Onderzoeksgroep
Expertise
- Wetenschappelijk advies over sociale ongelijkheid, armoede en sociale uitsluiting - Wetenschappelijk advies over stedelijke ontwikkeling en beleid - Wetenschappelijk advies over ruimtelijke beleid
Vertrouwen in de Governance van Maatschappelijke Transities (GOVTRUST).
Abstract
Vertrouwen in governance is essentieel voor een goed functionerende samenleving. Dit geldt evenzeer in het licht van grote maatschappelijke uitdagingen, die dit vertrouwen steeds meer onder druk zetten en wantrouwen aanwakkeren. Daarom is het cruciaal om te begrijpen hoe vertrouwen wordt gecreëerd door succesvolle governance. Het is daarnaast net zo belangrijk om te erkennen dat vertrouwen zelf ook een fundamentele voorwaarde is voor succesvolle governance. Voortbouwend op eerder werk van GOVTRUST over vertrouwen en multi-level governance, focust het nieuwe GOVTRUST-onderzoeksprogramma op vertrouwen en wantrouwen in de governance van maatschappelijke transities. Zo zal GOVTRUST belangrijke interdisciplinaire bijdragen leveren aan de literatuur rond zowel vertrouwen als de governance van transities. De hedendaagse governance van de samenleving wordt steeds meer geconfronteerd met onzekere en disruptieve uitdagingen die elk onderdeel van onze samenleving beïnvloeden. Maatschappelijke uitdagingen, zoals klimaatverandering en digitalisering, vormen zeer complexe, onderling verbonden en multidimensionale problemen die gezamenlijke inspanningen vereisen van publieke, private en non-profit actoren, en van individuele burgers. Om deze complexe uitdagingen het hoofd te bieden, zijn grote maatschappelijke transities - d.w.z. systemische veranderingen en doelbewuste aanpassingen in het functioneren van de samenleving - noodzakelijk. Het standaard governance-repertoire is er tot op heden niet in geslaagd om dergelijke succesvolle transities teweeg te brengen: bv. onderhandelingen zijn geblokkeerd op verschillende bestuursniveaus, regelgevende en beleidskaders zijn sterk omstreden, rigide en niet in staat om in te spelen op wetenschappelijke vooruitgang. Daarom is een heroverweging van de governance cruciaal, zowel wat betreft de governance-arrangementen en -processen die nodig zijn om collectieve beslissingen te nemen, als wat betreft de capaciteiten en gedragingen van organisaties en individuen op verschillende bestuursniveaus. Vertrouwen is een fundamentele voorwaarde voor het goed functioneren van dergelijke complexe governance-systemen. Hoewel de literatuur en ons eigen GOVTRUST-onderzoek hebben aangetoond dat een zekere mate van wantrouwen tussen actoren binnen een governance-systeem in specifieke gevallen functioneel kan zijn, wijzen herhaaldelijke berichten over vertrouwensbreuken op significante problemen. Wanneer vertrouwen verdwijnt en/of wantrouwen toeneemt, komt de samenwerking in het gedrang, waardoor een succesvolle governance van maatschappelijke transities moeilijk te realiseren is. Op hun beurt zullen de daadwerkelijke responses (of het gebrek daaraan) van die governance-systemen op grote maatschappelijke uitdagingen het vertrouwen van burgers in die systemen beïnvloeden. Daarom zal GOVTRUST zich richten op vertrouwen en wantrouwen in en binnen de governance van transities. De globale doelstelling van GOVTRUST is het begrijpen en analyseren van de dynamieken, oorzaken en effecten van vertrouwen en wantrouwen in en binnen de governance van maatschappelijke transities. Vermits interdisciplinaire samenwerking cruciaal is om deze doelstelling te realiseren, brengt GOVTRUST sterke onderzoeksteams samen uit politieke wetenschappen, bestuurskunde, rechten, communicatiewetenschappen, sociologie, organisatiegedrag en leerwetenschappen. Met zijn unieke capaciteit en ervaring kan GOVTRUST conceptuele en theoretische innovatie genereren, mede door geavanceerde methoden te combineren die interdisciplinariteit en de betrokkenheid van maatschappelijke actoren vooropstellen. Op deze manier zal het GOVTRUST-consortium voortbouwen op zijn verworven expertise om belangrijke wetenschappelijke doorbraken en substantiële maatschappelijke impact te genereren met betrekking tot vertrouwen in de governance van maatschappelijke transities, terwijl het zijn internationale positie en de zichtbaarheid van UAntwerpen verder consolideert en versterkt.Onderzoeker(s)
- Promotor: Verhoest Koen
- Co-promotor: Bursens Peter
- Co-promotor: Oosterlynck Stijn
- Co-promotor: Popelier Patricia
- Co-promotor: Van den Bossche Piet
- Co-promotor: van Zimmeren Esther
- Co-promotor: Walrave Michel
- Co-promotor: Wynen Jan
Onderzoeksgroep(en)
Project website
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Plaatsen en gemeenschappen betrekken bij inclusieve peri-urbane transities (InPUT).
