Onderzoeksgroep
Expertise
Expertise in bitumenrheologie, recycling van asfalt en innovatieve technologieën in het kader van duurzame asfaltverhardingen, inclusief structureel ontwerp van asfaltwegen.
Biogebaseerde en Gerecycleerde bestratingsmaterialen met Geoptimaliseerde en Geavanceerde Duurzaamheid voor weginfrastructuren
Abstract
Wegen zijn onmisbaar in ons dagelijks leven, bevorderen mobiliteit en ondersteunen sociaaleconomische interacties. Echter, de impact die tijdens hun aanleg ontstaat (bijv. de winning en het transport van grondstoffen en productie) mag niet worden genegeerd. Bovendien zal asfalt de komende decennia worden gebruikt in weginfrastructuren vanwege de pragmatische toepasbaarheid; het is daarom van cruciaal belang manieren te identificeren om hun milieu-impact te beperken en ze duurzamer te maken. Het BioROAD2-project wil bijdragen aan lopend onderzoek door circulaire economieprincipes toe te passen en het hergebruik/ recycleren van asfalt en bio-afval en bio-nevenproducten – vaak beperkt door regelgeving, prestatiebelemmeringen en technologische uitdagingen – in nieuwe bestratingsmaterialen te bevorderen om het gebruik van nieuwe en fossiele grondstoffen te verminderen. Het project wil ook de voordelen benadrukken van processen met een laag energieverbruik, wat bijdraagt aan de vermindering van broeikasgasemissies en daarmee samenhangende problemen. BioROAD2 zal de algemene voordelen benadrukken van alle fasen van de ontwikkeling van wegen, inclusief de circulariteit ervan, die vaak wordt verwaarloosd tijdens de R&D-fase. Daarom zal BioROAD2 een geïntegreerde aanpak hanteren, verzekerd door een driepijlerstrategie voor onderzoek en innovatie, waaronder (1) Eisenbepaling, (2) Experimentele studies door middel van ontwerp en karakterisering, gecombineerd met (3) Duurzaamheidsbeoordelingen die de technische, milieukundige en sociaaleconomische compatibiliteit aanpakken. De doelstellingen zijn om (i) de criteria voor de materialen te specificeren en te documenteren en een unieke, flexibele en verifieerbare zelfontwikkelde methode voor te stellen, ondersteund door literatuur; (ii) monsters te produceren, hun recycleerbaarheid te verifiëren en de beste mengsels te identificeren; en (iii) grondige duurzaamheidsbeoordelingen uit te voeren voor de geselecteerde mengsels en de resultaten te vertalen naar kennis die kan worden toegepast als een algemene aanpak voor biogebaseerde en gerecycleerde bestratingsmaterialen met geoptimaliseerde en geavanceerde duurzaamheid voor weginfrastructuren.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
- Mandaathouder: Makoundou Christina
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Optimaliseren van Hydronische Wegen: Een Gekoppeld THM-Model voor Duurzame Energieopbrengst en Structurele Integriteit.
Abstract
Dit onderzoeksvoorstel beoogt een beter begrip en optimalisatie van hydronische asfaltverhardingen, waarbij ingebouwde buizen fungeren als een "vloerverwarmingssysteem", voor schone en duurzame energiewinning en verbeterde structurele integriteit. Het onderzoek richt zich op de complexe interactie tussen het stromingsveld van de vloeistof in de ingebouwde buizen en op het asfaltoppervlak, fluctuaties in asfalt- en vloeistoftemperatuur en mechanische reacties (veranderingen in asfaltstijfheid), waarbij hun gezamenlijke impact op het mechanische gedrag van hydronische asfaltverhardingen wordt onderzocht. Nieuwe experimentele technieken, zoals Digital Image Correlation en Fiber Bragg Grating sensoren, zullen worden gebruikt om het scheurgedrag en de spanning/rekverdeling onder verschillende omstandigheden te onderzoeken. Het onderzoek omvat drie hoofddoelen: het beoordelen van de structurele integriteit en mechanische eigenschappen met behulp van geavanceerde technologieën zoals XCT, het ontwikkelen van een uitgebreid thermo-hydromechanisch eindige-elementenmodel en het optimaliseren van de energieopbrengst met behoud van de structurele prestaties. Deze multidisciplinaire aanpak is zal leemtes in bestaand onderzoek opvullen en bijdragen aan aanbevelingen en richtlijnen voor het optimale ontwerp van hydronische asfaltverhardingen, die geïmplementeerd kunnen worden in toekomstige ontwerpen en constructies voor robuuste infrastructuur en hernieuwbare energiesystemen.Onderzoeker(s)
- Promotor: Vuye Cedric
- Co-promotor: Van den bergh Wim
- Mandaathouder: Ghalandari Mohammadtaher
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Digitaal Informatie Management in de Infrastructuursector (DIMInfra).
