Clarissenklooster
Het gebouw straalt rust en soberheid uit
Het Clarissenklooster in Oostende werd ontworpen door de Belgische architect Paul Felix. Hij staat bekend om zijn brutalistische ontwerpen met een sterk gevoel voor harmonie tussen interieur en exterieur. De bouw van het klooster begon in 1957 en werd voltooid in twee fases, waarbij de uitbreiding in 1967 volgde. Gelegen aan de rand van Oostende, straalt het gebouw rust en soberheid uit, passend bij de ingetogen levensstijl van de zusters.
De structuur van het klooster bestaat uit een gelijkvloers met daarboven op twee plaatsen een extra verdieping waar de slaapvertrekken van de zusters zich bevinden. Kenmerkend voor het gebouw zijn de betonnen platen voor de fundering en het dak, en de doorlopende ramen van vloer tot plafond. Dit ontwerp benadrukt het open karakter van het gebouw en creëert ‘schijven’ in de gevel die de illusie geven dragende kolommen te zijn. De bakstenen schijven, zichtbaar aan zowel de buitenkant als binnenkant, lijken dragende ‘kolommen’.
In het klooster vormt de kapel een sterk contrast met de strakke lijnvoering van de buitenmuren. De gebedsruimte onderbreekt de ritmiek van de gevels en creëert een unieke vormentaal door het trapeziumvormige dak met vierkante vloerplaat. In deze kapel wordt het dak gedragen door betonnen kolommen die zorgen voor een sterk contrast met de rest van het klooster.
Studenten 3e bachelor
- Ooms Senne, Rousseau Elena, Thomeer Nikolaas, Vanes Niels (groepsnummer 21)
- Ozhan Ural, Scheers Margot, Tormans Joppe, Van Gastel Maud (groepsnummer 22)