Abstract
Het succes van de 15-minutenstad hangt nauw samen met de implementatie ervan in sterk verbonden stedelijke centra. Duurzame stedelijke transitie moet echter ook andere vormen van Europese verstedelijking adresseren, namelijk de uitgestrekte peri-urbane gebieden waar veel mensen wonen en werken. In deze gebieden zijn de ruimtelijke morfologieën en netwerken niet klaar om de huidige 15 minuten-stad modellen te ontvangen, en overheden en gemeenschappen zijn niet afgestemd op de stedelijke principes ervan. Interventies om de kwaliteit van leven, nabijheid en toegankelijkheid te verbeteren zijn echter hard nodig. InPUT analyseert verschillende peri-urbane types en conceptualiseert plaats-specifieke 15-minuten constellaties die passen bij deze diverse contexten. Om dat te bereiken kijkt het project niet alleen naar ruimtelijke aspecten (TOD, functies, netwerken), maar onderzoekt ook sociale aspecten, namelijk bestuurscapaciteiten, die van invloed zijn op investeringen en prioriteiten, en aspiraties van bewoners, die bepalen welke elementen 'hun' 15-minutenstad vormen en de wenselijkheid van de transformaties. Op basis van een selectie van peri-urbane gebieden in vier landen stelt InPUT, samen met lokale belanghebbenden, een typologische catalogus op van functionele organisatie, mobiliteitsnetwerken, bestuurlijke dynamiek en ervaringen van gemeenschappen. Die kennis wordt vervolgens gebruikt om samen plaatsgerichte ruimtelijke visies en strategische transformaties te ontwerpen die 15-minuten-constellaties mogelijk maken.Onderzoeker(s)
- Promotor: De Block Greet
- Co-promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Gemeenschapsruimte beheren als een stedelijke levenseconomische voorziening.
Abstract
Dit project analyseert het beheer van gemeenschapsruimte als een levenseconomische voorziening in drie Belgische steden. Het zal voorbereidend onderzoek uitvoeren voor de Cities4Life SBO onderzoeksaanvraag, die de politieke en economische kansen en bedreigingen voor de stedelijke levenseconomie in de context van vermarkting en financialisering in kaart brengt. De stedelijke levenseconomie verwijst naar voorzieningen die de basisbehoeften van bewoners lenigen. Concreet wil het project de verschuivingen in het beheer van de stedelijke levenseconomie – in termen van financiering, besluitvorming, regulering en aanbieden - in kaart brengen in Brussel, Antwerpen and Gent.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Het opzetten van leertrajecten en -netwerken voor lokale besturen in de aanpak van online en offline polarisatie, desinformatie en haatspraak (PolarProf).
Abstract
Het PolarProf-project is een driejarig leer- en uitwisselingsproject voor lokale beleidsmakers om expertise op te bouwen en een concrete aanpak te ontwikkelen rond polarisatie, desinformatie en haatspraak. Het project omvat zowel het samenbrengen van bestaand onderzoek, experts en (praktijk)expertise, het opzetten van een digitaal leertraject (modules kennisoverdracht) en het concreet vertalen naar de praktijk (toolkit & actieplan) als het uitwisselen van deze ervaringen voor en tussen gemeenten.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Stad en verandering III: Naar een duurzame integratie van disciplines in stadsstudies.
Abstract
Deze wetenschappelijke onderzoeksgemeenschap vertrekt van twee samenhangende vaststellingen. Enerzijds zijn de maatschappelijke uitdagingen op het stedelijke niveau zelden of nooit zo groot geweest. Terwijl de meest prangende maatschappelijke problemen zich meestal op het stedelijke niveau bevinden, neemt de urbanisering een ongezien hoge vlucht. Anderzijds is het de laatste decennia, naarmate de urbanisering toeneemt, steeds moeilijker geworden om te definiëren wat een stad eigenlijk is en, bijgevolg, hoe ze wetenschappelijk kan worden benaderd. Een bijkomende paradox is dat de problemen waar de stedelijke samenleving mee geconfronteerd wordt, vragen om een interdisciplinaire benadering, terwijl de stad in verschillende disciplines doorgaans op een verschillende manier wordt gedefinieerd. In antwoord daarop zal een brede waaier aan historici, sociologen, geografen, stadsontwikkelaars, architecten en cultuurwetenschappers zich gedurende vijf jaren buigen over de gestelde uitdagingen en zoeken naar nieuwe manieren om de stad in de nabije toekomst adequaat te onderzoeken. Daartoe werden alvast vier brede thema's gedefinieerd waarin de definitie van een stad sowieso heel onduidelijk is en ter discussie staat, namelijk suburbanisering, territorialiteit, stedelijk burgerschap, en stad en kennis. Het laatste thema is gedeeltelijk overkoepelend omdat het de relatie tussen kennisontwikkeling en de stedelijke samenleving centraal stelt. De historische insteek zal prominent aanwezig zijn. We gaan ervan uit dat niet alleen urbanisering maar ook de definiëring van de stad als object van onderzoek (in de verschillende disciplines) enkel maar afdoende kunnen worden begrepen als er aandacht is voor ontwikkelingen in de tijd.Onderzoeker(s)
- Promotor: De Munck Bert
- Co-promotor: De Block Greet
- Co-promotor: Greefs Hilde
- Co-promotor: Oosterlynck Stijn
- Co-promotor: Van Damme Ilja
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
TOD voor inclusieve en duurzame ruraal-urbane regio's (TOD-IS-RUR).
