Onderzoeksgroep

Vertrouwen in de Governance van Maatschappelijke Transities (GOVTRUST). 01/01/2026 - 31/12/2031

Abstract

Vertrouwen in governance is essentieel voor een goed functionerende samenleving. Dit geldt evenzeer in het licht van grote maatschappelijke uitdagingen, die dit vertrouwen steeds meer onder druk zetten en wantrouwen aanwakkeren. Daarom is het cruciaal om te begrijpen hoe vertrouwen wordt gecreëerd door succesvolle governance. Het is daarnaast net zo belangrijk om te erkennen dat vertrouwen zelf ook een fundamentele voorwaarde is voor succesvolle governance. Voortbouwend op eerder werk van GOVTRUST over vertrouwen en multi-level governance, focust het nieuwe GOVTRUST-onderzoeksprogramma op vertrouwen en wantrouwen in de governance van maatschappelijke transities. Zo zal GOVTRUST belangrijke interdisciplinaire bijdragen leveren aan de literatuur rond zowel vertrouwen als de governance van transities. De hedendaagse governance van de samenleving wordt steeds meer geconfronteerd met onzekere en disruptieve uitdagingen die elk onderdeel van onze samenleving beïnvloeden. Maatschappelijke uitdagingen, zoals klimaatverandering en digitalisering, vormen zeer complexe, onderling verbonden en multidimensionale problemen die gezamenlijke inspanningen vereisen van publieke, private en non-profit actoren, en van individuele burgers. Om deze complexe uitdagingen het hoofd te bieden, zijn grote maatschappelijke transities - d.w.z. systemische veranderingen en doelbewuste aanpassingen in het functioneren van de samenleving - noodzakelijk. Het standaard governance-repertoire is er tot op heden niet in geslaagd om dergelijke succesvolle transities teweeg te brengen: bv. onderhandelingen zijn geblokkeerd op verschillende bestuursniveaus, regelgevende en beleidskaders zijn sterk omstreden, rigide en niet in staat om in te spelen op wetenschappelijke vooruitgang. Daarom is een heroverweging van de governance cruciaal, zowel wat betreft de governance-arrangementen en -processen die nodig zijn om collectieve beslissingen te nemen, als wat betreft de capaciteiten en gedragingen van organisaties en individuen op verschillende bestuursniveaus. Vertrouwen is een fundamentele voorwaarde voor het goed functioneren van dergelijke complexe governance-systemen. Hoewel de literatuur en ons eigen GOVTRUST-onderzoek hebben aangetoond dat een zekere mate van wantrouwen tussen actoren binnen een governance-systeem in specifieke gevallen functioneel kan zijn, wijzen herhaaldelijke berichten over vertrouwensbreuken op significante problemen. Wanneer vertrouwen verdwijnt en/of wantrouwen toeneemt, komt de samenwerking in het gedrang, waardoor een succesvolle governance van maatschappelijke transities moeilijk te realiseren is. Op hun beurt zullen de daadwerkelijke responses (of het gebrek daaraan) van die governance-systemen op grote maatschappelijke uitdagingen het vertrouwen van burgers in die systemen beïnvloeden. Daarom zal GOVTRUST zich richten op vertrouwen en wantrouwen in en binnen de governance van transities. De globale doelstelling van GOVTRUST is het begrijpen en analyseren van de dynamieken, oorzaken en effecten van vertrouwen en wantrouwen in en binnen de governance van maatschappelijke transities. Vermits interdisciplinaire samenwerking cruciaal is om deze doelstelling te realiseren, brengt GOVTRUST sterke onderzoeksteams samen uit politieke wetenschappen, bestuurskunde, rechten, communicatiewetenschappen, sociologie, organisatiegedrag en leerwetenschappen. Met zijn unieke capaciteit en ervaring kan GOVTRUST conceptuele en theoretische innovatie genereren, mede door geavanceerde methoden te combineren die interdisciplinariteit en de betrokkenheid van maatschappelijke actoren vooropstellen. Op deze manier zal het GOVTRUST-consortium voortbouwen op zijn verworven expertise om belangrijke wetenschappelijke doorbraken en substantiële maatschappelijke impact te genereren met betrekking tot vertrouwen in de governance van maatschappelijke transities, terwijl het zijn internationale positie en de zichtbaarheid van UAntwerpen verder consolideert en versterkt.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Lichaam en geest in interactie: Onderzoeksinfrastructuur voor psychofysiologische sensortechnologie en toepassingen. 01/06/2022 - 31/05/2026

