Ontwerp­wetenschappen

Voorbij grenzen naar een circulaire gebouwde omgeving

Making the Circular Built Environment a Reality: A Call for Collaboration – public debate

Dinsdag 12 december 19:00 - 21:00
Hof Van Liere, F. De Tassiszaal
Prinsstraat 13, Antwerpen

De Onderzoeksgroep Henry Van de Velde (HvdV) van de Universiteit Antwerpen en de Circular Built Environment Hub (CBE Hub) aan de Technische Universiteit Delft slaan de handen in elkaar. Beide groepen werken al meer dan tien jaar op circulariteitsthema's en overstijgen systematisch grenzen en disciplines. Hun doel is om een regeneratieve circulaire gebouwde omgeving tot stand te brengen. Vandaag zien ze in beide landen vergelijkbare inzichten naar boven komen. Op 12 december gaan ze hierover in debat met het brede publiek. 

Wat mag je verwachten:

  • bespreken en uitwisselen van ideeën over hoe te werken met de bijbehorende complexiteit rond waardeketens en ruimtelijke impact
  • ontleden van de problematiek in hanteerbare kansen, stappen en routekaarten en kijken over (lands)grenzen heen om oplossingsrichtingen en concrete acties te duiden
  • leren van elkaars perspectieven, in welke rol dan ook: fabrikant, constructeur, onderzoeker, beleidsmaker, ontwerper, ontwikkelaar, eigenaar of gebruiker van de gebouwde omgeving

Achtergrond bij het event

De CBE Hub heeft onlangs een verklaring uitgebracht over barrières in huidig Nederlandse beleid om transitiemechanismen systematisch aan te pakken. Drie barrières werden gespecificeerd voor gezamenlijk onderzoek:  

 - Ruimtelijke consequenties en impact van circulariteit zijn een blinde vlek. 
- Implementatie en opschaling van circulaire initiatieven ontbreekt. 
- Integratie van en synergiën tussen waardeketens blijven onderbelicht.  

Vanuit Vlaams perspectief worden die barrières herkend. Tot nu toe werd de stand van zaken voor circulariteit gemonitord langs de lijnen van macro-economische statistieken over materiaal input/output en consumptie. Er wordt echter steeds meer erkend dat voor een eerlijke en effectieve beoordeling veel meer nodig is dan dat. Een recent rapport over de onderliggende processen op meso- en microniveau stelde onder andere dat: 

- Bebouwde gebieden breiden zich nog steeds uit ten koste van natuurlijke grond en habitats van wilde dieren. 
- Er worden meer nieuwe grondstoffen opgegraven voor de bouwsector dan er secundaire grondstoffen worden geleverd via de recyclingroutes. 
- Down-cycling, dus verlies van materiaalkwaliteit in de recyclingroute, is een gangbare praktijk. 
- De huidige focus op materiaalstromen en duurzame strategieën is te beperkt en niet afgestemd op fundamentele verschuivingen in economisch denken (als kern van het CE-concept). 
- De huidige indicatoren met betrekking tot CE van gebouwen en woningen schieten tekort en aspecten worden slecht gemeten. Bovendien ontbreken gegevens over de samenstelling van bouwmaterialen, processen aan het einde van de levensduur en de effecten van gebouwen en woningen op de samenleving. 

De evaluaties van Vlaanderen en Nederland laten veel overlappingen en parallellen zien, met als overkoepelende conclusie dat de huidige inspanningen niet volstaan en de samenwerking tussen alle maatschappelijke partners versterkt moet worden om de doelen voor 2030 en 2050 te halen. Om de obstakels te overwinnen, moeten onderzoek en onderwijs op het gebied van de circulaire gebouwde omgeving zich blijven richten op het systemische karakter van deze transitie en het feit dat instellingen, organisaties en individuen allemaal moeten samenwerken. Deze samenwerking is cruciaal voor het bedenken van circulaire toekomsten en het co-creëren van de waarden die we veilig moeten stellen of verder moeten realiseren. Veel over de circulaire economie is misschien nog onzeker, maar de noodzaak van technische, organisatorische en sociale innovatie is een algemeen aanvaard feit.