Abstract
TOD-IS-RUR focust op Transit Oriented Development (TOD), met als doel publiek transport te conceptualiseren als ruggengraat voor sociaal inclusieve en duurzame verstedelijking in Europese ruraal-urbane regio's (RURs). Als Europa de transitie wil maken naar inclusieve en duurzame verstedelijkingspatronen, dan is de extensie van TOD naar RURs essentieel, omdat een groot deel van de Europeanen in RURs wonen/werken, en niet enkel in stadskernen. TOD-IS-RUR zet een interdisciplinair, intersectoraal, en internationaal netwerk op, met 9 beneficiaries en 12 partner organisations, die samen expert-level training voorzien in analyse en conceptualisatie van TOD in RURs, aan 10 Early Stage Researchers (ESRs).Onderzoeker(s)
- Promotor: De Block Greet
- Co-promotor: Oosterlynck Stijn
- Co-promotor: Vanoutrive Thomas
- Co-promotor: Verhetsel Ann
Onderzoeksgroep(en)
Project website
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Solidariteit in Diversiteit (SOLiDi)
Abstract
In de afgelopen tien jaar zijn liberale democratieën in Europa door elkaar geschud door de opkomst van nationaal populisme. Dit legt een sterke druk op alle vormen van solidariteit, vooral naarmate ze etnisch-culturele grenzen overschrijden. De steeds succesvollere verovering van het begrip solidariteit door radicaal-rechtse, antiliberale democratische krachten getuigt hiervan. De uitdaging voor Europese democratieën is om de voorwaarden te identificeren waaronder solidariteit in diversiteit kan worden gegenereerd. Om deze dringende uitdaging aan te gaan, ontwikkelt het Europese opleidingsnetwerk "Solidariteit in diversiteit" (SOLiDi) een opleidings- en onderzoeksprogramma dat is gericht op het genereren van solidariteit over culturele grenzen heen, waarbij burgers met verschillende etnisch-culturele achtergronden op specifieke plaatsen in de buurt komen en de praktijken die ze aangaan als uitgangspunt. Voortbouwend op de sterke punten van het interculturalisme paradigma, zal SOLiDi bijdragen met een intersectioneel begrip van hoe plaatsgebonden solidariteitspraktijken beïnvloed worden door diepgewortelde sociale ongelijkheden en ongelijke machtsverhoudingen. SOLiDi brengt daartoe een groep internationale wetenschappers uit de sociologie, geografie en onderwijskunde samen en een breed scala aan niet-academische partners die actief zijn in verschillende sectoren. SOLiDi zal 15 beginnende onderzoekers opleiden in relevante theorieën, onderzoeksmethoden en ethiek en paradigma's van sociale verandering, zoals publieke pedagogiek en beleid en organisatieverandering, om praktijken van plaatsgebonden solidariteit in diversiteit in verschillende geografische, beleids- en organisatorische contexten te bestuderen. Het doel is om een nieuwe visie op solidariteit te formuleren die is aangepast aan superdiverse samenlevingen en om professionals en organisaties beter uit te rusten met adequate en innovatieve instrumenten om solidariteit in diversiteit te faciliteren. De doelstellingen van SOLiDi zijn in lijn met SDG10 "Verminderde ongelijkheden" en maatschappelijke uitdaging 6 'Europa in een veranderende wereld - Inclusieve, innovatieve en reflectieve samenlevingen'.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
- Co-promotor: Clycq Noel
Onderzoeksgroep(en)
Project website
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Een nieuwe frontier in stedelijke beleidsvorm in Europa: op commons geïnspireerde coproductie-arrangementen (COMMONCITY).