Abstract
De Vlaamse infrastructuursector staat voor de grote uitdaging om nieuwe technologieën zoals IoT-sensoren, AI, VR, XR, digitale 3D-modelleerpakketten, BIM-software, 3D-scantechnologie, drones en businessmodellen gebaseerd op interne en externe, al dan niet real-time datastroom, te implementeren. Digitaal Informatie Management (DIM) in de Infrastructuursector (DIMInfra) is een informatiebeheermodel dat toelaat om via verbeterde interne en externe informatiestromen de bedrijfsprocessen te optimaliseren en zo efficiëntiewinst te boeken. Daarnaast opent DIM de weg naar nieuwe businessopportuniteiten voor bedrijven doorheen de gehele waardeketen. Centraal in het ecosysteem bevinden zich de aannemers klasse 4 t.e.m. 8. Zij vormen de brug tussen enerzijds de doelgroep 'Uitvoering' (Landmeters, Onderaannemers en leveranciers, waaronder transportfirma's en softwareleveranciers) en anderzijds de doelgroep 'Bouwpartner' (Bouwheren, waaronder aanbestedende steden/gemeenten en Vlaamse infrastructuurbeheerders, Studiebureaus, Controle- en attesteringsorganisaties). Concrete doelen van het project zijn: Bedrijven stimuleren om het DIM-model te implementeren via ondernemingsspecifieke acties door inzicht te geven in en praktijkdemonstraties te bieden van DIM en vernieuwde businessmodellen, waardoor de efficiëntie verhoogt en kosten verlagen. Met DIMInfra verkrijgen bedrijven inzicht door middel van een technologiematrix per subgroep in opkomende en beloftevolle technologieën die DIM ondersteunen alsook de toepassing van deze technologieën binnen de context van de infrasector. Hierdoor versnelt de digitale transitie van de sector. Een laatste doel is het aanreiken van tools door middel van draaiboeken en digitale leermodules die de implementatie van DIM vergemakkelijken, om zo de uitrol van DIM in het werkveld te versnellen. Het project is een samenwerking tussen Universiteit Antwerpen en PXL Hogeschool, ondersteund door meer dan 35 partners uit de infrastructuursector.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
- Co-promotor: Hellinckx Peter
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Ontwikkeling en levenscyclus van Asfalt met recycling en biomaterialen voor een verhoogde duurzaamheid van stedelijke verhardingen - AsSuRe Bio
Abstract
Hoewel wegen onmisbaar zijn voor ons dagelijks leven en mensen kunnen profiteren van hun sociale en economische rol door beweging mogelijk te maken, hebben ze een aanzienlijke impact op het milieu. Daarom is het cruciaal om manieren te identificeren om hun milieu-invloed te beperken en ze duurzamer te maken. Met behulp van kennis en methoden van wegtechniek, milieubewuste en duurzaamheidsconcepten en indicatoren, streeft het AsSuRe Bio-project ernaar om geïntegreerd te worden in het lopende onderzoeksecosysteem voor duurzame en veerkrachtige wegen en zich te richten op de recycleerbaarheid, circulariteit en - vaak verwaarloosd tijdens de creatiefase - milieucompatibiliteit van stedelijke verhardingen die zowel een aanzienlijke hoeveelheid gerecycleerd asfalt als biomassa of bio-bijproducten van andere industrieën bevatten (tot 100%), mogelijk afkomstig van regionale waardeketenactoren. Het project, gezamenlijk uitgevoerd bij de Onderzoeksgroep Duurzame Wegen en Asfalt (SuPAR) aan de Universiteit Antwerpen en de Onderzoeksgroep Duurzaamheid van Chemische Stoffen en Materialen aan het Aachen-Maastricht Instituut voor Biobased Materialen (AMIBM-SCM) aan de Universiteit Maastricht, heeft tot doel technische, milieugerelateerde en sociaal-economische aspecten aan te pakken volgens een holistische en geïntegreerde aanpak. Het beoogt obstakels en uitdagingen te overwinnen met betrekking tot het gebruik van dergelijke innovatieve materialen in stedelijke systemen. Een ander doel is om de voordelen te benadrukken van minder en energiezuinige processen, de vermindering van broeikasgasemissies en gerelateerde problemen in steden, door de algehele welzijnsvoordelen en het gebruik van secundaire bronnen en circulariteit te benadrukken. Het presenteert de noodzakelijke stappen die moeten worden genomen om de volledige implementatie van circulaire economieprincipes in de stedelijke weg te overwegen om de milieu-impact van de weg te verbeteren en veilige, veerkrachtige en duurzame infrastructuur en meer leefbare steden te waarborgen.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
- Mandaathouder: Makoundou Christina
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Onderzoek naar het potentieel van bio-gemodificeerd bitumen met lignine en bakolieafval.
Abstract
De internationale missie om het gebruik van nieuwe koolstofhoudende hulpbronnen te verminderen en zo veel als mogelijk afvalstromen te regenereren, noodzaakt een alternatief voor het bitumineuze bindmiddel in asfalt voor duurzame wegen. Een veelbelovende oplossing voor deze uitdaging is het gebruik van biomassa uit afval, die met hun overvloedige beschikbaarheid en structurele gelijkenis met bitumen een hoog potentieel heeft voor de gedeeltelijke vervanging van bitumen. Dit onderzoek richt zich op het gebruik van twee biomassa materialen en hun combinatie, met name lignine en bakolieafval. Via een verdiepend laboratoriumonderzoek zullen vier essentiële aspecten van bio-gemodificeerd bitumen worden onderzocht om te komen tot wetenschappelijke aanbevelingen voor actoren uit de industrie en toekomstige onderzoekers. Deze vier aspecten bestaan uit de mengomstandigheden voor de biomassa met het bitumen, het chemo-rheologische gedrag op korte en lange termijn van de bio-gemodificeerde bitumenmengsels, hun opslagstabiliteit en hun hechtingseigenschappen. Door middel van deze innoverende en uitgebreide aanpak, zullen procedures en methoden voor de aanmaak en beoordeling van bio-gemodificeerd bitumen voor toepassing in de wegenbouw, worden samengesteld. De resultaten van dit onderzoek zullen de wereldwijde duurzaamheidsdoelstellingen inzake koolstofreductie aanzienlijk ondersteunen en leiden tot een veerkrachtige weginfrastructuur.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
- Co-promotor: Pipintakos Georgios
- Mandaathouder: Kalama Danai Maria
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Onderzoek naar de degradatiemechanismen in polymeergemodificeerd bitumen
Abstract
Het modificeren van bitumen met polymeren is wereldwijd de meest gebruikte techniek om de visco-elastische eigenschappen van wegenbitumen te verbeteren. Maar net zoals het bitumen veroudert na verloop van tijd, degraderen de polymeren eveneens als gevolg van de omgevingsomstandigheden. De combinatie van veroudering en polymeerdegradatie, geïnitieerd door zuurstof, UV-straling en vochtigheid, zijn de reden voor voortijdig falen van polymeergemodificeerd bitumen (PmB). De huidige literatuur heeft de reologische prestaties van deze mechanismen uitvoerig beschreven. Er is echter weinig onderzoek gedaan naar een fundamenteel inzicht omtrent de interactie van beide mechanismen. Daarom zal de basis van deze interactie in dit project geëxploreerd worden. Met behulp van geavanceerde spectroscopische, gravimetrische, microscopische en thermoanalytische technieken zal eerst het evenwicht tussen deze twee synchrone fenomenen bestudeerd worden in functie van het polymeertype en conditioneringsfactoren. Vervolgens zal het effect van beide mechanismen op de compatibiliteit en de stabiliteit van PmB worden onderzocht. In de laatste fase zullen de fundamentele chemische aspecten via multivariate statistiek in een voorspellend model voor reologische prestaties worden toegepast en vervolgens gevalideerd in het lab. Hierdoor zal met dit werk een innovatief, compleet en vernieuwend degradatieschema worden opgesteld voor het optimaliseren en ontwerpen van duurzaam PmB.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
- Mandaathouder: Pipintakos Georgios
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Het lot van polymeren in gerecycleerd asfalt: een aanpak in meerdere dimensies.