Abstract

Dit project is gericht op het ontdekken en ontwikkelen van nieuwe toepassingen van state-of-the-art psychofysiologische sensortechnologieën (gebruik makend van computationele en AI-technieken) om mensen uit verschillende doelgroepen te helpen werken, leren en ontspannen in onze moderne samenleving. Daarbij zorgen we voor een zinvolle en verantwoorde wijze van tracking. Om dit te bereiken is ons consortium voldoende interdisciplinair samengesteld. Dit vereist goed uitgeruste labo-infrastructuur voor het uitvoeren van gedrags- en psychofysiologische experimenten en (bijna) continue psychofysiologische tracking in levensechte contexten. De gevraagde onderzoeksinfrastructuur maakt een flexibele wisselwerking mogelijk tussen exploraties van beloftevolle indicatoren in een labo-setting en het nagaan van de robuustheid in realistische, ecologische contexten, en weer terug.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Het Antwerp Social Lab (tASL). 01/01/2022 - 31/12/2026

Abstract

Het Antwerp Social Lab is in 2018 ontstaan uit de samenwerking MIOS en EDUBRON aan de faculteit Sociale Wetenschappen. Het bundelt de expertise, netwerken en een portfolio van onderzoeksprojecten waarin een grote verscheidenheid aan state-of-the-art psychofysiologische en gedragsmatige onderzoeksmaatregelen worden ingezet. Hoewel sociaalwetenschappelijk onderzoek typisch steunt op zelfrapportage als een manier om gegevens van individuen te verzamelen, laten psychofysiologische en gedragsmethodes toe om meer directe, spontane en continue reacties te verkrijgen. Dit maakt meer verfijnde en aanvullende inzichten mogelijk in complexe menselijke processen zoals aandacht, leren en geheugen, die van belang zijn voor allerhande soorten educatieve en communicatiegebieden. Bovendien zijn nauwkeurige en valide affectieve metingen noodzakelijk voor het veelbelovende AI-gebied van "affective computing", waarbij een individuele of groepsgebaseerde affectieve en cognitieve toestand wordt ingevoerd in technologische systemen die zich vervolgens dienovereenkomstig aanpassen, waardoor een optimale ervaring of doeltreffendheid mogelijk wordt. Het Antwerp Social Lab beschikt momenteel over state-of-the-art infrastructuur zoals eye-tracking om aandacht en cognitieve verwerking te bestuderen en electrodermale activiteit (zweetreacties), facial EMG (activatie van gelaatsspieren) en hartslag om affectieve processen zoals stress en interesse vast te leggen. Op thematisch vlak heeft het Antwerp Social Lab zich toegespitst op de toepassing van deze psychofysiologische en gedragsmethoden op menselijke interacties in interpersoonlijke en gemedieerde contexten, over een brede waaier van toepassingsdomeinen (samenwerking, leren, strategische communicatie, mediagebruik en -effecten). Het Antwerp Social Lab heeft de sterke ambitie om op te schalen en zijn expertise verder open te stellen voor andere groepen, faculteiten en externe partners door onderzoek te faciliteren, advies te geven en samen te werken. We zijn ervan overtuigd dat onderzoek in het Antwerp Social Lab essentiële en momenteel onderbelichte gebruikersinzichten kan bieden in de context van acceptatie, ervaring en adoptie van een brede waaier aan innovaties en technologieën binnen verschillende wetenschappelijke domeinen, en zo bij te dragen aan urgente maatschappelijke en economische uitdagingen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

FWO sabbatsverlof 2021-2022 (Prof. P. Van Den Bossche). 01/10/2021 - 30/09/2022

Abstract

De doelstellingen van dit sabbatical leave situeren zich binnen en dragen bij aan mijn jarenlange onderzoekslijn naar teamleren. Dit onderzoek heeft tot doel te begrijpen hoe teams meerdere perspectieven en rijke probleemconceptualisatie kunnen toevoegen aan complexe problemen door de kennisdeling en -ontwikkeling die teamleren met zich meebrengt te bestuderen. Ik zal dit sabbatsverlof gebruiken om ons onderzoek naar teamleren te versnellen met de volgende aandachtspunten: (1) ontwikkeling van een dynamisch teamleermodel, dat de keuzes in meting en analyse schetst en begeleidt; (2) de dynamische interactie tussen teamleren en leiderschap in teams bestuderen. (3) Een methodologie voorstellen om stress op teamniveau en de relatie met teamleren en teamleiderschap te analyseren. Dit zal gebeuren door het uitvoeren van een review, lab- en veldonderzoek. Ook de verdere uitbouw van ons Antwerp Social lab, incubator van onderzoeksdesigns zoals verkend in deze sabbatical, is een expliciet doel. De drie onderzoeksbezoeken die gepland zijn, maken samenwerking mogelijk met onderzoekers van onderzoeksgroepen die complementaire expertise bieden met betrekking tot de drie focusgebieden (vb. leiderschap, procesmaatregelen, dynamische conceptualisaties, EDA, ...). Ook bieden ze toegang tot twee gerenommeerde sociale wetenschappen lab