Abstract
Er is een nieuwe tendens in opkomst in de stedelijke beleidsvorming van de EU: het aannemen van coproductieregelingen, geïnspireerd door het paradigma van de Commons (CAC). Enkele baanbrekende cases vallen op, zoals de Urban Commons Regulation in Bologna (2014), het Commons Transition Plan in Gent (2017) en het Citizen Assets Program in Barcelona (2017). Deze steden hebben zich aangesloten bij andere steden die soortgelijke regelingen hebben getroffen of momenteel overwegen deze in te voeren. Over het algemeen zijn deze regelingen erop gericht de beslissingsmacht te herverdelen onder de burgers over diensten en hulpbronnen die als essentieel worden beschouwd voor het collectieve welzijn van de stad (bijvoorbeeld openbare gebouwen en ruimten, energie- en watervoorzieningen) door het zelfbeheer van de gemeenschap te bevorderen. Er is voorlopig en toegepast onderzoek naar deze regelingen uitgevoerd, grotendeels op basis van analyses van afzonderlijke casestudy's. Wetenschappelijke, diepgaande en vergelijkende kennis over CAC is echter nog steeds schaars. Door een stedelijke epistemologie toe te passen op het traditionele, op de staat gerichte politieke wetenschappenveld, zal COMMONCITY belangrijke, nuttige en actuele kennis over CAC produceren. Het zal een vergelijkende analyse maken van de i) beleidsmodellen, ii) politieke, sociale en administratieve uitdagingen, iii) de impact op de stedelijke democratie van de onlangs aangenomen CAC in de drie pionierssteden van de EU: Barcelona, Bologna en Gent. Door een op coproductie gerichte benadering van gegevensverzameling en -analyse aan te nemen die de burgerwetenschap zal bevorderen, zal het unieke empirische gegevens opleveren over de variëteiten, het effectieve functioneren en het democratiserende effect van deze arrangementen. De resultaten van COMMONCITY zullen bijdragen aan het wetenschappelijke debat in het brede stedelijke studieveld en specifiek op het gebied van stedelijke democratie, stedelijk bestuur, stedelijke beleidsvorming en stedelijke participatie. Het zal ook beleidsaanbevelingen doen aan verschillende bestuursniveaus, om de adoptie van CAC te bevorderen en de werking en de democratische impact van bestaande en onder-adoptie te verbeteren.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
- Mandaathouder: Bianchi Iolanda
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Verbetering van de stedelijke democratie door middel van op commons gebaseerde coproductieregelingen: een vergelijkend onderzoek in drie gevallen.
Abstract
De legitimatie van liberale Europese democratieën staat onder druk. In de afgelopen decennia groeide bij het maatschappelijk middenveld een gevoel van wantrouwen ten aanzien van de staat/overheidsinstellingen. Er is dus dringend behoefte aan het faciliteren van processen die de democratie kunnen verdienen en het vertrouwen in de staat/overheidsinstellingen kunnen herstellen/vergroten. De implementatie van een stedelijke, participatieve bestuursstructuur die gebaseerd is op zogenaamde 'Coproductiemechanismen naar het Paradigma van de Commons' (CAPC) wordt steeds meer naar gezien als een middel om in deze behoefte te kunnen voorzien. De overkoepelende doelstelling van COMMOCRACY is om te onderzoeken of en hoe deze CAPC-mechanismen – die onlangs in drie verschillende Europese steden werden ingevoerd – de democratie kunnen versterken en de vertrouwensrelatie tussen het maatschappelijk middenveld en de staat/overheidsinstellingen kunnen helpen herstellen. Er zal worden gekeken naar de democratische kwaliteiten van CAPC en de impact die CAPC kan uitoefenen op de herdefiniëring van de relatie maatschappelijke middenveld/overheid. Er zal tevens veel aandacht worden besteed aan de impact die de Covid- 19-crisis heeft gehad op deze relatie en op de herdefiniëring ervan. Er zal gebruik worden gemaakt van een kwalitatieveinterpretatieve onderzoeksmethode op basis van een vergelijkende studie van drie gevallen: de Regulation for the Urban Commons (Bologna), de Citizen Heritage (Barcelona) en het Commons Transitie Plan (Gent). Vanuit zowel een wetenschappelijk, maatschappelijk als beleidsoogpunt zal COMMOCRACY innovatieve resultaten leveren voor de EU door inzichten uit het domein van urban theory te verbinden met de politiek-wetenschappelijke debatten over de rol van democratie.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
- Mandaathouder: Bianchi Iolanda
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Onderzoeks- en ontwikkelingsdiensten op het gebied van rechtvaardige transitie.
Abstract
De publicatie van een rapport ter attentie van de minister en de Belgische instellingen (alle entiteiten) tegen de lente van 2023. Dit rapport zal een antwoord moeten geven op de vraag "hoe de rechtvaardige transitie in België te organiseren en implementeren" en zal worden gepubliceerd als wetenschappelijke bijdrage aan de Nationale Conferentie.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
Project website
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Participatie in kleine en middelgrote steden: ervaringen, uitwisselingen, experimenten (PISTE).
