English version

Expo - Twintig boeken uit Samuel Becketts bibliotheek

Van Parijs naar Antwerpen

In februari 2023 ontving de Universiteitsbibliotheek Antwerpen een omvangrijke collectie boeken uit de persoonlijke bibliotheek van Samuel Beckett (1906-1989). Deze werd overgebracht uit het Parijse appartement van Edward Beckett, neef en erfgenaam van de bekende Ierse schrijver. Hij schonk deze boeken aan The University of Reading, maar als deel van de overeenkomst werd de collectie van 2023 tot 2033 in tijdelijke bruikleen gegeven aan de Universiteit Antwerpen.  

Aan de UAntwerpen is een jarenlange expertise opgebouwd rond het veelzijdige oeuvre van de Ierse schrijver, met onder meer aandacht voor tekstgenese, het belang van lees- en gebruikssporen en de integratie ervan in digitale tekstedities zoals het Beckett Digital Manuscript Project (onder leiding van Dirk Van Hulle en Mark Nixon, die ter plekke in Parijs de inventaris van Becketts bibliotheek opmaakten).  

Ter gelegenheid van 20 jaar UAntwerpen organiseert de afdeling Bijzondere Collecties een thematische tentoonstelling waarvoor prof. Dirk Van Hulle twintig werken selecteerde. De stukken worden gegroepeerd in vijf thema's die een licht werpen op de bibliotheek van Beckett. Tegelijk wordt bij elk thema ook verwezen naar de relevantie die deze unieke bronnen hebben voor het onderzoek naar Becketts leven en werk. 

Praktisch 

  • De fysieke expo loopt van 29 november tot 20 december 2023 in de Universiteitsbibliotheek op de Stadscampus.    
  • Concept – Maartje De Wilde & Dirk Van Hulle 
  • Selectie & teksten – Dirk Van Hulle 

Tijdelijke bruikleen bij Bijzondere Collecties

Na aankomst van deze collectie in Antwerpen werden alle boeken gedetailleerd beschreven door de catalografen van de Universiteitsbibliotheek. Daarna werden alle boeken gereinigd door een jobstudent en zorgvuldig opgeborgen in een beveiligd magazijn. Alle stukken zijn terug te vinden in de bibliotheekcatalogus en kunnen op afspraak worden ingekeken in de leeszaal van Bijzondere Collecties. 

Acknowledgement 

The University of Antwerp and the Beckett International Foundation (at the University of Reading) are grateful to Edward Beckett for his generous donation of Samuel Beckett’s personal library. The University of Antwerp will house the collection until 2033, after which it will move to the University of Reading. 

Vijf thema's 

Beckett als student

Beckett studeerde in het midden van de jaren 1920 Franse en Italiaanse letterkunde aan Trinity College, Dublin, maar ook de geschiedenis van de Engelstalige literatuur stond op het programma. In het handboek van A. Hamilton Thompson dateerde Beckett soms zelfs zijn lectuur. Beckett slikte niet zomaar wat hij las. Als hij het niet eens was met een auteur, liet hij dat in de marge weten. Zo blokletterde hij ‘NONSENSE’ naast een passage in An Essay on Criticism waar Alexander Pope de loftrompet steekt over Horatius. 

 Shakespeare kan natuurlijk niet ontbreken in Becketts studentenbibliotheek, ook al had hij diens werk al grondig bestudeerd tijdens de middelbare school, toen het nog gebruikelijk was dat leerlingen lange passages uit het hoofd moesten leren. Dat verklaart wellicht waarom er vrij weinig leessporen te vinden zijn in zijn exemplaar van de volledige werken. Maar dat hij deze editie wel degelijk zijn leven lang bleef consulteren, blijkt onder meer uit een boodschappenlijstje tussen pagina’s 946 en 947 (Romeo and Juliet, Act 2, scenes 3 & 4): 'Avigdor PLM 11 (photo) / Briquets / foie / whiskey', gecombineerd met een afspraak met de kunstenaar Avigdor Arikha in Parijs.  

Na zijn studies gaf Beckett enkele trimesters les. Hij doceerde Franse literatuur aan Trinity College Dublin, maar zag al gauw in dat deze loopbaan niet voor hem was weggelegd. Tijdens deze periode las hij Le Journal de Jules Renard (4 volumes), waar hij onder meer deze zin met potlood aanstreepte: ‘Si mignonne que, si vous vouliez vous pendre, vous n’auriez pas le poids’ en in de marges noteerde: ‘Not heavy enough to hang herself’ (vol. 2, p. 465). Dat idee komt gedeeltelijk terug in Becketts werk Wachten op Godot (1952), wanneer Didi en Gogo overwegen om zich op te hangen. 