Abstract
Asfaltmengsels voor toplagen bevatten een polymeergemodificeerd bitumen (PMB), een additief dat de prestaties verbetert. Dit materiaal wordt heden gedowncycled, echter bij een meer effectieve recycling zou dit additief opnieuw en duurzaam ingezet kunnen worden. De belangrijkste werkpunten zijn tweeërlei: de mogelijkheid van het verouderde polymeer om samen met het nieuwe toegevoegde PMB de verwachte prestaties nog te kunnen verwezenlijken en de vorming van clusters van aggregaatdeeltjes met oud PMB, in de nieuwe mengsels. Deze niet-uniforme verdeling van componenten leidt tot lokale gebieden met bros bitumen en een slechte hechting rond clusters, resulterend in een gebrekkig materiaal. De voorgestelde methodologie omvat een diepgaand onderzoek naar het effect van veroudering op het langetermijngedrag van PMB-mengsels, met een innovatieve studie van samengestelde mengsels op verschillende dimensies. Hiermee verwerven we een fundamenteel inzicht in het effect van de deeltjesclusters. De gegevens zullen met behulp van machine learning leiden tot nieuwe inzichten en correlaties tussen de componenten met verschillende dimensies. Dit project combineert de expertise van drie Europese topinstellingen, UAntwerpen, EMPA, en de TU Wenen, tot unieke synergiën om de gestelde onderzoeksvragen aan te pakken. Uiteindelijk leidt deze nieuwe kennis tot het verder optimaliseren en verhogen van het hergebruik van PMB asfaltlagen voor nieuwe duurzame high-performance verhardingen.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
- Co-promotor: Hernando David
- Co-promotor: Vuye Cedric
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Onderzoek naar het fysisch-chemische bindingsmechanisme in vezelversterkt schuimbitumen-aggregatenmatrix (FIFA).
Abstract
De ontwikkeling van innovatieve materialen en technologieën van de volgende generatie, door het combineren van fysica, chemie en engineeringmethoden, zal bijdragen tot de verhoging van de levensduur en duurzaamheid van wegverhardingen. Het gebruik van koud gerecycled geschuimde funderingslaag van verhardingen trekt veel aandacht vanwege de milieu- en economische voordelen. Daarnaast vertoont het gebruik van vezels in warm asfalt, gebonden met schuimbitumen, potentieel om de mechanische eigenschappen en het hechtingsgedrag te verbeteren. In dit project worden beide technologieën gecombineerd. Ondanks deze potentiële voordelen van vezels in asfalt, is er slechts beperkte ervaring en literatuur beschikbaar over het bindingsmechanisme van de vezel-gevulde aggregaatmatrix (FIFA) dat aanwezig in dit koud gerecycled materiaal. Dit project beoogt een diepgaand inzicht te verwerven in het fysicochemische bindingsmechanisme van FIFA-mengsels, een nieuw composietmateriaal met een uniek visco-elastoplastisch gedrag dat wordt veroorzaakt door de complexe interacties tussen de mengselbestanddelen. Bovendien maakt dit project gebruik van Moleculaire Dynamica simulaties om enerzijds het adhesiemechanisme van FIFA interfaces fundamenteel in kaart te brengen, en anderzijds om de afbraak van nanostructuur door vochtinwerking en de daarbij horende onthechting van de interface te verklaren. De methode van de oppervlakte-vrije energie zal ook in dit project worden gebruikt om een betrouwbare mechanistische benadering verwerven voor de evaluatie van het vochtschademechanisme van FIFA-mengsels. De resultaten zullen naar verwachting de toekomstige selectie van optimale materiaaleigenschappen wetenschappelijk onderbouwen, rekening houdend met adhesie en vochtgevoeligheid.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
- Co-promotor: Lamoen Dirk
- Mandaathouder: Barisoglu Ecem Nur
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Open innovatie netwerk voor het havengebied door middel van efficiënte en emissie-reducerende oplossingen (PIONEERS).
Abstract
PIONEERS verenigt vier havens met verschillende kenmerken maar met gedeelde engagementen om te voldoen aan de Green Deal-doelstellingen en de sociaaleconomische doelstellingen van Blue Growth. We gaan,onder de noemer van Europese haven, de uitdaging aan om de BKG-uitstoot te verminderen en tegelijk concurrerend te blijven. Om deze ambities waar te maken, zullen de havens van Antwerpen, Barcelona, Venlo en Constanta demonstraties van groene haveninnovatie uitvoeren op vier belangrijke pijlers: schone energieproductie en -voorziening, duurzaam havenontwerp, modal shift en optimalisering van stromen en digitale transformatie. De acties omvatten: opwekking van hernieuwbare energie en invoering van elektrische, waterstof- en methanolvoertuigen; renovatie van gebouwen en verwarmingsnetwerken met het oog op energie-efficiëntie en invoering van een circulaire economie bij infrastructuurwerken; samen met de invoering van digitale platforms (met gebruikmaking van AI- en 5G-technologieën) om de modal shift van passagiers en vracht te bevorderen, te zorgen voor geoptimaliseerde bewegingen en toewijzingen van voertuigen, schepen en containers, en automatisering van voertuigen te vergemakkelijken. Deze demonstraties vormen geïntegreerde pakketten die zijn afgestemd op andere gerelateerde activiteiten van de havens en hun naburige stadsgemeenschappen. Door een open innovatienetwerk voor uitwisseling te vormen, zullen de havens, technologie- en ondersteuningspartners de projectfasen van innovatiedemonstratie, -schaalvergroting en -overdraagbaarheid doorlopen. Diverse geselecteerde innovatie- en overdrachtsprocessen zullen betrekking hebben op de evaluatie van technologieën en de ontwikkeling van business cases voor exploitatie, alsook op het creëren van institutionele, regelgevende en financiële kaders zodat groene havens kunnen uitgroeien van technische innovatiepilots tot wijdverspreide oplossingen. Deze processen zullen parallel met de ontwikkeling en verfijning van masterplannen worden uitgevoerd en informatie opleveren voor een globaal masterplan en een stappenplan voor de energietransitie in de PIONEERS-havens, alsook een handboek dat als leidraad kan dienen voor de planning en implementatie van groene havens voor verschillende soorten havens in Europa.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Verdiepende studie "Warmte uit Asfalt".
