door naar lymfoedeem ter hoogte van de onderste ledematen en voer ik onderzoek uit naar evaluatie methodes van uni- en bilateraal lymfoedeem ter hoogte van de benen en genitaal oedeem (al dan niet aangeboren of verworven na bijvoorbeeld gynaecologische kanker, urogenitale kanker of huidkanker). Naast het evalueren van lymfoedeem, staat als tweede pijler onderzoek rond management en (conservatieve) behandeling van lymfoedeem nog steeds centraal.

Effectiviteit van kinesiotaping bij patiënten met borst- en/of flankoedeem na de behandeling voor borstkanker. (KiTA-Lymph) 01/12/2024 - 30/11/2028

Abstract

Indien onbehandeld, kan borstoedeem leiden tot een verminderde levenskwaliteit, problemen met het lichaamsbeeld, angst om opnieuw kanker te krijgen en aanhoudend ongemak en pijn in de borst. Het dragen van een sportbeha of compressiebeha wordt vernoemd als een belangrijke factor in de behandeling van borstoedeem, maar dit wordt momenteel niet terugbetaald door de gezondheidszorg in België. Een andere behandelingsmethode die gericht is op het verbeteren van de opname van lymfevocht, is het aanbrengen van kinesiotape. Kinesiotape wordt al vele jaren gebruikt bij de behandeling van sportblessures. Meer recentelijk wordt het ook gebruikt door oedeemtherapeuten in de klinische praktijk om lokale zwelling en pijn te verminderen en de spieractiviteit te verbeteren. Vandaag de dag is er nog weinig evidentie beschikbaar over het effect van kinesiotape bij patiënten met borstkankergerelateerd lymfoedeem aan de arm. Er wordt verondersteld dat de tape het myofasciale 'loslaten' bevordert en de heropname van lymfe in de onderliggende weefsels verhoogt. Bij de meeste borstkankerpatiënten die borstsparende chirurgie en radiotherapie hebben ondergaan, bereikt de epidermale dikte meestal een piek na 4 tot 6 maanden na de behandeling en vertoont deze tekenen van terugkeer naar de beginwaarde op ongeveer 12 maanden na de behandeling. In tegenstelling tot acuut borstoedeem, dat spontaan afneemt binnen 6 maanden na het einde van de bestraling, blijven de symptomen bij persisterend of chronisch borstoedeem langer dan 6 maanden na de bestraling aanwezig. Patiënten met persisterend borstoedeem worden geadviseerd om de juiste behandeling te krijgen. De focus van het huidige onderzoeksvoorstel is gebaseerd op deze patiëntenpopulatie. Daarom is het doel van dit project om bij vrouwen met persisterend borst- en/of flankoedeem te onderzoeken of het aanleggen van kinesiotape effectief is in 1) het verminderen van pijn en symptomen, 2) het verminderen van zwelling en 3) het verbeteren van de kwaliteit van leven. Daarnaast zullen kosten gerelateerd aan zowel de standaardtherapie als de toevoeging van kinesiotape worden geïnventariseerd tijdens de interventieperiode en de opvolgperiode van de studie.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Het enigma van subjectief lymfoedeem: Waarom rapporteren patiënten lymfoedeem na de behandeling van borstkanker zonder een objectief meetbare zwelling? De rol van sensorische stoornissen en subklinisch lymfoedeem - LymphSens Trial. 01/01/2023 - 31/12/2026

Abstract

Borstkanker-gerelateerd lymfoedeem of 'BCRL' is door zijn chroniciteit en impact een uiterst gevreesde complicatie na de behandeling van borstkanker. De prevalentie van objectief BCRL daalt omwille van de verbeterde behandelingsmogelijkheden van borstkanker. De prevalentie van subjectief BCRL is echter veel hoger dan die van objectief BCRL. Subjectief BCRL wordt gedefinieerd als de diagnose van BCRL die gebaseerd is op het gevoel van de patiënt dat er verschil in volume aanwezig tussen beide armen en /of flanken en dit zonder dat er een objectief meetbare zwelling is. Op dit ogenblik is het niet duidelijk hoeveel borstkankerpatiënten subjectieve BCRL ervaren en wat de onderliggende mechanismen hiervoor zijn. Onze hypothese is dat er mogelijk vier mechanismen geassocieerd zijn met de aanwezigheid en de ernst van subjectief BCRL, namelijk sensorische stoornissen (1. nociceptief, 2. neuropathisch, 3. centraal) en de aanwezigheid van verstoord lymfatisch transport zonder klinische manifestatie (4. subklinisch BCRL). Om te begrijpen wie en waarom patiënten tijdens en na de behandeling van borstkanker subjectief BCRL rapporteren, wordt een multicenter longitudinale studie uitgevoerd. Dit zal de eerste studie zijn die bij 230 borstkanker patiënten de prevalentie en de onderliggende mechanismen van subjectief BCRL op verschillende tijdstippen onderzoekt (start voor de operatie tot 6 maanden na de radiotherapie), gebruik makend van state-of-the art en innovatieve evaluatiemethodes.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Optimalisatie van de klinische screenings-, diagnostische - en evaluatiemethoden van lymfoedeem ter hoogte van de onderste ledematen. 01/10/2021 - 30/09/2023

Abstract

Lymfoedeem is een chronische aandoening die wordt gekenmerkt door abnormale zwelling, vetopstapeling en/of weefselfibrose. De vooruitgang in de oncologische behandeling heeft geleid tot een steeds groter aantal kanker overlevenden. Als gevolg daarvan zullen de morbiditeiten die kunnen voortkomen uit de kankerbehandeling (zoals lymfoedeem) ook toenemen. In wetenschappelijke studies is er een grote variatie in het rapporteren van incidentie- en prevalentiecijfers van lymfoedeem ter hoogte van de benen, dit vooral vanwege een gebrek aan eenduidige en gestandaardiseerde meetinstrumenten en -methodes. Het is op dit moment onbekend welke meetmethoden het meest nauwkeurig zijn om te gebruiken voor de screening, diagnose of evaluatie van lymfoedeem thv de onderste ledematen in de klinische praktijk. Daarom is het noodzakelijk om de (op dit moment) beperkte richtlijnen met betrekking tot screening, diagnosestelling (inclusief toekennen van een ernstgraad) en evaluatie van unilateraal en bilateraal beenlymfoedeem te valideren en concreter te maken. Om aan deze behoeften tegemoet te komen en om een internationale uniformiteit in de kinesitherapeutische aanpak van lymfoedeem thv de onderste ledematen te bevorderen, beoogt het voorgestelde project de ontwikkeling van een eenvoudige maar accurate screenings-, diagnostische - en evaluatieset voor patiënten met unilateraal of bilateraal beenlymfoedeem, die in de klinische praktijk aangewend kan worden.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject