Winnaar Scriptieprijs 2015
De Scriptieprijs 2015 werd op 21 maart 2016 uitgereikt aan Fran Bombeke voor haar werk 'De ervaringen, knelpunten en succesfactoren van Europese subsidies voor de beeldende kunstensector'. Gefeliciteerd Fran!
Uit het Juryverslag
Dit jaar waren het allemaal – misschien nog meer dan andere jaren – onderzoeken van een opvallend hoge kwaliteit, die voor de meeste criteria goed tot uitstekend scoorden. Na een eerste ronde, werd de volgende shortlist vooropgesteld:
- De thesis van Tine Verhaeghe en Lianne Kamminga met als titel “Het spel van subsidies: de economische impactmeting van de podiumkunsten”. (...)
- Een tweede genomineerde is de scriptie van Ilana van den Boel. Zij voerde een explorerend onderzoek naar de rol van intermediairs en hun faciliterende rol in de designsector. (...)
- Tot slot heeft de jury de scriptie van Fran Bombeke genomineerd over de ervaringen, knelpunten en succesfactoren van Europese subsidies voor de beeldende kunstensector in Vlaanderen. Ook al lijkt deze scriptie meer over beleid te gaan dan over management, hebben haar conclusies en aanbevelingen belangrijke implicaties voor het management van organisaties. Ze schuwt de complexiteit van het thema niet en weet een materie die aanvankelijk droog en saai leek – namelijk die van de Europese subsidies - tot leven te brengen. Fran weet echter die kloof tussen de Europese bureaucratie en de praktijk van het management te overbruggen en reikt daarbij een toolbox aan waarmee beeldende kunstorganisaties aan de slag kunnen om hun kansen op Europese subsidiëring te verhogen.
De jury heeft tijdens een tweede stemronde uiteindelijk …. FRAN BOMBEKE als laureaat aangeduid.
De scriptie over “De ervaringen, knelpunten en succesfactoren van Europese subsidies voor de beeldende kunstensector” beantwoordt in alle opzichten aan de criteria van een wetenschappelijke studie:
- de probleemstelling is duidelijk afgebakend, goed gemotiveerd en relevant;
- Ze hanteerde diverse onderzoeksmethodes waarbij ze gebruik gemaakt heeft van diverse bronnen.
- De thesis bevat een sterk empirisch gedeelte met kwalitatieve interviews die grondig werden uitgevoerd.
- De resultaten werden goed samengebracht en vormen een overzichtelijke en goed uitgebalanceerde synthese.
- De rapportering is helder en vlot geschreven.
- En tot slot zijn de conclusies pertinent en heeft ze een consistente set van aanbevelingen gedaan.