Abstract
De provincie Utrecht (Nederland) overweegt grootschalige toepassing van asfaltcollectoren bij de reconstructie van de N233 Rondweg-Oost te Veenendaal. De door het asfalt op te wekken duurzame warmte kan worden gebruikt om woningen te verwarmen in aangrenzende woonwijken. Er is reeds een verkennende studie uitgevoerd naar de technisch-economische haalbaarheid van het concept. Op basis van de uitkomsten van deze studie ziet de Provincie kansen, maar heeft eveneens nu behoefte aan een verdiepingsslag. Aan TNO (Nederland) en UAntwerpen is gevraagd om deze verdiepende studie uit te werken.Onderzoeker(s)
- Promotor: Vuye Cedric
- Co-promotor: Hernando David
- Co-promotor: Van den bergh Wim
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Aankoop van een AsfaltMengsel PerformantieTester (AMPT).
Abstract
Gezien steeds meer aandacht wordt besteed aan de levensduur van nieuwe asfaltverhardingen, worden mechanische prestatiekenmerken van asfaltmengsels op korte en lange termijn nagenoeg altijd opgenomen in nieuwe projecten binnen onze onderzoeksgroep. De beproeving van de stijfheid en vermoeiingsweerstand zijn twee belangrijke proeven om de mechanische eigenschappen van een asfaltmengsel te beschrijven. Om dit te doen, kocht de onderzoeksgroep in 2017 een UTM (Universal Testing Machine) aan. Dit toestel, dat op enkele jaren onmisbaar is geworden in ons onderzoek, heeft echter beperkingen op vlak van technische specificaties enerzijds, en beschikbaarheid door het frequente gebruik anderzijds. Om deze beperkingen op te vangen en de continuïteit van onze onderzoeksactiviteiten te kunnen waarborgen, wordt er in dit project een nieuw toestel aangekocht om de prestatiekenmerken van asfaltmengsels beter en uitgebreider te bepalen. Het betreffende toestel is o.a. in staat dynamische stijfheids- en vermoeiingstesten uit te voeren volgens de AASHTO normen, dewelke internationale referenties zijn. De benodigde accessoires en set-ups voor het uitvoeren van de beoogde proeven zijn voorzien in deze projectaanvraag.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
- Co-promotor: Cao Zhi
- Co-promotor: Vuye Cedric
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Duurzaamheidsbeoordeling van wegen met asfaltgranulaat - Beslissingsondersteuning op basis van levenscyclusanalyse & levenscycluskostenanalyse tijdens het ontwerp van wegen.
Abstract
Wanneer men asfaltgranulaat (AG) recycleert in nieuwe wegen zorgt dit voor een circulaire aanpak en een verhoging van de duurzaamheid. Algemeen zijn er drie toepassingen voor het hergebruik van AG: asfalt mengsels, cementgebonden mengsels en ongebonden mengsels. Het keuzeproces hieromtrent is momenteel echter niet geoptimaliseerd. Recent laboratoriumonderzoek toont tevens aan dat de toevoeging van AG aan nieuwe structuren geen negatieve invloed heeft op de mechanische eigenschappen zolang men het mengsel en/of de structuur optimaliseert. Het is echter belangrijk om op te merken dat deze optimalisaties een groot effect kunnen hebben op de economische en milieu-impact van onze wegen. Daarom is het belangrijk om deze effecten in een vroeg stadium te onderzoeken zodat de meest duurzame oplossing gekozen kan worden. Dit onderzoek zal de analyse van de economische en milieu-impact bij het hergebruik van AG in nieuwe wegen implementeren in het wegontwerp. Het zal hiervoor gebruik maken van levenscyclusanalyse (LCA) en levenscycluskostenanalyse (LCCA). In het eerste deel zal men zich richten op het recyclage potentieel. Hierbij focust men zich op het recyclageproces en de waarde van het AG als grondstof voor nieuwe toepassingen. Vervolgens zal men het AG in een nieuwe cyclus brengen en bekijkt men de invloed op gehele levensduur van wegen. Als laatste zal men de LCA en LCCA combineren en een optimalisatieproces ontwerpen waardoor men telkens de meest duurzame materiaalstroom bekomt.Onderzoeker(s)
- Promotor: Audenaert Amaryllis
- Co-promotor: Van den bergh Wim
- Mandaathouder: Moins Ben
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Duurzame funderingen door in situ recycling met schuimbitumentechnologie.
Abstract
In Vlaanderen wordt meer en meer aandacht besteed aan duurzame wegstructuren, doch eerder aan de verharding. De komende decennia zullen we ook ter plaatse van bestaande wegen de funderingen en onderfunderingen moeten vernieuwen, op de meest duurzame (sustainable) manier. Alleen dit zal ons toelaten onze weginfrastructuur, die van primair economisch en maatschappelijk belang is, te bestendigen voor de volgende generaties. In het buitenland zien we meer en meer innovatief materiaalgebruik voor funderingen: nieuwe materiaalvormen (bijv. geopolymeren) en productietechnologieën (bijv. emulsies, schuimbitumen). In dit project werd één van de veelbelovende innovatieve technologieën ingezet: recycling van verouderde asfaltverhardingen tot gebonden funderingen met schuimbitumentechnologie. Met deze technologie wordt het bestaande asfalt eerst afgefreesd en gebroken tot een aggregaat. Vervolgens wordt het aggregaat verwerkt met een hydraulisch bindmiddel en schuimbitumen tot een semi-gebonden mengsel (FOAM). FOAM wordt vervolgens vervoerd tot de werf en (koud) verdicht, net zoals ongebonden funderingsmateriaal. Eventueel kan het proces zelfs in situ gebeuren, met emulsie en de aanwezige fundering. In dit project werd het asfalt gebroken en in de buurt van de werf tot granulaat herleid en in omgevingstemperatuur gemengd tot een bitumen-gebonden mengsel. Het ter plaatse kunnen frezen, mengen en verwerken spaart vooral transport uit, hetgeen leidt tot een lagere milieu-impact en economische balans. Dit project omvatte een marktstudie, een uitgewerkte labo-methodiek om kwalitatieve mengsels te ontwerpen met een alternatieve verdichting die beter toepasbaar is voor aannemers, richtlijnen voor procescontrole, een uitgewerkt wegontwerpmethodiek met standaardstructuren, de aanleg van twee proefvakken met verschillende secties en een uitgebreide LCA-LCCA berekening die aantoont dat deze wegstructuur een gunstig alternatief is voor gebonden en ongebonden funderingen. Het gebruik van FOAM laat toe om op een economische manier meer wegenbouwmaterialen ter plaatse te recyclen, met een evenwaardige mechanische kwaliteit en minder milieu-impact.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
- Co-promotor: Audenaert Amaryllis
- Co-promotor: Blom Johan
- Co-promotor: Craeye Bart
- Co-promotor: Vuye Cedric
Onderzoeksgroep(en)
Project website
Project type(s)
- Onderzoeksproject
CRUMBit Phase 2.