In de expo

  • Thompson, A. Hamilton. A History of English Literature, and of the Chief English Writers (London: John Murray, 1914); gesigneerd: ‘S. B. Beckett / feb. 1923’. Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT A-THO-HIS 1914 
  • Pope, Alexander. An Essay on Criticism, ed. John Sargeaunt (Oxford: Clarendon Press, 1909). Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT A-POP-ESS 1909 
  • Shakespeare, William. The Works of William Shakspeare (London / New York: Frederick Warne and Co, n.d.). Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT A-SHA-WOR 1896 
  • Renard, Jules. Le Journal de Jules Renard 1887–1910, Vol. 2 (Paris: François Bernouard, 1927). Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT B-REN-JOU 1927 

Beckett & illustraties

Beckett vond vaak inspiratie in illustraties. De kleurrijke kaart van het ‘Heilige Land’ in een van zijn Engelstalige bijbels duikt bijvoorbeeld op in Wachten op Godot wanneer Didi naar het evangelie verwijst en Gogo zich enkel nog de kaart in de bijbel herinnert: ‘I remember the maps of the Holy Land. Coloured they were. Very pretty. The Dead Sea was pale blue. The very look of it made me thirsty.’  

Beckett was ook meer dan gemiddeld geïnteresseerd in beeldende kunsten. De passie voor beeldende kunst had Beckett gedeeltelijk meegekregen via zijn oom en tante, William (‘Boss’) en Cissie Sinclair. Een van Becketts beste vrienden in Parijs was de kunstenaar Avigdor Arikha (1929-2010). Uit de bibliotheekcollectie van Beckett blijkt dat hij de gewoonte had om postkaarten tussen zijn boeken te bewaren, zoals deze prentbriefkaart die Arikha hem had gestuurd. 

De beelden die Beckett bijbleven zijn niet altijd louter visueel, maar vaak ook filosofisch of poëtisch. Een van Becketts favoriete Schubertliederen was ‘Der Doppelgänger’ op een gedicht van Heinrich Heine. Beckett was getroffen door het beeld van de dichter die naar het oude huis van zijn verdwenen geliefde terugkeert en daar in het maanlicht zichzelf (zijn dubbelganger) ziet staan. Het beeld van de dubbelganger komt in veel van Becketts werken terug, onder meer in Film (1964). 

Een van de filosofische beelden die een indruk maakten op Beckett was de stelling van George Berkeley dat esse est percipi (zijn is waargenomen worden) en de vraag of een boom dan niet bestaat als niemand ernaar kijkt. Het antwoord van Berkeley is: jawel, want God ziet alles. Beckett bouwde voort op dat beeld in Wachten op Godot, wanneer Gogo een boom uitbeeldt (‘do the tree’) en aan Didi vraagt: ‘Denk je dat God mij ziet?’ 

In de expo

  • The Comprehensive Teacher's Bible (London: S. Bagster and Sons, n.d.). Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT B-COM-COM SA
  • Arikha, Avigdor (pass.aut.), Channin, Richard et al. Arikha (Paris: Hermann, éditeurs des sciences et des arts, 1985). Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT C-CHA-ARI 1985
  • Heine, Heinrich. Buch der Lieder (Leipzig: Insel, n.d.). Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT A-HEI-BUC SA 
  • Berkeley, George (Bishop). A New Theory of Vision and Other Select Philosophical Writings, ed. A. D. Lindsay (London: J. M. Dent; New York: E. P. Dutton, 1926 [1910]). Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT A-BER-NEW 1926 

Intensief gebruik

Beckett was niet echt een bibliofiel, eerder een bibliovoor. Heel wat boeken zijn stukgelezen, zoals de Introduction à la poésie française van Thierry Maulnier. Ze zijn met de grove middelen hersteld volgens het motto ‘If you can’t fix it with duct tape, you’re not using enough duct tape’. Boeken waren er – zeker in de vroegste fase van zijn carrière – in de eerste plaats om zijn kennishonger te stillen. Sommige passages in boeken zijn bijna letterlijk verslonden, zoals het lemma over de Nederlandse schilder Jan Steen (1626-1679) dat uit de Encyclopedia Britannica (vol. 25) is geknipt.  

