Kerncompetenties van de bachelor in de industriële wetenschappen: elektronica-ICT

In de bachelor industriële wetenschappen: elektronica-ICT staan de volgende doelstellingen centraal.

Algemene competenties

Technology expert

1. De bachelor kan een gestructureerd ingenieursprobleem benaderen op basis van internationaal actueel-wetenschappelijke kennis en technologische knowhow van de eigen discipline.

2. De bachelor kan bestaande kennis en technologie toepassen in een concreet ingenieursprobleem, en handelt daarbij met oog voor realisme en efficiëntie (ingenieursattitude).

3. De bachelor kan een gestructureerd ingenieurstechnisch duurzaam ontwerp van de eigen discipline systematisch en nauwgezet uitwerken, rekening houdend met duidelijke randvoorwaarden.

4. De bachelor heeft een overzicht over meerdere ingenieursdisciplines, kent de basisprincipes ervan en kan ze toepassen op eenvoudige problemen.

Researcher

5. De bachelor kan doelgericht wetenschappelijke informatie en bestaande onderzoeksresultaten verzamelen en verwerken.

6. De bachelor kan nauwgezet onderzoek creatief concipiëren, plannen en uitvoeren en daarbij gepaste, eenvoudige methoden selecteren.

7. De bachelor lost eenvoudige ingenieurstechnische problemen op vanuit een kritische, onderzoekende houding en kan gemaakte keuzes verantwoorden.

Teamworker

8. De bachelor kan in de opleidingstaal verbaal, schriftelijk en grafisch communiceren over het eigen vakgebied met vakspecialisten in een multidisciplinair team; kent de terminologie van het vakgebied in de meest relevante vreemde taal.

9. De bachelor beschikt over de sociale en communicatieve vaardigheden om een rol op te nemen als lid van een team.

10. De bachelor bezit de nodige basisvaardigheden om projectmatig te werken als teamlid.

Citizen

11. De bachelor beschouwt het eigen handelen in een globale internationale context, met aandacht voor economie, maatschappelijke context, ecologie, ethiek en veiligheid.

Specifieke kerncompetenties elektronica-ICT

12. De bachelor beheerst de basiskennis uit het domein van de elektronica en signaalverwerking waaronder de principes van hardwareontwerp, digitale signaal- en beeldverwerking, interfacing, sensoren, input/ouput-devices, meetmethodes en kan deze toepassen rekening houdende met functionele en niet-functionele vereisten.

13. De bachelor beheerst de basiskennis uit het domein van de softwareontwikkeling waaronder de principes van datastructuren, algoritmes, koppeling van hardware en software, programmeerprincipes, software-ontwerptechnieken en kan deze toepassen rekening houdende met functionele en niet-functionele vereisten.

14. De bachelor beheerst de basiskennis uit het domein van de communicatie- en netwerktechnologie waaronder de principes van netwerkstructuren, protocollen, koppeling van (embedded) hardware-componenten, communicatieprincipes, communicatie-ontwerptechnieken en kan deze toepassen rekening houdende met functionele en niet-functionele vereisten.

15. De bachelor kan de verworven basiskennis uit andere domeinen waaronder wiskunde, fysica, chemie, bouwkunde, elektromechanica toepassen in combinatie met zijn/haar kennis van elektronica, signaalverwerking, softwareontwikkeling en communicatie- en netwerktechnologie.

16. De bachelor kan alle basiskennis uit de voorgaande domeinen combineren en integreren om een eenvoudig hardware/software-systeem met gekende, beheersbare randvoorwaarden te ontwerpen en/of te realiseren.