Abstract
PISTE heeft tot doel de kwaliteit van het inburgerings- en integratiebeleid te verbeteren, door de deelname van migranten aan het ontwerp, de implementatie en de evaluatie van integratiebeleid en hun peer assessment in kleine en middelgrote steden te bevorderen. Om dit te doen, betrekt PISTE een partnerschap van 3 academische instellingen, 4 gemeenten en 1 NGO gevestigd in 4 Europese landen. De geplande activiteiten zijn: 1. Ondersteuning van wetenschappelijk onderbouwde beleidsvorming 2. Beleidsmaatregelen delen en beoordelen, startend bij partner- en doelgemeenten en opschalen naar Europees niveau 3. Het bevorderen van burger- en politieke participatie door middel van co-designworkshops waarbij actoren van de kleine en middelgrote gemeenten en het maatschappelijk middenveld betrokken zijn 4. Experimenteren met aangescherpte en herziene lokale maatregelen 5. Het verspreiden van resultaten buiten het partnerschap via meertalige digitale bronnen, het verzamelen van ervaringen en instrumenten voor beleidsinnovatie in Europese kleine en middelgrote gemeenten. De belangrijkste resultaten zullen zijn: 1. Richtlijnen voor de implementatie van integratie- en participatiebeleid in kleine en middelgrote gemeenten 2. Belanghebbenden beoordelingsrapporten over het beleid dat in kleine en middelgrote gemeenten is geïmplementeerd 3. Witboek over de bevordering van de participatie en het activisme van minderheden bij het verwelkomen van gemeenschappen 4. Digitale bronnen (goede praktijken in kleine en middelgrote gemeenten) PISTE zal leiden tot een grotere beschikbaarheid van instrumenten, methoden en modellen die lokaal zijn ontworpen en geïmplementeerd – op maat gemaakt om immigranten erbij te betrekken in kleine en middelgrote gemeenten - en om het aantal immigrantengroepen dat bij het beleidsproces betrokken is, te vermenigvuldigen. Op de korte termijn zullen de begunstigden beleidsmakers zijn die betrokken zijn bij partner- en doelgemeenten, en andere belanghebbenden (bijvoorbeeld belangenbehartigers en immigrantenverenigingen en informele groepen) - schatting aantal: 160; op de middellange termijn zullen beleidsexperimenten en verspreidingsrichtlijnen het mogelijk maken zowel beleidsontvangers onder de immigrantenbevolking (naar schatting n. 750) als andere beleidsmakers (n. 150) te bereiken; website en social media kanalen komen uit op een schatting van 30.000 bezoeken.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Waarde en betekenis van civiel sociaal-cultureel actorschap voor de samenleving.
Abstract
Het sociaal-cultureel werk in Vlaanderen komt vandaag de dag onder steeds grotere druk te staan. Op lagere overheidsniveaus wordt het sociaal-cultureel beleid afgebouwd en op andere niveaus worden vragen gesteld bij de discretionaire ruimte en de rollen van het sociaal-cultureel werk. Steunpunt Socius vraagt een wetenschappelijke onderbouwing van de actuele waarde van sociaal-cultureel actorschap. Het gaat erom zicht te krijgen op het externe perspectief op sociaal-cultureel werk: welke waarden kennen marktspelers, overheden en andere middenveldspelers vandaag de dag toe aan sociaal-cultureel werk? In dit 1,5 jarige onderzoek werken Hiva (KU Leuven) en ARIA (UAntwerpen) samen.Onderzoeker(s)
- Promotor: Gielen Pascal
- Co-promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Bridging the gap: wetenschap en lokaal bestuur op zoek naar antwoorden.
Abstract
Het Hannah Arendt Instituut wil als kennisplatform, valorisatie- en vormingscentrum de brug slaan tussen de academische wereld en de bredere maatschappij. Daarbij richten we ons op thema's die een uitdaging vormen voor onze steeds complexer wordende samenleving zoals stedelijkheid, (super)diversiteit, integratie, gelijkheid, polarisering, radicalisering, sociale cohesie, digitalisering en burgerschap.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
Project website
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Co-creatie van complementaire vormen van sociale ondersteuning door levensbeschouwelijke en seculiere welvaartstaatsinstellingen (SOLIGION).
Abstract
Ons project streeft naar betere vormen van samenwerking en complementariteit tussen levensbeschouwelijke organisaties (FBO's) en seculiere welvaartstaatsinstellingen (WSI's) m.b.t. solidariteit. Dit gebeurt door 1° onderzoek naar de interactie tussen FBO's en WSI's via interdisciplinaire en multi-methode benaderingen en 2° de co-creatie door FBO's én WSI's van nieuwe vormen van lokale sociale ondersteuning. Deze dienen om 1° zowel de potentie als fricties van FBO's te vatten in relatie tot de politieke standaarden van WSI's en 2° essentialistische en dichotome opvattingen te overstijgen en bestaande vormen van onderhandeling en wederzijdse aanpassing te begrijpen. Concreet zal het project de praktijken van lokale sociale ondersteuning door FBO's in vijf steden in kaart brengen (RP1), de interactie tussen FBO's en WSI's vanuit een historische en politiek-filosofische invalshoek onderzoeken (RP2 en RP3) en, via actieonderzoek, nieuwe procedures en werkwijzen creëren gebaseerd op gedeelde inzichten (RP4). Het proces van co-creatie zal in twee met elkaar verbonden werkgroepen plaatsvinden. WG1 zal een concept en pilot produceren voor een dynamische en interactieve sociale kaart en ICT-interface, voortbouwend op bestaande (gefragmenteerde, niet-dynamische en niet-interactieve) sociale kaarten en de resultaten van RP1 (en daarbij tegelijk kwesties van selectie en definitie aanpakken). WG2 zal voortbouwen op de inzichten gegenereerd in het wetenschappelijke gedeelte om educatieve en trainingsmodules te creëren voor 1° vrijwilligers en sociaal werkers, 2° lokale bestuurders en werknemers (van WSI's), 3° trajectbegeleiders die betrokken zijn bij de integratie van nieuwkomers en 4° toekomstige professionele sociaal werkers. Implementatie wordt verzekerd door nauwe samenwerking met organisaties die zich precies op deze groepen richten (en de FBO's zelf) en door de methode van co-creatie, die garandeert dat de resultaten gebaseerd zijn op gedeelde zorgen, inzichten en doelen.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
- Co-promotor: Raeymaeckers Peter
- Co-promotor: Schrooten Mieke
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Participatief en praktijkgericht onderzoek van het Gentse sociale middenveld.