Zijn boeken vertonen heel wat sporen van zijn lectuur, bijvoorbeeld de karakteristiek grote ezelsoren, zoals in de Encyclopedia Britannica (vol. 17) bij het lemma voor ‘MANICHAEISM’, de dualistische godsdienst gebaseerd op een zeer strikte scheiding tussen licht en donker, goed en kwaad. Beckett raadpleegde dit lemma toen hij Krapp’s Last Tape regisseerde in Berlijn, precies om dat contrast tussen licht en donker extra in de verf te zetten. Diezelfde grote ezelsoren komen ook voor in Becketts exemplaar van Darwins Origin of Species. Dankzij een brief aan zijn vriend Thomas MacGreevy weten we wanneer Beckett dit voor het eerst las. Op 4 augustus 1932 schreef hij hem: ‘I bought the Origin of Species yesterday’ en hij zei dat hij maar één ding had onthouden: ‘blue-eyed cats are always deaf’. Dat is de enige passage die hij in het boek heeft onderlijnd. Maar de vele grote ezelsoren verraden dat hij het boek daarna nog heeft geraadpleegd. 

Beckett is gewoonlijk zuinig met commentaren in de marges van zijn boeken, maar er zit wel vaak pit in die marginalia. Niet zonder gevoel voor humor schrijft hij bijvoorbeeld in de marges van Schopenhauers volledig werk een verklaring voor de zwartgalligheid van de meest pessimistische aller filosofen: hij las zijn leven lang The Times – geen wonder (‘Sch’s pessimism explained. He read The Times all his life’). Of wanneer hij in de Lettres d’Amabed van Voltaire in een voetnoot las hoeveel obscene passage er te vinden zijn in de Bijbel, zocht hij in zijn Italiaanse Bijbel meteen al die passages op, en schreef in de marge de pikante Franse vertaling erbij: ‘Tu as ouvert tes cuisses à tous les passants.’ 

In de expo

  • Maulnier, Thierry. Introduction à la poésie française (Paris: Gallimard NRF, 1939). Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT B-MAU-INT 1939 
  • Encyclopaedia Britannica, Vol. 25 (Cambridge: Cambridge University Press, 1910), 11th ed. Notes: lemma ‘Jan Steen’ cut out on page 867. Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT C-ENC-ENC-1910 
    Encyclopaedia Britannica, Vol. 17 (Cambridge: Cambridge University Press, 1910), 11th ed. Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT C-ENC-ENC-1910 
  • Darwin, Charles. On the Origin of Species by Means of Natural Selection or the Preservation of Favoured Races in the Struggle for Life (London: Grant Richards, 1902). Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT A-DAR-ORI-1902 
  • Schopenhauer, Arthur. Sämmtliche Werke, Vol. 1 (Leipzig: F.A. Brockhaus, 1923). 2nd ed., Julius Frauenstädt (ed.) Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT B-SCH-SAM 1923 
  • La Sacra Bibbia (Roma: Società Biblica Britannica e Forestiera, 1924). Inscription: 'S. B. Beckett / Trinity College / Dublin' Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT A-SAC-SAC 1924​

Becketts schaakboeken

Beckett was een fervent en uitstekend schaker. Toen hij tijdens de Tweede Wereldoorlog naar het Zuiden van Frankrijk moest vluchten, speelde hij onder meer tegen Marcel Duchamp. Hij bestudeerde de beste partijen van de grootmeesters, zoals Alexander Alekhine en zijn vrienden en collega’s schonken hem vaak schaakboeken. Zo kreeg hij van regisseur Alan Schneider een boek van Reuben Fine met de ironische titel Chess Marches On! – ongetwijfeld een knipoog van Schneider naar het einde van Becketts roman L’Innommable / The Unnamable (1953/1958): ‘I can’t go on, I’ll go on.’  

In zijn roman Murphy speelt het hoofdpersonage schaak tegen Mr Endon, een van de patiënten van de instelling MMM (Magdalen Mental Mercyseat), maar krijgt totaal geen hoogte van wat er in het hoofd van Mr Endon omgaat. Toch schrijft Beckett het hele verloop van hun spel uit. Hij bestudeerde elk stadium van het schaakspel en had onder meer een exemplaar van The Chess Endgame Study van A.J. Roycraft. Dit laatste stadium, het eindspel, werd de titel van Becketts toneelstuk Fin de partie / Endgame (1957/1958). 