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

BOF Sabbatsverlof 2021-2022 - Piet Van den Bossche. 01/10/2021 - 30/09/2022

Abstract

De doelstellingen van dit sabbatical leave liggen binnen en dragen bij aan mijn jarenlange onderzoek naar teamleren. Dit onderzoek heeft tot doel te begrijpen hoe teams meerdere perspectieven en rijke probleemconceptualisering kunnen brengen bij complexe problemen door de kennisdeling en -ontwikkeling te bestuderen die teamleren met zich meebrengt. Ik zal dit sabbatical leave gebruiken om ons onderzoek naar teamleren te versnellen met de volgende aandachtspunten: (1) ontwikkeling van een dynamisch teamleermodel, dat de keuzes in meting en analyse schetst en begeleidt; (2) de dynamische interactie tussen teamleren en leiderschap in teams bestuderen. (3) Een methodologie voorstellen om stress op teamniveau en de relatie met teamleren en teamleiderschap te analyseren. Dit zal gebeuren door middel van een review, lab en veldonderzoek. Ook de verdere ontwikkeling van ons Antwerp Social Lab, incubator van onderzoeksontwerpen zoals onderzocht in deze sabbatical, is een expliciet doel. De drie geplande onderzoeksdoelen maken samenwerking mogelijk met onderzoekers van onderzoeksgroepen die complementaire expertise bieden met betrekking tot de drie foci (bv. Leiderschap, procesmaatregelen, dynamische conceptualisaties, EDA, ...). Ze bieden ook toegang tot twee gerenommeerde labo's voor sociale wetenschappen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Kwaliteitsvol duaal leren: ondersteunen van leren tijdens het werk. 01/05/2021 - 30/04/2023

Abstract

Het Provinciaal Onderwijs Antwerpen loopt voorop om het tekort aan technisch geschoolden aan te pakken. Hiertoe zet het sterk in op het op het aanbieden van kwalitatieve duale leerwegen. De uitdaging is om leren effectief te integreren in de werkomgeving. Vragen die hierbij naar voren komen hebben te maken met de pedagogiek van deze leeromgeving: Hoe richten we praktijksituaties in die het leren optimaal faciliteren? Welke ondersteuning reiken we aan? En wat vraagt dit van de leerling of cursist zelf? Dit project levert inzichten en praktische instrumenten voor elk van deze elementen .

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Een verhaal van twee processen. De dynamische interactie tussen emoties en cognitieve verwerking bij het leren van teksten. 01/01/2020 - 31/12/2023

Abstract

In dit project willen we onderzoeken of en hoe door het integreren van 'narratieven' in didactische teksten de verwerking van informatie kan worden geoptimaliseerd via het dynamische samenspel tussen emotionele en cognitieve processen en daardoor kan leiden tot de gewenste leerresultaten. De eerste doelstelling van dit project is het ontwikkelen van valide en betrouwbare dynamische metingen van emotionele processen tijdens het lezen van teksten, vertrekkend van een multi-methode benadering (combinatie van zelfrapportage en luidop denken met eye-tracking en psychofysiologische maten). Voortbouwend op de bevindingen van de eerste onderzoeksfase, is de tweede doelstelling van het project het bestuderen van de dynamische wisselwerking tussen cognitieve en emotionele processen tijdens de verwerking van teksten waarbij (in verschillende formaten) gebruik gemaakt wordt van narratieve elementen. De derde doelstelling is om te onderzoeken hoe de dynamische wisselwerking tussen cognitieve en emotionele processen bij het lezen van teksten een impact heeft op de leeruitkomsten.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Evalueren om beter te worden: ontwikkelen en toepassen van een evaluatie-methodologie op de periodieke training van professionele chauffeurs. 01/09/2019 - 31/12/2022

