Wil je graag de handen uit de mouwen steken als vrijwilliger voor mensen in armoede, maar weet je niet waar te beginnen? USAB helpt je op weg naar een van de vele organisaties die zich dagelijks inzetten voor de rechten van personen die in armoede leven.
Vrijwilligerswerk?
USAB heeft contact met een aantal organisaties in het Antwerpse die je graag verwelkomen. Natuurlijk kan je ook terecht bij een organisatie in je eigen buurt. Voorbeelden van organisaties zijn Centrum Kauwenberg, Wotepa, CAW, een vereniging waar armen het woord nemen,… De taken die je kan doen, kunnen gaan van sociale steun tot administratieve of praktische hulp. Werk je bijvoorbeeld graag met kinderen, dan kan je meedraaien in een kinderwerking of huiswerkbegeleiding. Of misschien wil je liever meehelpen met een voedselbedeling? Heb je een luisterend oor, dan wil je misschien wel steungesprekken voeren met mensen in armoede? Er zijn veel mogelijkheden.
USAB bezorgt je de contactgegevens van organisaties die op zoek zijn naar helpende handen. We verwachten dat je minimaal 20 uur vrijwilligerswerk doet. Heb je de smaak te pakken en wil je meer tijd inzetten, dan moedigen wij dat uiteraard sterk aan en kan je met de organisatie afspreken welk engagement je verder wil aangaan. USAB biedt je alvast een eerste kennismaking met de sector en helpt je zo over de drempel heen. Hoe meer studenten zich bewust worden van de armoedeproblematiek, hoe beter: ons doel is om zoveel mogelijk te sensibiliseren en jullie een leerrijke ervaring te bieden. De organisatie vaart er ook wel bij, een win-win dus!
Hoe begin ik er aan?
- Kom naar een van onze infosessies:
Ma 14/10/2024 om 12.30u in U.244 (Campus Groenenborger)
Woe 16/10/2024 om 12.30u in R.106 (Campus Drie Eiken)
Di 22/10/2024 om 16.00u in S.M104 (Stadscampus)
Do 24/10/2024 om 18.00u in S.M104 (Stadscampus)
Woe 30/10/2024 om 17.00u in U.408 (Campus Groenenborger) - Contacteer jill.coene@uantwerpen.be bij verdere vragen.
- Contact met de organisatie en het verdere verloop van de stage gebeurt op eigen initiatief. USAB bezorgt je de nodige contactgegevens.
- USAB organiseert 3 uitwisselingsmomenten: een korte vorming over armoede voor je eraan begint, een reflectiemoment halfweg en een slotmoment
- Tijdens het slotmoment ontvang je een certificaat van deelname.
What’s in it for me?
Vrijwilligerswerk doe je in de eerste plaats omdat je ervan overtuigd bent dat een organisatie helpende handen kan gebruiken in haar strijd tegen armoede. Natuurlijk steek je zelf ook heel wat op. Niet alleen verwerf je inzicht in het reilen en zeilen van verenigingen. USAB geeft je ook meer inzicht in wat armoede betekent.
Doorheen het jaar zijn er 3 bijeenkomsten: bij de start van je vrijwilligerswerk organiseren we een korte vorming over armoede. Halfweg organiseren we een moment waar je je ervaringen kan delen met medestudenten. We sluiten af met een slotbijeenkomst. Zo gezien, zijn de paar uurtjes van je tijd, een relevante levenservaring die je voor de rest van je leven meeneemt.
Om je inzet te 'belonen' ontvang je een deelnamecertificaat. Hang het op de muur van je kot/slaapkamer/studio en maak anderen warm om er ook één te bemachtigen!
Enkele getuigenissen
“[...] Hoewel ik vanuit mijn opleiding maar al te goed wist wat de armoedecijfers waren, zorgt een sociale stage ervoor dat je uit die bubbel van theoretische kennis stapt en echt in de praktijk gaat ervaren wie de gezichten achter de cijfers zijn en wat ze meemaken. [...]. In het begin was het heel onwennig wat ik tegen hen kon zeggen of vragen, of hoe ik op bepaalde zaken moest reageren. Het was een harde confrontatie om te zien dat zo veel mensen voedselhulp nodig hebben om rond te komen, maar het was vooral een heel leerrijke ervaring die je ogen doet openen over de moeilijke omstandigheden waarin sommigen leven. Ik raad iedereen aan om een sociale stage te doen, om uit je comfortzone te stappen en met mensen in contact te komen waarmee je anders misschien niet in aanraking mee zou komen. Je houdt er gegarandeerd een onvergetelijke ervaring en een aantal levenslessen aan over.” (Studente SEW, sociale stage bij Sint-Antonius)
“Ik vind het persoonlijk heel jammer dat niet iedereen een stage loopt zoals wij via dit project hebben gedaan. Je ziet de wereld en de samenleving op een hele andere manier. Wat mij het meeste is bijgebleven, is dat ook arme mensen gewoon mensen zijn en dat het niet enkel de stereotypen zijn die in armoede vertoeven. We weten bijna altijd wat beter is en vooral hoe mensen in schrijnende omstandigheden er beter mee zouden moeten mee omgaan. Ook ik ben met die ingesteldheid begonnen aan deze stage. Wat belangrijk is, is dat mensen leren begrijpen, leren luisteren en vooral het strenge proberen af te schudden om empathie wat meer plaats te geven." (Studente Rechten, sociale stage bij Sint-Antonius).