Abstract
De stad Gent wil samen met het lokale sociale middenveld onderzoeken hoe de verhouding tussen lokale overheid en sociale middenveldorganisaties en de verhouding tussen sociale middenveldorganisaties onderling anders en beter georganiseerd en vormgegeven kan worden. De volgende vragen staan centraal. Wat de relatie tussen sociaal middenveld en overheid betreft gaat het om vragen over welke steun en ondersteuning organisaties van de stad verwachten, hoe organisaties administratief minder belast kunnen worden, hoe de lokale overheid over interne schotten heen kan werken en hoe het tot een duidelijke rolverdeling met het middenveld komt. Wat het sociale middenveld zelf betreft, worden vragen naar voor geschoven over de onderlinge afstemming van aanbod en activiteiten en de verhouding tussen vaak kleine zelforganisaties en grote, gevestigde organisaties.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Opstart van een kennisplatform Diversiteit, Stedelijkheid en Burgerschap
Abstract
Het Kennisplatform heeft tot doel wetenschappelijk onderzoek omtrent diversiteit, stedelijkheid en burgerschap te centraliseren en verdere onderzoeksvalorisatie daaromtrent uit te bouwen ism diverse partners uit het werkveld. De figuur van Hannah Arendt en de kritische lezing van haar geschriften zijn hierbij een inspiratie tot het overdenken en het aanpakken van maatschappelijke uitdagingen zoals angst, frustatie en onverschilligheid in een steeds complexer wordende stedelijke samenlevingsrealiteit. Ter verwezenlijking van individueel engagement gekoppeld aan een duurzame samenlevingsopbouw wil het instituut inzetten op vernieuwende kennis over stedelijke democratie, leeromgevingen met ruimte voor experimenten en proeftuinen, nieuwe opvattingen over urgerschapsparticipatie en coproductieve democratie en het opzetten van slimme structuren en levenslang lerende diensten en ervaringen. Dit doen we concreet door: 1/ Het samenbrengen van academia, het professionele werkveld en het brede publiek (netwerkcreatie); 2/ het identificeren van evidence- en practice-based methoden en praktijken die werkzaam, haalbaar en impactvol zijn; 3/ het opzetten van specifieke valorisatie-, vormings- en trainingsprogramma's voor diverse doelgroepenOnderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
Project website
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Milieukwesties en sociale klasse: Een multidimensionale en mixed methods benadering.
Abstract
Dit project onderzoekt de relatie tussen sociale klasse en milieubewustzijn. Milieubewustzijn omvat zowel attitudes over milieukwesties als milieuvriendelijk gedrag. De onderzoeksvraag luidt: "Hoe en waarom verschilt milieubewustzijn bij mensen uit verschillende sociale klassen?" Voorgaand onderzoek is overwegend ééndimensionaal. Ik argumenteer dat een multidimensionaal begrip van zowel sociale klasse als milieubewustzijn nodig is om de complexe relatie tussen beiden te begrijpen. Elke dimensie van milieubewustzijn kan een andere relatie hebben met de verschillende dimensies van sociale klasse. Sociale klasse omvat een economische, culturele, sociale en socio-professionele dimensie. Milieubewustzijn omvat een attitude-dimensie (de ernst van milieuproblemen, hun gevolgen, oorzaken en oplossingen) en een gedragsdimensie (gedragspraktijken en de reden waarom mensen ze uitvoeren). In dit project worden kwantitatieve en kwalitatieve gegevens gecombineerd in een mixed methods onderzoekdesign. Kwantitatief onderzoek zal vaststellen en vergelijken hoe de dimensies van sociale klasse relateren aan de dimensies van milieubewustzijn, gebaseerd op data (n= +/-1500) van de Vlaamse Sociaal-Culturele Verschuiving Survey (2010, 2016, 2017) en de International Social Survey Programme (2010). Kwalitatief onderzoek, gebaseerd op interview data, zoekt naar verklaringen om te begrijpen waarom sociale klasse gerelateerd is aan milieubewustzijn, om zo kwantitatieve bevindingen te verklaren.Onderzoeker(s)
- Promotor: Vandermoere Frederic
- Co-promotor: Oosterlynck Stijn
- Mandaathouder: Geerts Robbe
Onderzoeksgroep(en)
Project website
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Een kritisch perspectief op diversiteit op de werkvloer: discours, praktijken en identiteiten in non-profitorganisaties.