Abstract

Dit project evalueert de impact en effectiviteit van periodieke trainingsprogramma's voor chauffeurs. In welke mate leiden deze tot observeerbare gedragsveranderingen tijdens het werk. Ook willen we de aspecten van de omgeving identificeren die transfer van deze training verhinderen en wat kan gedaan worden om deze transfer te optimaliseren.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderwijsproject
  • Onderzoeksproject

Teams onder druk: dynamiek van stress en informatieverwerking. 01/10/2017 - 30/09/2021

Abstract

In veel situaties worden teams van experten gezamenlijk verantwoordelijk gemaakt om snel en accuraat te reageren op kritische situaties. Voorbeelden zijn commando-en controle teams tijdens crisissituaties, management teams, of pilotenteams. Het belang van effectief teamwerk is evident in deze situaties. Dus is er een sterke behoefte om te begrijpen welk gedrag en vermogen een rol spelen in deze teams bij het oplossen van problemen van groot belang en onder tijdsdruk, terwijl de beschikbare informatie complex en ambigu is. Wat grotendeels buiten beeld gebleven is bij het bestuderen van deze teams, is de specifieke invloed van stress. Dat wil niet zeggen dat de 'druk' niet erkend werd, maar het werd meestal gezien als een contextuele factor. Slechts zelden is onderzocht hoe stress van impact is op de processen die men onderzoekt in teams. Enkel continue meting van stress tijdens het teamwerk kan inzicht verschaffen in de dynamiek van stress in deze teams en de relatie met informatieverwerking. Het huidige projectvoorstel beschrijft onderzoek dat gebruik maakt van het meten van fysiologische indicatoren van stress via draagbare sensors in de context van teamwerk. Dit laat toe dat we inzicht kunnen krijgen in die dynamiek van stress en informatieverwerking. Hiertoe zal dit onderzoek zowel kwantitatieve als kwalitatieve methodologieën toepassen om deze relatie te bestuderen. We starten met valideringswerk in sterk gecontroleerde lab-studies om daarna studies uit te voeren die gradueel meer ecologisch valide zijn.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Leerstrategieën in sociale en informele leercontexten.00 01/01/2017 - 31/12/2021

Abstract

Tijdens de eerste twee jaar zal het netwerk zich focussen op het conceptueel integreren van de sociale component van leren binnen de bestaande theoretische modellen van leerstrategieën (RQ1). Eveneens wordt hierbij ingegaan op de hieraan gerelateerde meetvraagstukken (RQ3) en worden resultaten van empirische studies verkend. In het derde en vierde jaar staat zowel het theoretisch als empirisch onderzoek naar leerstrategieën in informele leercontexten centraal (RQ2). Hierbij wordt ook de mogelijke meerwaarde in kaart gebracht van de inzet van verschillende meetmethoden en technieken in het empirisch onderzoek van leerstrategieën in informele leercontexten (RQ3).

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Inschatten van arbeidsrijpheid en arbeidsbereidheid. 15/12/2016 - 30/06/2017

Abstract

Dit onderzoeksproject wil bijdragen aan een verdere conceptualisatie en operationalisering van de begrippen arbeidsrijpheid en arbeidsbereidheid in de nieuwe context van duaalleren in Vlaanderen. Dit is noodzakelijk zodat deze functioneel kunnen zijn in de toekomstige werking van duaalleren, zowel voor het nemen van beslissingen als het ultbouwen van begeleidingstrajecten voor jongeren. Dit onderzoek zal een antwoord formuleren op de vragen: 1) wat betekent het om arbeidsrijp (-bereid) te zijn? En 2) aan welke eisen moet een instrument voldoen? De ontwikkellng van dit kader zal gebeuren op basis van onderzoek naar nationale (o.a. ESF projecten) en internationale cases en de ervaringen van sleutelspelers in Vlaanderen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Effectiviteit van teams die onder 'spanning' staan. Het meten van team stress via fysiologische signalen. 01/04/2016 - 31/03/2017

Abstract

Dit onderzoeksvoorstel richt zich op de toepassing van het meten van fysiologische markers van stress via draagbare sensoren in de context van teamwerk. Dit maakt het onderzoek mogelijk van effecten van veranderingen in stress op het kennisdelen in teams die onder druk staan.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Zalmproject. Deeltijdsonderwijs - volwassenonderwijs. 01/01/2016 - 31/12/2017