Abstract
Het voornaamste doel van dit onderzoek is om na te gaan wat de barrières zijn die het gebruik van gerecycleerd bandenrubber in Belgische asfaltwegdekken verhinderen en om vervolgens marktklare oplossingen te ontwikkelen die aan de wegbeheerders kunnen voorgelegd worden. De voornaamste verwachte resultaten binnen de tweede fase van dit project zijn de volgende: opschaling van het rubber gemodificeerd bitumen naar asfalttoepassingen, uitlogingsproeven, analyse van de recycleerbaarheid en een LCA/LCC studie van rubber gemodificeerd asfalt. Het laatste werkpakket omvat de nodige vervolgstappen om het eindproduct in één of meerdere proefvakken aan te leggen en uiteindelijk goedgekeurd te krijgen voor de Belgische markt.Onderzoeker(s)
- Promotor: Vuye Cedric
- Co-promotor: Audenaert Amaryllis
- Co-promotor: Blom Johan
- Co-promotor: Van den bergh Wim
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Duurzaamheidsonderzoek van het complexe hechtingsmechanisme tussen alkali-geactiveerde materialen en asfaltgranulaat.
Abstract
CEFET-MG (Brazilië) en UAntwerpen zijn een joint Phd gestart om het gebruik van geopolymeren en AG (Asfaltgranulaat) als alternatief voor cement-gebonden funderingsmateriaal in de wegenbouw te onderzoeken. Het belangrijkste doel van dit uniek PhD-onderzoek is een diepgaand onderzoek naar de bindingsparameters van een beton geproduceerd met "Alkali Activated" bindmiddel en AG als vervanging voor natuurlijke aggregaten. Dit mengsel moet een aanvaardbare sterkte, duurzaamheid en lage milieubelasting inhouden om te worden gebruikt als onderlaag/basislaag van verhardingen. Het project omvat een uitgebreid experimenteel testprogramma om verschillende geopolymeren en de binding met AG te valideren. Confocale Laserscanning Microscopie wordt gebruikt om de bindingszone in mortels te evalueren en Digital Image Correlation zal het effect van het buigmechanisme op de mengsels visualiseren. Een LCA zal het milieueffect van geopolymeren als alternatief voor cement berekenen.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
- Mandaathouder: Oliveira Costa Juliana
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
High-end elektronen paramagnetische resonantie instrumentatie voor katalyse en materialenkarakterisatie.
Abstract
Elektronen paramagnetische resonantie (EPR) biedt een uniek instrument voor de karakterisatie van paramagnetische systemen in biologische en synthetische materialen. EPR wordt gebruikt in diverse onderzoeksgebieden, zoals biologie, chemie, fysica, geneeskunde en materiaalwetenschappen. Het is een verzamelnaam voor verschillende technieken, waarbij de gepulste EPR methoden de veelzijdigste zijn en gedetailleerde informatie kunnen geven. De UAntwerpen heeft een gepulste en hoog-veld EPR-faciliteit die uniek is in België. De basis continue-golf EPR instrumentatie is echter dringend aan een upgrade toe. Verder werd recent een nieuw tijdperk in EPR spectroscopie ingeluid dankzij de technische ontwikkeling van AWGs (arbitrary waveform generators) met een kloksnelheid hoger dan een gigahertz. Deze AWGs laten nieuwe experimenten met specifieke pulsvormen toe waardoor veel gedetailleerdere informatie over de bestudeerde systemen kan bekomen worden. Bovendien verhoogt het de gevoeligheid en spectrale breedte van de EPR methoden enorm. Dit is belangrijk voor de studie van nanogestructureerde materialen en voor de detectie van actieve sites die transiënt gevormd worden tijdens katalyse, device-werking of reacties in biologische cellen, onderwerpen die van groot belang zijn voor het aanvragende consortium. De aangevraagde uitbreiding van de EPR faciliteit is essentieel om er voor te zorgen dat EPR aan de UAntwerpen in het voorveld blijft van dit heel snel veranderend onderzoeksgebied.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van Doorslaer Sabine
- Co-promotor: Breugelmans Tom
- Co-promotor: Cambré Sofie
- Co-promotor: Dewilde Sylvia
- Co-promotor: Maes Bert
- Co-promotor: Meynen Vera
- Co-promotor: Van den bergh Wim
- Co-promotor: Verbruggen Sammy
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Fotocatalytische asfalt wegdekken voor de Haven van Antwerpen: een haalbaarheidsstudie (Port of Future).
Abstract
Asfaltverhardingen moeten bestand zijn tegen de gevolgen van het weer (d.w.z. UV-, regen- en vries-dooi cycli) en (zware) verkeersbelasting tijdens hun levensduur, met behoud van de noodzakelijke mechanische prestaties, bijv. beperkte spoorvorming, weerstand tegen vermoeidheid en waterbestendigheid, en het bieden van comfortabele en veilige rijomstandigheden wat betreft de oppervlakte-eigenschappen, rekening houdend met de slipweerstand en de textuur. Recentelijk is niet alleen onderzoek gedaan naar de mechanische prestaties of de algehele milieu-impact van asfaltverharding, maar is er ook meer aandacht besteed aan slimme verhardingen, zoals fotokatalytische verhardingen. In de meeste gevallen worden TiO2-nanodeeltjes (halfgeleidermateriaal) gebruikt als fotokatalysator voor diverse doeleinden, meestal voor de fotokatalytische afbraak van lucht- en watervervuiling, omdat het effectief, niet-toxisch, gemakkelijk verkrijgbaar en goedkoop is. Door de enorme oppervlakte van de wegverhardingen en de nabijheid van de uitlaatgassen van auto's wordt het fotokatalytisch vermogen van asfaltwegdekken als veelbelovend voor de luchtzuivering genoemd. TiO2 is in staat om onder UV-licht (slechts 3-5% van het zonnespectrum) te reageren met vervuilende gassen, zoals NOx en SO2, waardoor respectievelijk in water oplosbare nitraten en sulfaten ontstaan, die door de regen gemakkelijk van de asfaltverharding worden verwijderd. Het heeft ook het potentieel om roet, (gemorste) olie en vluchtige organische stoffen (VOS) af te breken. In dit project willen we i) de effecten van het verkeer op de fotokatalytische efficiëntie verder onderzoeken, ii) mogelijke negatieve effecten op de verkeersveiligheid bepalen (slipweerstand) en iii) een in-situ testopstelling ontwikkelen om de NOx-reductie te meten.Onderzoeker(s)
- Promotor: Vuye Cedric
- Co-promotor: Blom Johan
- Co-promotor: Denys Siegfried
- Co-promotor: Tytgat Tom
- Co-promotor: Van den bergh Wim
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
AQ²UABIT – geAvanceerde Qualitatieve en QUantitatieve oppervlakte Analyse van BITumineuze bindmiddelen door middel van laser scanning confocal microscopy.