Abstract
Dit onderzoek tracht na te gaan op welke manier non-profit organisaties omgaan met een steeds diverser wordend personeelsbestand. Meer specifiek zal er aandacht worden besteed aan diversiteitsmanagement bij werknemers met een etnisch-culturele achtergrond in verschillende Vlaamse non-profitorganisaties. Hierbij worden twee doelstelling vooropgesteld. Dit onderzoek tracht allereerst vanuit een sociologisch en empirisch perspectief zicht te krijgen op het bestaande discours en de dominante strategieën omtrent diversiteitsmanagement en hoe deze vorm krijgen binnen een bredere structurele en maatschappelijke context. Daarnaast zal er ook aandacht besteed worden aan de perceptie en attitudes van etnisch-culturele minderheden ten aanzien van de bestaande diversiteitsmanagement praktijken. Het finale doel van dit onderzoekproject ten slotte, is het identificeren van strategieën en praktijken die inzetten op competenties en aandacht hebben voor de meerdere identiteiten van etnisch-culturele minderheden.Onderzoeker(s)
- Promotor: Raeymaeckers Peter
- Co-promotor: Oosterlynck Stijn
- Mandaathouder: Elloukmani Sara
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Coördinatie van netwerken voor lokaal integratiebeleid: het belang van relationele kenmerken voor regime performantie en doelbereiking.
Abstract
De integratie van migranten is een complexe maatschappelijke uitdaging waarmee we vandaag geconfronteerd worden. Over zowel de oorzaken als de gevolgen is er onenigheid, maar wat we wel zeker weten, is dat het probleem niet binnen één beleidsdomein, en niet door de overheid alleen kan worden aangepakt. De overheid moet samenwerken met verenigingen en burgers om gezamenlijk een integratiebeleid tot stand te brengen. We vertrekken in dit onderzoek van de veronderstelling dat de doelstellingen van zo'n netwerk van partners tweevoudig zijn. Enerzijds is het de bedoeling om als netwerk standvastig en veerkrachtig te zijn. Het aantal actoren, de relaties tussen die actoren en de wil van actoren om in het netwerk mee te werken, zijn hier van belang. Anderzijds is het de bedoeling om bepaalde impliciete en expliciete doelstellingen te bereiken met het netwerk. In dit onderzoek zal worden nagegaan op welke manier een netwerk gecoördineerd kan worden om de doelstellingen te bereiken. Vijf Vlaamse centrumsteden zullen onderzocht worden. Op basis van documentanalyse, interviews en focusgroep gesprekken zal inzicht verworven worden in het lokaal integratiebeleid en de verhoudingen tussen de betrokken partners. Door middel van een netwerkanalyse zullen de verhoudingen tussen de partners in het lokaal integratiebeleid visueel worden weergegeven. Op basis van deze bevindingen zullen een aantal voorwaarden/goede praktijken op vlak van coördinatie gedetecteerd worden.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Non-profits als voorvechters van maatschappelijke verandering? Een mixed-method onderzoek naar de politieke rol van non-profit organisaties.
Abstract
Non-profitorganisaties (NPO's) hanteren een politieke rol en streven naar maatschappelijke verandering. Onderzoek toont aan dat NPO's op basis van diverse strategieën het beleid trachten te beïnvloeden (Al-Mog Bar & Schmid, 2014). Beleidsbeïnvloeding of advocacy wordt gedefinieerd als het gebruiken van verschillende strategieën en tactieken 'die proberen de beslissingen van een institutionele elite te beïnvloeden ten behoeve van een collectief belang' (Kimberlin, 2010). Aan de andere kant is er, vooral buiten het veld van non-profit onderzoek, veel gereflecteerd over de veranderende aard van de politieke rol van NPO's, waarbij met name wordt verwezen naar leefstijl, deliberatieve en agonistische politiek (Beck, 1997; Fung & Wright, 2001; Mouffe, 2005). Deze literatuur suggereert een mogelijke verschuiving in de strategieën en tactieken van non-profitorganisaties. Deze studie combineert deze twee onderzoekstradities en draagt zo bij tot het wetenschappelijke debat over de politieke rol van NPO's. We identificeren de factoren die ten grondslag liggen aan het engagement in (a) politieke belangenbehartiging en (b) burgerbewustzijn over publieke kwesties, zoals waargenomen door NPO's in Vlaanderen (de noordelijke regio van België). We hanteren een mixed method onderzoek. De kwantitatieve regressieanalyse is gebaseerd op gegevens die zijn verzameld door middel van een survey bij NPO's (N = 496) die op Vlaams niveau actief zijn op het gebied van welzijn, sociale economie en sociaal-cultureel werk. Deze survey was onderdeel van het SBO onderzoek CSI Flanders. Vervolgens willen we onze bevindingen testen en verfijnen door middel van diepte-interviews met NPO-coördinatoren, sociaal werkers en vrijwilligers. Deze studie draagt op twee manieren bij tot non-profit onderzoek. In de eerste plaats put deze studie uit relevante inzichten over de veranderende politieke strategieën van NPO's, buiten het veld van non-profit management, om het begrip van de politieke rol van NPO's te verrijken. Ten tweede komt deze studie tegemoet aan de vraag naar meer mixed method studies op het gebied van non-profit management om de inherente zwakheden van zowel kwantitatieve als kwalitatieve methoden te compenseren.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
- Co-promotor: Raeymaeckers Peter
- Mandaathouder: Carré Björn
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Vrije tijd in een kringetje: hoe kunnen we het vrijetijdsaanbod van de provincie nog beter doen passen in een circulair economisch model.