Abstract

De nota duaal leren van de Vlaamse Overheid geeft aan dat jongeren arbeidsrijp en arbeidsbereid dienen te zijn om zich via de leerweg 'duaal leren' te kwalificeren. Daarnaast wordt gesteld dat de klassenraad en de trajectbegeleider samen een niet-bindend advies dienen te geven over de arbeidsrijpheid van elke jongere die in aanmerking komt voor een arbeidsgerichte opleiding. In het licht hiervan vraagt het provinciaal onderwijs Antwerpen een instrument dat de klassenraad kan ondersteunen bij deze beslissing.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Ontwikkelen of afwikkelen? Hoe scholen omgaan met onderpresterende leraren. 01/01/2015 - 31/12/2018

Abstract

De bevindingen van vier decennia schooleffectiviteitsonderzoek tonen aan dat de kwaliteit van leraren meer bijdraagt tot het verklaren van variatie in leerlingprestaties dan school- en klaskenmerken (zoals sociale compositie). Dit houdt in dat de leerlingresultaten van onderpresterende leraren over het algemeen minder stijgen dan die van effectieve leraren. Cumulatieve effecten van ineffectieve leraren worden omschreven als alarmerend en meetbaar over meerdere jaren in de schoolloopbaan van leerlingen. (Representatieve) gegevens over het aantal onderpresterende leraren in het Vlaamse onderwijs zijn niet beschikbaar. Bovendien is er, ook internationaal, weinig bekend over de manier waarop scholen omgaan met onderpresterende leraren. De huidige kennisbasis slaagt er niet in om gedegen conceptueel en empirisch werk te presenteren omtrent hoe scholen (kunnen) omgaan met slecht presterende leraren. Naast het beschrijven van de kenmerken en het voorkomen (i.e. aandeel in de lerarenpopulatie) van onderpresterende leraren richt deze studie zich op het verklaren van verschillen in de manier waarop scholen omgaan met onderpresterende leraren. Om te doorgronden welke processen van betekenis zijn, is het van cruciaal belang om te begrijpen dat de reactie van de school(leider) contextspecifiek is. Om deze variatie volledig vast te leggen, bouwen we verschillende soorten 'onderpresteren' en een breed scala aan strategieën om ermee om te gaan in het conceptueel kader in. Daarnaast erkennen we dat (onder)presterende leraren zijn ingebed in een sociale context. Daarom onderscheiden we twee groepen van (ondersteunende en belemmerende) factoren, met name schoolcultuur- en leiderschapskenmerken. Een zorgvuldig ontworpen multi-methode benadering staat gerant voor het beantwoorden van de vooropgestelde onderzoeksvragen. De ecologische validiteit van het conceptuele kader wordt gegarandeerd op basis van een literatuurstudie en een Delphi-studie. In het kwantitatieve deel van de empirische onderzoeksfase worden schriftelijke vragenlijsten afgenomen in een representatieve steekproef van 80 Vlaamse basisscholen. Naast dit survey-onderzoek, worden 6 case studies opgezet met het oog op het verzamelen van kwalitatieve gegevens omtrent hoe scholen omgaan met onderpresterende leraren. De gegevens worden verzameld met behulp van logboeken en semi-gestructureerde diepte-interviews. Daarnaast zal ook een netwerkanalyse-benadering de inzichten in de bestudeerde processen verrijken.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

STEM(sters), verhogen van de instroom naar STEM-sectoren via aangepast taalgebruik in vacatures en studiebrochures. 01/04/2014 - 30/09/2015

Abstract

Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds KdG. UA levert aan KdG de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Dood hout of onaangeboorde expertise? Intergenerationeel kennismakelaarschap in scholen. 01/01/2014 - 31/12/2017