Abstract
In dit project wordt een innovatieve methodologie ontwikkeld om met behulp van de Laser Scanning Confocaal Microscoop (LSCM) het gedrag van bitumineuze bindmiddelen en mortel onder specifieke fysieke en mechanische omstandigheden, alsook de impact van verschillende additieven, te onderzoeken. Bitumen, een oliederivaat, is een belangrijk bindmiddel dat gebruikt wordt in asfaltmengsels, dakbaanmaterialen en emulsies. Naar aanleiding van de circulaire economie visie wordt van dit materiaal een hoger recyclinggehalte en een langere levensduur verwacht in toekomstige toepassingen. Dit biedt namelijk economische en ecologische voordelen. Een LCA-studie toonde aan dat een asfaltonderlaag met 40% asfaltgranulaat, ca. 25% goedkoper is en dat de totale milieubelasting met 6% vermindert ten opzichte 0% recycling. Een langere levensduur en kwaliteit vermijden mobiliteitsproblemen en cumulatieve schade. In de meeste gevallen worden beide aspecten bewezen door mechanische tests in het laboratorium. Efficiënt gebruik van dit materiaal vereist echter steeds meer wetenschappelijk inzicht in het structureel gedrag van het bitumen. Om de huidige duurzaamheidsvisie positief bij te stellen, moeten naast de mechanische eigenschappen ook de fysisochemische aspecten in aanmerking worden genomen. In het bijzonder dient dit te gebeuren bij hogere recyclingpercentages, vezelversterking en specifieke additieven, die het zelfherstellend vermogen en de weerstand tegen vermoeidheid verbeteren. Bovendien hebben we bij de ontwikkeling van innovatieve technologieën, zoals het toevoegen van slimme vezels, en het begrijpen van het gedrag van het bitumineuze mengsel, b.v. het verouderingsmechanisme, gevalideerde fysiso-chemische modellen nodig. In dit project worden de mechanische en fysico-chemische methodes gebruikt om de eigenschappen van bitumineuze monsters (bitumen en mortel) te onderzoeken. Er wordt een nieuwe technologie geïntroduceerd en gevalideerd: de nieuwste LSCM maakt metingen over een gebied van 50 mm mogelijk met een nanometer resolutie (5 nm in de Z-richting en 10 nm in de XY-richting). Met deze technologie kan het bitumenoppervlak snel (5 s meettijd) worden gescand om aspecten zoals beestructures (wasgehalte) en bitumencoating (adhesie tussen bindmiddel en granulaat) te visualiseren. Verder worden ook het oppervlakteprofiel en de filmdikten gemeten, wat belangrijk is in de analyse van bitumenmengsels. Ten slotte wordt er door het combineren van de kwalitatieve afbeeldingen met de Digital Image Correlation (DIC)-methodologie, gedetailleerde kwantitatieve resultaten verkregen en zullen wijzigingen in het bitumineuze mengsel op nanometerschaal, b.v. tijdens het mengen of helen, bepaald kunnen worden. De LSCM technologie zal samen met mechanische tests (Dynamic Shear Rheometer, trekproeven, Fraass-buigpunt) gebruikt worden om o.a. het verouderings- en herstellingsproces, recycling en het gebruik van additieven, zoals vezels, vermalen bandenrubber en verjongers te onderzoeken. Het project is onderverdeeld in drie stappen: - de integratie en aanpassing van deze nieuwe hightech-apparatuur aan bitumenonderzoek in EMIB-bitumenlaboratorium, inclusief Matlab-software voor gegevensanalyse; - de ontwikkeling van een methodologie voor het testen van bitumineuze monsters met behulp van een LSCM met het oog op een breed inzicht van bitumenmorfologie en fysischchemische mechanismen, gerelateerd aan veroudering / herstelling, verbeterd gebruik van additieven en ter verificatie voor mechanische testen. Een open-source database van 6 binders, met de fysisch-chemische en reologische eigenschappen, zal beschikbaar worden gesteld en een afgesloten database met de speciale binders zal beschikbaar zijn voor onderzoek binnen samenwerkingsverbanden. - uitwerken van valorisatietrajecten voor het ontwerpen van nieuwe materialen in een bitumineuze matrix, zoals slimme vezels of verbeterd rubber-gemodificeerd bitumen.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
- Co-promotor: Blom Johan
- Co-promotor: Vuye Cedric
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Aankoop van een gyrator voor asfalttabletten.
Abstract
Aangezien beide aanwezige gyratoren aan het einde van hun levensduur zijn (aankoop in 2000 en 2008), met tal van problemen qua kalibratie en uitval, wordt er in dit project een nieuwe gyrator aangekocht voor onderzoeksdoeleinden. Dit toestel is essentieel als eerste stap in asfaltonderzoek aangezien tal van gestandaardiseerde testmethoden, zoals vermoeiing en watergevoeligheid, gebruik dienen te maken van volgens de norm EN 12697-31 gecompacteerde proefstukken. Met dit toestel worden cilindrische asfaltproefstukken met een diameter van 100 of 150 mm gecompacteerd, inclusief het real-time controleren en opmeten van belangrijke onderzoeksparameters zoals het percentage holle ruimte en de schuifspanning. Verder kunnen de hoogte en schijnbare volumieke massa van het proefstuk worden gecontroleerd en weergegeven. Alle benodigde accessoires zoals mallen voor zowel standaard als op verlaagde temperatuur geproduceerde asfaltmengsels zijn voorzien in deze projectaanvraag.Onderzoeker(s)
- Promotor: Vuye Cedric
- Co-promotor: Blom Johan
- Co-promotor: Van den bergh Wim
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Geautomatiseerde inspectie van infrastructuur aan de hand van drones (AUTODRONE).
