Visual 15 - sunset studio - 1000x500.jpg

In een veilige en inclusieve leeromgeving haal je als docent zo veel mogelijk drempels weg voor studenten opdat elke student gelijkwaardige en maximale kansen heeft om succesvol door te stromen in het hoger onderwijs. Inclusie of ergens bij kunnen horen als jezelf, je ergens thuis én erkend voelen omwille van wie je bent, is niet alleen een psychologische basisnood, maar vergroot de kansen om tot leren en presteren te komen en drop-out te vermijden.  

Wat is je eigen positionaliteit?

"Consciously we teach what we know, unconsciously we teach who we are." - (Don E. Hamachek) 

  • Je eigen achtergrond, normen, waarden, opvattingen en privileges zullen meebepalen door welke bril je naar de wereld kijkt, welke inhoudelijke keuzes je maakt en op welke manier je kennis deelt. Door je positionaliteit transparant te maken, erken je dat hoe we tot kennis komen, welke boeken, theorieën, stemmen we (laten) horen en gebruiken om tot bepaalde kennis te komen geen neutraal proces is. Zo geef je indirect ook aan dat er ook andere perspectieven bestaan en erken je dat studenten diverse referentiekaders kunnen hebben en dat jouw perspectief niet voor iedereen de norm is.

  • “Ik ben niet de ‘expert’, het is ook learning by doing” - (Esther Van Zimmeren): geef aan dat fouten maken mag, dat geldt zowel voor jou als lesgever als voor de studenten. Inclusie impliceert het bewustzijn en de voortdurende zelfreflectie van de docent. De leeromgeving moet een plek zijn waar niet alleen studenten, maar ook docenten groeien en gesterkt worden door het leerproces.  



Verschillende strategieën om de afstand met je studenten te verkleinen

  • Stel jezelf voor in de eerste les, zorg voor een ijsbreker en laat studenten kennismaken met elkaar.
  • Je kan verbinding zoeken met je studenten door (af en toe) iets persoonlijks over jezelf te vertellen.
  • Studenten zijn ook een bron van kennis”, “Each one teach one” - (Marion Wasserbauer): Dat kan je bereiken via co-creatie en door studenten te beschouwen als competente deelnemers die via hun ervaringen, perspectieven en vragen een waardevolle bijdrage kunnen leveren aan de leeromgeving. Het is belangrijk dat studenten hun eigen leerproces in handen nemen zodat ze mee kunnen sturen bijv. op vlak van onderwijsleeractiviteiten. Dit valideert ook de ervaringen en identiteiten van studenten en versterkt hun zelfvertrouwen bij het studeren. Vooral studenten met diversiteitskenmerken hebben hier baat bij omdat zij over het algemeen minder bevestiging voelen.
  • Vertrek vanuit een positieve ingesteldheid: ga uit van de motivatie, inzet en goede intenties van je studenten.   
  • Communiceer inclusiever 
  • Probeer zoveel mogelijk een luisterend oor te zijn voor studenten die het nodig hebben en probeer hen tijdig door te verwijzen naar de bestaande ondersteuningskanalen
  • Studenten appreciëren het om gehoord te worden.” - (Marion Wasserbauer) Door feedback te vragen aan je studenten, verklein je ook de afstand tussen jou en de studenten.

Wat doe je bij een ‘hot moment’?

  • Introduceer de ‘Ouch/Oops’ methode (The New College Classroom): Dit is een methode om op een eenvoudige manier kwetsende uitspraken te benoemen zonder het gesprek of de les op dat moment te moeten stil leggen. De student die een uitspraak, gebaar, ….als kwetsend heeft ervaren zegt ‘Ouch’ en de andere partij die de uitspraak, gebaar, … deed zegt ‘Oops’. Achteraf is er de mogelijkheid om nog terug te komen op het incident; niet om met de vinger te wijzen, maar om eruit te leren.
  • Open de dialoog
  • Betrek de zwijgende middengroep: Op die manier trek je het gesprek weg van de twee uiterste kanten en geef je ruimte aan de vaak meer gematigde meningen.
  • Stel daarvoor de vraag: “Wie denkt hier anders over?
  • Spreek studenten aan: Wanneer er uitspraken gedaan worden die niet kunnen, kan je zeker de student in kwestie ook hierop aanspreken.
  • Kom er een volgende keer op terug
    • Wanneer je niet meteen weet hoe verder te reageren of als er geen tijd is om er dieper op in te gaan, geef dan mee aan de student dat je er na de les of een volgende keer op terugkomt.
    • Zo kan je het gesprek aangaan met de student in kwestie en geef je meteen ook het signaal dat je het niet hierbij zal laten.
  • Doorverwijzen: Wanneer studenten echt gekwetst zijn door een uitspraak, spreek hen na de les apart even aan en verwijs hen naar volgende meld- en opvangkanalen.

Geef duidelijke communicatie- en omgangsregels mee

Gemeenschapsvorming

  • Het gemeenschapsgevoel onder je studenten kan je stimuleren door korte interactiemomenten in te bouwen in je les en een coöperatieve sfeer te creëren onder studenten op te zetten.
  • Je kan ook  systemen opzetten voor peer support, bv. mentoring, tutoring, buddysysteem, peer coaching, enz., zodat studenten elkaar kunnen ontmoeten en helpen.

Een student staat niet voor een ganse community

Stel je vraag aan de hele klasgroep en dus niet aan één student. Een student met een zichtbaar kenmerk uit een bepaalde community staat immers nooit voor een ganse community. Op die manier vermijd je ook dat de student het gevoel heeft dat diens identiteit herleidt wordt tot slechts één deelidentiteit waardoor de student mogelijks het gevoel heeft er niet bij te horen.

Wees je bewust van gevoelige topics

  • Breng een kleine content note/warning aan in het begin van je lessen als de lesinhoud gaat over gevoelige thema’s. (Marion Wasserbauer)
  • Maak voldoende ruimte om deze gevoelige topics te bespreken.

Wees waakzaam voor stereotypes, bias & microagressies

  • Een veilig klasklimaat betekent dat er geen identiteitsbedreigende uitspraken worden gedaan die de vorm van micro-kwetsingen kunnen aannemen. Wanneer ze tóch voorkomen, reageer dan op een gepaste manier, met aandacht voor zowel de (vaak van geen kwaad bewuste) spreker als voor de gekwetste.
  • Je kan de ‘Ouch/Oops’ methode (The New College Classroom) introduceren.

Monitor je leerklimaat

Laat je studenten aan het einde van de les volgende vragen (anoniem) beantwoorden (vb. poll everywhere, wooclap, whiteboard, post-its, ...): 

  • Hoe voel je je?
  • Heb je het gevoel dat je erbij hoort en dat jouw mening gewaardeerd wordt? 
  • Waren er momenten waarop je je oncomfortabel voelde tijdens de les?  
  • Op welke manier heb je zelf bijgedragen aan een veiligere en inclusievere leeromgeving voor iedereen?

Meer weten?