Kerncompetenties van de master communicatiewetenschappen
1. De master kent de grondbegrippen en theorieën van maatschappelijke, organisatorische en interpersoonlijke communicatie en kan de stand van de wetenschappelijke discussie beschrijven.
2. De master is in staat om op een zelfstandige en systematische manier bronnen en onderzoeksliteratuur over een specifiek communicatiewetenschappelijk vraagstuk te verzamelen en kritisch te verwerken.
3. De master onderkent de communicatieve en mediale dimensies van maatschappelijke en beleidsmatige problemen en hun mogelijke oplossing, op micro- en macrovlak (mondiaal).
4. De master kan zowel schriftelijk als mondeling, via visuele of multimediale technieken doeltreffend communiceren en dit zowel op interpersoonlijk als op groeps-, organisatie- en massamediaal niveau.
5. De master heeft inzicht in de aard, de problemen en de mogelijkheden van kwantitatieve en kwalitatieve onderzoeksmethoden en kan de voornaamste methoden en technieken van waarneming en bewijsvoering binnen de communicatiewetenschappen hanteren.
6. De master kan de belangrijkste fasen (productie, verspreiding, gebruik) en de voornaamste modi van communicatie, mediatypen en mediasystemen binnen de samenleving beschrijven en relateren aan de politieke, sociale, culturele en economische functies en inbedding ervan.
7. De master kent de historische en epistemologische achtergronden van de communicatiewetenschap en haar bevindingen.
8. De master beschikt over multiculturele geletterdheid. De master heeft een positieve attitude en gefundeerde kennis om op een humane en creatieve wijze te functioneren in multiculturele samenlevingen en werkomgevingen en in multidisciplinaire contexten.
9. De master kan de complexe ethische aspecten van communicatief handelen in de samenleving onderscheiden.
Competenties die specifiek zijn voor de specialisatieclusters “Strategische Communicatie”, “Media en Creatieve Industrieën”, of “Media, Technologie en Maatschappelijke Verandering”:
10. De master heeft een grondige kennis van de grondbegrippen, theorieën, bevindingen, wetenschappelijke discussies, methoden en technieken binnen een specialisatiedomein en kan deze herkennen, identificeren en definiëren.
11. De master heeft het inzicht om communicatieproducten te beoordelen vanuit een specialisatiedomein en te plaatsen binnen het ruimere mediaveld. De master bezit de competentie om communicatiemiddelen te ontleden, te vergelijken en te evalueren.
12. De master kan kritisch reflecteren over het wetenschappelijke veld binnen een specialisatiedomein: de master is in staat wetenschappelijke teksten te beoordelen door kritiek te formuleren op concepten, methodes en analyses.
13. De master kan kritisch reflecteren over communicatiefenomenen vanuit een specialisatiedomein: de master is in staat maatschappelijke fenomenen te beoordelen vanuit een wetenschappelijke invalshoek en kan weloverwogen standpunten innemen in actuele debatten.