Abstract
In dit project gebruiken we drones om schade in infrastructuur te detecteren en op te volgen: windturbines, bruggen, sluizen, gebouwen, zonnepanelen, etc. Om een efficiënte vluchtplanning toe te laten voeren we een onderzoek uit naar bestaande vluchtplanningstools. Verder ontwikkelen we machine learning technieken om schade op een automatische manier te detecteren in de grote hoeveelheid beelden. Daarnaast onderzoeken we een methode om de evolutie van de schade in kaart te brengen. Er worden een 9-tal case studies uitgewerkt doorheen het project. De project is een samenwerking tussen UAntwerpen en WTC en bevat ook een gebruikersgroep van een 20-tal bedrijven (drone piloten en eigenaars van infrastructuur).Onderzoeker(s)
- Promotor: Vanlanduit Steve
- Co-promotor: Van den bergh Wim
- Co-promotor: Vuye Cedric
Onderzoeksgroep(en)
Project website
Project type(s)
- Onderzoeksproject
CRUMBit.
Abstract
Het voornaamste doel van dit onderzoek is om na te gaan wat de barrières zijn die het gebruik van gerecycleerd bandenrubber in Belgische asfaltwegdekken verhinderen en om vervolgens marktklare oplossingen te ontwikkelen die aan de wegbeheerders kunnen voorgelegd worden. De voornaamste verwachte resultaten binnen de eerste fase van dit project zijn de volgende: detectie van eventuele toxiciteit of gezondsheidsrisico's bij het gebruik van gerecycleerd bandenrubber als modificatie in bitumen (o.a. meting van de vluchtige organische componenten) en vergelijking van de mechanische en rheologische eigenschappen van bitumen gemodificeerd met gerecycleerd bandenrubber (CRmB) met commercieel verkrijgbare polymeer gemodificeerd bitumen (PmB).Onderzoeker(s)
- Promotor: Blom Johan
- Co-promotor: Van den bergh Wim
- Co-promotor: Vuye Cedric
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Duurzaam asfalt door het gebruik van verjongingsmiddelen (REJUVEBIT).
Abstract
Afgefreesd asfalt wordt doorgaans opnieuw in de productiecyclus van asfalt gebracht als asfaltgranulaat, voornamelijk in onderlagen. Met een gemiddeld hergebruikratio van 66% van asfaltgranulaat, is er nog een laatste stap nodig voor het optimaliseren van hergebruik en/of het verruimen van het toepassingsgebied, bijvoorbeeld gebruik in toplagen. Rejuvebit heeft tot doel het technisch, economisch en ecologisch aftoetsen van het gebruik van verjongingsmiddelen in de asfaltsector, zodat het innovatief gebruik aanleiding kan geven tot een verhoging van het recyclingpercentage van vrijkomend asfaltgranulaat. De toetsing en marktsurvey van het aanbod van verjongingsmiddelen leidt tot een ranking van potentiële verjongingsmiddelen voor de Vlaamse asfaltsector. Aan de hand van 6 demonstratieve proefvakken in Vlaanderen werd de technische impact van het gebruik van verjongingsmiddelen geëvalueerd op niveau van mengselontwerpvoorstudie, mechanische eigenschappen van de nastudie en traceerbaarheid. Deze demonstraties zijn intensief gedocumenteerd aan de hand van een schriftelijke eindrapportage en een publiek toegankelijke website. Elk proefvak werd opgedeeld in subsecties opdat naast een referentie ook varianten werden aangelegd. Hierbij werden verschillende parameters gevarieerd en geëvalueerd:type verjongingsmiddel, %asfaltgranulaat, bindmiddelcompensatie en productietemperatuur.Het project voorziet in de rapportage van de kwantificering van de milieu-impact en economische haalbaarheid voor Vlaanderen, met scenario's voor asfaltcentrales, verwerkbaarheid en levensduur, ten opzichte van een referentie, ten einde het recyclingpercentage te verhogen op sectoraal niveau en per type-mengsel. De projectresultaten werden kenbaar gemaakt via rapportages (opvraagbaar), de projectwebsite (https://www.uantwerpen.be/en/research-groups/emib/rejuvebit/) en diverse presentaties in binnen- en buitenland. Het project handelt over duurzaamheid in de zin van het technische durability (kwaliteit en levensduur) en van het maatschappelijke sustainability (financiële haalbaarheid, ecologisch profiel en sociale effecten). Als economische impact wordt verwezen naar een hogere productie van asfalt en diepgaandere innovatiestudies voor "groener asfalt", gezien de toename van de recycling (zowel hogere percentages als nieuwe toepassingen) niet zal leiden tot lagere omzet maar tot een hogere productie voor eenzelfde begroting van de opdrachtgever. In dit project wordt het direct economisch effect (voor de doelgroep) berekend voor de 6 proefvakken (kostprijsbalans met hogere recycling en verlenging levensduur). De maatschappelijke meerwaarde is terug te vinden in een betere instandhouding van de weginfrastructuur (aangetoond in dit project d.m.v. labotestresultaten en nadien door middel van het ter beschikking hebben van proefvakken) en een verlaagde ecologische voetafdruk bij een hogere productiehoeveelheid, aangetoond in dit project door middel van vergelijkende LCA-studies van de 6 proefvakken. Deze kwantificering kan nadien ingezet worden door beleidsinstanties voor verdere milieumaatregelen in deze sector, of als voorbeeld in andere sectoren. Het project werd succesvol beëindigd. Het project heeft aangetoond dat het gebruik van asfaltgranulaat in toplagen tot 40% mogelijk is en in onderlagen tot 80%, mits gebruik van een verjongingsmiddel. De proefvakken worden jaarlijks gemonitord voor verdere evaluatie. Meer info via: https://www.uantwerpen.be/en/research-groups/emib/rers/projects/highlighted/rejuvebit/Onderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
- Co-promotor: Audenaert Amaryllis
- Co-promotor: Blom Johan
Onderzoeksgroep(en)
Project website
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Ontwikkeling van een nieuwe optische signaalverwerkingmethode om vervormingen in de asfaltconstructie te analyseren met behulp van Fiber Bragg technologie met het oog op het ontwerpen van een nieuw asfaltmodel.