“Voor mijn sociale stage was ik actief binnen het Rode Kruis als vrijwilliger. Mijn voornaamste taak was Nederlandse les geven in het opvangcentrum […]. Voor mijn leerlingen werd ik meer dan hun “teacher”, ze zagen me meer als hun vriend waarbij ze af en toe ook eens hun verhaal kwijt kunnen. Ik kwam steeds buiten met een zeer voldaan gevoel. Het gevoel dat ik echt iets goed heb gedaan en voor iemand iets beteken. Zeker als je ziet hoe dankbaar de mensen zijn als je hen helpt en tijd maakt voor hen.” (Student Sociologie, sociale stage bij het opvangcentrum Saint-Marie, Rode Kruis).
“Ik was heel onwennig in het begin. Ik begon me heel veel vragen te stellen, omdat ik niemand wilde beledigen. […] Ze hebben al zo veel meegemaakt, willen ze hun verhaal wel voor de zoveelste keer vertellen? Welke onderwerpen zijn gepast? Welke woorden zijn gemakkelijk te verstaan of kennen ze al? Heeft dit wel nut wat ik doe, want begrijpen ze mij wel? Uiteindelijk begreep ik dat het niet echt uitmaakte wat je zei. Het was voor die mensen leuk om een babbel te doen terwijl ze wachtten, goed om hun Nederlands te oefenen en ze gaven zelf hun grenzen aan als ze bijvoorbeeld niet meer wilden praten. De eerste keren verliep het dus wat stroef, maar daarna ging het beter. Het leuke was dat je de mensen begon te kennen en dat zij jou ook leerden kennen. […] Ik heb veel geleerd en het heeft me veel stof tot nadenken gegeven." (Studente SEW, sociale stage bij Sint-Antonius).
“Dienstencentrum De Wilg is een ontmoetingsplaats waar allerlei activiteiten georganiseerd worden: ontmoetingskansen, sociaal-culturele, vormings- en bewegingsactiviteiten. Ze richten zich vooral op ouderen, maar ook op mensen die het minder goed hebben. […] De begeleidster van het dienstencentrum heeft er echt voor proberen zorgen dat ik de verschillende activiteiten kon bijwonen. Het is leuk om te weten dat je iets ‘bijdraagt’ aan mensen hun leven. Na enkele dagen kenden de mensen mij en ze keken ook effectief uit naar de momenten waarop ik er zou zijn. Een simpele babbel met die mensen doet echt heel veel voor hen en daar haal ik dan zoveel voldoening uit. Ik heb ook vaak situaties gezien die mij raken en bijblijven.” (Studente Sociologie, sociale stage bij Dienstencentrum De Wilg, Willebroek)
Armoede?
Problemen van armoede en sociale uitsluiting zijn geen ver-van-ons-bed-shows die af en toe ten tonele verschijnen in kranten en journaals. Het zijn dagelijkse onrechten overal ter wereld en dus ook in ons welgesteld landje. Relatief gemeten, leeft 12% van de Belgen in armoede. Dit betekent dat meer dan 1 op 10 gezinnen, en 1 op vijf kinderen, onvoldoende middelen hebben om mee te draaien in onze samenleving. Armoede is echter meer dan enkel een inkomensprobleem, het is een woekerende draaikolk die allerlei essentiële behoeftes zoals gezondheid, huisvesting, cultuurparticipatie, arbeid en sociale participatie belemmert. Mensen in armoede moeten voortdurend vechten tegen de bierkaai, voor rechten die voor anderen zo vanzelfsprekend zijn als dagelijks beleg. Daarom hebben ze tegelijkertijd een ongekende veerkracht om met dit kluwen van problemen om te gaan. Deze gezinnen, volwassenen, kinderen, en bovenal mensen, leven ook bij jou om de hoek. Het is belangrijk dat deze problematiek niet verdoken achter die hoek blijft zitten, maar dat het een gezicht krijgt waardoor mensen niet langer onverschillig kunnen blijven.