Abstract

De groeiende uitstroom van oudere werknemers op de Europese arbeidsmarkt maakt van het behouden van kennis van medewerkers die dicht bij hun pensioen staan een belangrijk kenmerk van succesvolle scholen. Terwijl oudere leerkrachten door sommigen worden omschreven als 'dood hout' en als medewerkers met weinig potentieel argumenteren anderen dat de impliciete en expliciete kennis van deze werknemers onderschat wordt en te weinig aangeboord. De huidige wetenschappelijke kennisbasis slaagt er vooralsnog niet in conceptueel en empirisch inzicht te verschaffen over de manier waarop scholen maximaal kunnen profiteren van de kennis van leerkrachten die op het punt staan uit te stromen. Het concept 'Intergenerationeel kennismakelaarschap' richt zich op het faciliteren van kennisdeling tussen behoeften en aanbod over generaties. Naast het beschrijven van de huidige processen en resultaten van intergenerationeel kennismakelaarschap in scholen onderzoekt deze studie hoe verschillen in intergenerationeel kennismakelaarschap kunnen verklaard worden. Een onderscheid tussen drie sets van beïnvloedende factoren wordt daarbij naar voren geschoven: individuele leraarkenmerken, teamkenmerken en schoolkenmerken. Een zorgvuldig ontworpen multi-methode benadering staat gerant voor het beantwoorden van de vooropgestelde beschrijvende, conceptuele en verklarende onderzoeksvragen. De ecologische validiteit van het conceptuele kader wordt gegarandeerd op basis van een literatuurstudie en een Delphi-studie. In het kwantitatieve deel van de empirische onderzoeksfase worden schriftelijke vragenlijsten afgenomen in een representatieve steekproef van 80 Vlaamse secundaire scholen. Naast dit survey-onderzoek, worden 6 diepgaande case studies uitgevoerd in vakwerkgroepen in secundaire scholen met het oog op het verzamelen van kwalitatieve gegevens over intergenerationeel kennismakelaarschap tussen leraren die bijna met pensioen gaan en de andere leraren. De gegevens worden verzameld met behulp van logboeken en semi-gestructureerde diepte-interviews. Daarnaast zal ook een netwerkanalyse-benadering de inzichten in kennismakelaarschap over generaties verrijken.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

ROEM-project. 01/04/2013 - 31/03/2016

Abstract

Het ROEM-project wil bedrijven en werknemers ondersteunen om ontwikkelingsinitiatieven af te stemmen op de noden van de organisatie en het individu en om kwalitatieve en effectieve ontwikkelingsinitiatieven uit te bouwen die de doelstelling ondersteunen. Het project moet groepen van dienstverlenende organisaties op de Vlaamse arbeidsmarkt versterken in hun vermogen om doelgroepen van werkenden en bedrijven of niet-werkende beter te bedienen met behulp van een innovatief instrument. Het gaat hierbij om diensten die passen binnen de beginselen inzake actieve arbeidsmarkt en sociale inclusie.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Audit en rapportering Expertisenetwerk voor Cultuureducatie (KEN). 01/11/2012 - 31/12/2014

Abstract

UA levert aan KEN de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Leren boven de maat: maatwerk in leren: naar een hoger leerrendement via het synchroniseren van professionalisering op het leercompetentieprofiel van kenniswerkers. 01/09/2012 - 31/08/2013

Abstract

Het doel van het project is het leerrendement van formele professionaliseringsactiviteiten in bedrijven en organisaties te verhogen door de daarin gehanteerde werkvormen af te stemmen op de leercompetentieprofielen van deelnemers. Het project wil, op basis van onderzoek, een kwaliteitsvol, valide en betrouwbaar instrumentarium ontwikkelen.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project website

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Werkplekleren binnen formele onderwijstrajecten 01/01/2012 - 31/12/2012

Abstract

Zowel onderzoek als beleid benadrukken het belang van werkplekleren binnen formele onderwijstrajecten. Echter, beiden erkennen ook dat ons begrip beperkt is van wat kwaliteitsvol werkplekleren inhoudt. Er kan veel gewonnen worden als we zicht kunnen krijgen op wat de specificiteit van werkplekleren is. Tevens dient er zicht te komen op wat de succesfactoren zijn voor het vormgeven van werkplekleren. Recentelijk zijn door ons data verzameld rond beide zaken. We hebben onderzocht hoe toekomstige ingenieurs verschillen in hun cognitieve en regulatieve leer-activiteiten tijdens stages. Daarnaast hebben we ook onderzoek gevoerd rondom de ontwikkeling van een instrument voor het bepalen, begeleiden en evalueren van competenties bij werkplekleren. Het doel van het huidige project is om dit onderzoek te valoriseren. Deze activiteiten leiden tot publicaties in internationale tijdschriften.

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject

Ontwikkeling methodiek competentiebepaling werkplekleren. 15/03/2011 - 15/07/2011

Abstract

Dit project vertrekt vanuit een theoretisch raamwerk dat de integratieve componenten van de ontwikkeling van beroeps- en professionele expertise beschrijft en heeft de ontwikkeling van een methodiek van competentiebepaling voor werkplekleren tot doel. Het onderzoek loopt in verschillende fasen. In een eerste fase wordt het analysekader verder uitgewerkt. Een tweede fase bestaat uit een opportuniteitsonderzoek en een oplijsting en analyse van voorbeeldmaterialen. In een laatste fase wordt de methodologie uitgewerkt

Onderzoeker(s)

Onderzoeksgroep(en)

Project type(s)

  • Onderzoeksproject