Abstract
Dit project heeft als doel het verzamelen van en het verifiëren tot betrouwbare gegevens van vervormingen in asfaltverhardingen, met behulp van optische Bragg vezelsensoren. Deze sensoren zijn reeds geïntegreerd in een fietspad van de Universiteit Antwerpen (project CyPaTs op Campus Groenenborger). FBG is een nieuwe technologie voor het meten van deformaties in een materiaal, b.v. door externe belasting. Voor een asfaltverharding is de levensduur van de lager gelegen asfaltlagen direct gerelateerd aan deze vervormingen, belastingen en rusttijden tussen de belastingen. Tegenwoordig wordt deze levensduur alleen gemeten door middel van Falling Weight Deflection (FWD) metingen voor het primaire wegennet en elke twee jaar. Deze metingen zijn tijdrovend, duur en de weg moet voor een bepaalde tijd worden afgesloten. De FBG-technologie zou een oplossing kunnen bieden om deze vervormingen continu te meten met lagere kosten. Bovendien geeft FBG meer inzicht in de vervorming onder alle beschikbare omstandigheden (temperatuur van de weg, verschillende belastingen, rustperioden). Om de levensduur te voorspellen, moet een asfaltvervormingsmodel worden ontwikkeld, gebaseerd op een monitoringprogramma gedurende minimaal 1 jaar. Het project zal toelaten om de verouderings- en helende eigenschappen op lange termijn van de verharding te bepalen. In dit project zullen beide technologiedomeinen worden gebruikt: FBG-gegevens zullen de vervormingen in de structuur op een zodanige manier ter beschikking stellen dat de parameters van een visco-elastisch plastic asfaltmodel continu worden geoptimaliseerd. Het geïnstalleerde FBG-meetsysteem van CyPaTs zal in dit project worden gebruikt. Gegevens zullen worden verzameld door middel van een monitoringcampagne onder normale omstandigheden (klimaat) en geconditioneerde omstandigheden, gekalibreerde belastingen en rustperioden. Deze gegevens worden gebruikt voor het aanpassen van de parameters van een eenvoudig vervormingsmodel gebaseerd op de Young-modulus. De gegevens kunnen worden gebruikt bij toekomstige applicaties voor parametrische correlatie in meer complexe modellen, b.v. een visco-elastisch (Burgers) en een visco-elastisch plastisch model (Huet-Sayegh). In dit project wordt een eerste aanzet gegeven. Een uitdaging is het effect van veroudering en zelfherstelling te kunnen onderscheiden bij de metingen, b.v. toename van de weerstand tegen vervorming tijdens een rustperiode na een belastingset. In de huidige modellen wordt hiermee geen rekening gehouden en moet de verwachte levensduur geschat worden door FWD-tests uit te voeren met veel variantie in de resultaten. Bovendien wordt in de FBG-setting de veroudering continu geregistreerd. Dit geeft inzicht in het verouderingsmechanisme van asfaltverhardingen waardoor deze factor als fundamentele parameter kan worden gebruikt in het complex vervormingsmodel en in een voorspellingsmodel voor de geschatte levensduur van de verharding. Bovendien kan in de toekomst met deze kennis een nieuwe verouderingsmethode onder laboratoriumomstandigheden worden ontwikkeld . Het projectwerkprogramma bestaat uit 3 werkpakketten. Het eerste werkpakket richt zich op de signaalverwerking van optische FBG-spectra. Dit houdt de methode in om piekverschuivingen te bepalen om een juiste rekwaarde te verkrijgen. Werkpakket 2 richt zich op de identificatie van de Young-modulus uit FBG-trillingsmetingen met behulp van de zogenaamde inverse modelleringsmethode. Hiermee worden de mechanische materiaaleigenschappen van de verschillende lagen van het asfalt geïdentificeerd te beginnen met een eenvoudig elastisch Young-modulusmodel. Werkpakket 3 heeft betrekking op de monitoring van de Young-modulus in de tijd op de asfaltverhardingsstructuur van CyPaTs fietspad gedurende 24 maanden en deze te relateren aan meer complexe modellen.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
- Co-promotor: Vanlanduit Steve
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Studieopdracht en advies OSA-asfaltmengsels en boorkernen.
Abstract
Het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, Waterbouwkundig Laboratorium wenst de oorzaak te achterhalen van schade aan OSA-boorkernen. De studie omvat een visueel onderzoek, bevragingen in verband met de schade bij W&Z, analyse van voorgaand onderzoek met het oog op conclusies met betrekking tot de schade, eventuele aanbevelingen voor vervolgtraject en advies inzake nieuwe testenOnderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
ROAD_IT: Efficiënt procesbeheer door het intelligent inzetten van IT in de (asfalt)wegenbouw.
Abstract
Het project heeft tot doel de ontwikkeling en implementatie van een robuuste IT-architectuur met digitaal portaal dat de communicatie verwezenlijkt tussen alle relevante bestaande (en toekomstige) data input- en outputpunten voor de productie- en verwerkingsprocessen van het asfaltproces. De architectuur laat toe om deze processen in real time op elkaar af te stemmen opdat een efficientere inzet van de productie, het transport en het materieel wordt gerealiseerd. Het project omvat vier demonstratiecases.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
- Co-promotor: Hellinckx Peter
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Ontwikkeling van een vezelmix voor duurzamer asfalt.
Abstract
In dit project wordt een onderzoek uitgevoerd waarbij een optimale mix van vezels wordt verwezenlijkt in samenwerking met een industriële partner. Deze vezelmix moet leiden tot een duurzamer asfalt voor toplagen, mogelijk als alternatief voor polymeerbitumen. Het testprogramma houdt in: selectie van vezels, optimaliseren van de vezelmix, experimenteel testprogramma met o.m. wielspoorproeven en rafelingstest, mortelonderzoek en een analyse met betrekking tot recycling.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Oriënterend vooronderzoek naar de technische en economische haalbaarheid voor het gebruik van filterslibkoek in bitumen-gebonden toepassingen.
Abstract
Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de Vlaamse overheid. UA levert aan de Vlaamse overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van den bergh Wim
- Co-promotor: Vuye Cedric
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Proefproject stille wegdekken: technische begeleiding en uitvoering monitoringsprogramma.
Abstract
Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds Stad Antwerpen. UA levert aan Stad Antwerpen de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.Onderzoeker(s)
- Promotor: Vuye Cedric
- Co-promotor: Van den bergh Wim
Onderzoeksgroep(en)
Project website
Project type(s)
- Onderzoeksproject