In de expo

  • Alekhine, Alexander. My Best Games of Chess 1924-1937 (London: G. Bell and Sons, 1949 [1939]). Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT B-ALE-MYB 1949  
  • Fine, Reuben. Chess Marches On!: A Vivid Record of Chess Activities in the Leading Centres of the World (London: Sir Isaac Pitman, 1946 [1945]). Opdracht: ‘For Sam / Beckett — for / Fin de Partie and / Commencement de notre partie / merci, bien / Alan Schneider / Oct 12, 1957’ Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT B-FIN-CHE-1946  
  • Roycraft, A.J. The Chess Endgame Study: A Comprehensive Introduction (New York: Dover, 1981 [1972]). Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT B-ROY-CHE 1981 

Opgedragen aan Beckett

Boeken kunnen een vorm van networking zijn. De bibliotheek van Beckett bevat heel wat boeken die hem werden toegestuurd door bevriende schrijvers en bewonderaars van zijn werk, gewoonlijk met een opdracht. Zo stuurde de Duitse filosoof en socioloog Theodor Adorno hem een exemplaar van zijn Noten zur Literatur, als aandenken aan hun ontmoeting op 28 november 1958. De Franse filosoof Jacques Derrida gebruikte deze manier van networking om zijn bewondering uit te drukken, net als de Spaanse schrijver Fernando Arrabal, die zijn zoon uit bewondering zelfs naar Samuel Beckett noemde.

De Roemeense essayist Emile Cioran stuurde op 16 november 1973 een exemplaar van zijn boek De l’inconvénient d’être né naar Beckett via zijn uitgever, Gallimard. De twee schrijvers ontmoetten elkaar op zaterdag 8 december en toen moet gebleken zijn dat het boek nooit was aangekomen. Cioran stuurde de volgende dag prompt een nieuw exemplaar met uitgebreide opdracht, die onder meer melding maakt van hun vruchteloze poging om de titel van Beckett’s Lessness naar het Frans te vertalen. Het getoonde exemplaar is het boek dat Beckett heeft ontvangen. (Het eerste, nooit aangekomen exemplaar is in augustus 2023 opgedoken en werd via AbeBooks te koop aangeboden.)  

Harold Pinter is wellicht de recordhouder in de categorie ‘opdrachten aan Beckett’: van de 15 boeken van Pinter in Becketts bibliotheek zijn er een dozijn gesigneerd, vaak zonder veel woorden (bijvoorbeeld: ‘To Sam / Love / Harold’). Het vroegste exemplaar van een Pinter-boek met opdracht is The Birthday Party and Other Plays. Beckett was gewoonlijk nogal zuinig met complimenten, maar over The Garden Party schreef hij in 1967 aan regisseur Alan Schneider dat hij het een boeiend toneelstuk vond.  

In de expo

  • Adorno, Theodor W. Noten zur Literatur (Frankfurt a.M.: Suhrkamp, 1958). Opdracht: ‘Für Samuel Beckett / zur Erinnerung an den / 28. November 1958 / herzlichst / T. W. Adorno / Paris – Frankfurt’ Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT A-ADO-NOT 1958
  • Derrida, Jacques. Ulysse gramophone: Deux mots pour Joyce (Paris: Éditions Galilée, 1987). Opdracht: 'pour Samuel Beckett / (puisque Joyce - et André Bernold / m'encouragent à prendre ce / prétexte pour oser lui dire enfin / mon admiration de toujours, et ma / reconnaissance) / J. Derrida / Paris le 4 février 1987' Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT A-DER-ULY-1987 
  • Cioran, E.M. De l'inconvénient d'être né (Paris: Gallimard NRF, 1973). Opdracht: ‘Pour Sam et Suzanne Beckett / J'ai voulu écrire un livre / qui puisse être lu par les / concierges ... J'y suis parvenu / hélas! // avec ma très vive / amitié / [signed]' 'Paris le 9 Déc. 1973 // Comme vous le souhaitiez, / j'ai reproduit ici exactement / la dédicace. / Merci pour la soirée de / samedi. / J'ai cherché toute la nuit, / bien entendu sans succès, / un équivalent français / de lessness / [arrow to next page] / lundi matin / Je viens de protester chez Gallimard. / On m'a répondu qu'à Paris / la distribution ne se faisait / pas par la poste et qu'il y / avait de ce fait tout le / temps des "problèmes" ...’ Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT B-CIO-INC 1973
  • Pinter, Harold. The Birthday Party and Other Plays (London: Methuen, 1960). Opdracht: ‘Jan 61. / To Sam Beckett / from / Harold Pinter’ Universiteit Antwerpen, UB, Bijzondere Collecties: BKT A-PIN-BIR 1960