Abstract
De provincie Antwerpen speelt met haar ruimtelijk aanbod voor vrijetijdsbesteding in op een basisbehoefte (ontspanning, welzijn, gezondheid,…). Dit aanbod 'slim' aanpakken zodat het waarde creëert voor meerdere stakeholders en past binnen het circulair economisch paradigma is de uitdaging van dit onderzoek. Verder bouwend op inzichten uit consumentengedrag, product-service design en sociale wetenschappen, kiezen we voor een onderzoek waarin meerdere stakeholders een duurzaam (planet, profit, people) vrijetijdsbestedingsmodel co-creëren, met een provinciaal domein als case studie.Onderzoeker(s)
- Promotor: Moons Ingrid
- Co-promotor: Du Bois Els
- Co-promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Solidariteit en religie in een moderniserende en post-seculiere context: een historische, politiek-filosofische en sociologische analyse.
Abstract
Ons project vertrekt van de vaststelling, dat wie vandaag uit de boot valt door toenemende globalisering en terugschrijdende welvaartstaten, steeds vaker terugvalt op de solidariteit van geloofsgebonden organisaties. Geloofsgebonden solidariteit blijkt echter vaak haaks te staan op ons huidige intellectuele klimaat, omdat sociale wetenschappers vasthangen aan klassieke ideeën rond solidariteit, waarin solidariteit ontstaat uit specifieke sociale structuren, eerder dan uit persoonlijke motivaties ingegeven door een geloof in God en/of diens woord. Dat is jammer, want deze geloofsgebonden vormen van solidariteit zouden misschien kunnen leiden tot minder berekende en meer belangeloze vormen van solidariteit. Ons onderzoek gaat na of religieuze motivaties en geloofsgebonden solidariteit een antwoord kunnen bieden op de hedendaagse uitdagingen voor solidariteitsmechanismen. RQ1 behelst de vraag of geloofsgebonden visies op en praktijken van solidariteit het toelaten om solidariteit te denken voorbij de logica van de natiestaat. Meer bepaald onderzoeken we hoe religieuze denkbeelden de gemeenschap van 'gevers' en 'ontvangers' vormen. Om een essentialistische kijk op religie te vermijden, focussen we tegelijk ook op de wisselwerking tussen een geloofsgebonden motivatie enerzijds en de seculiere, moderne of moderniserende context anderzijds. RQ2 omvat daarom ook de vraag hoe het profiel van de 'ontvanger' interageert met 'moderne' begrippen zoals 'natuurlijke rechten' (of mensenrechten) en 'universele gelijkheid'. Concreet valt het onderzoek uiteen in twee deelprojecten waarbij geloofsgebonden solidariteit empirisch getoetst wordt aan twee verschillende, historische contexten. Samen geven die subprojecten een op vergelijking gebaseerd antwoord op de vraag in welke context en onder welke voorwaarden (1) nabijheid een rol speelt en/of solidariteitsnetwerken de grenzen van stad en staat overstijgen en (2) een gevoel van dankbaarheid, afhankelijkheid en paternalisme aanwezig is, dan wel eerder emancipatie en zelfredzaamheid van het individu. Methodologisch vertrekt het project vanuit de vaststelling dat sociale wetenschappers niet als neutrale en objectieve waarnemers mogen beschouwd worden. Om te beginnen krijgt de analyse noodzakelijkerwijs ook een normatieve (politiek-filosofische) dimensie, waarbij specifieke vormen van solidariteit afgetoetst worden aan bredere politieke standaarden zoals democratie, mensenrechten en rechtvaardigheid. Het eindresultaat beoogt conceptueel en epistemologisch te zijn. Met het oog daarop herdenkt een derde deelproject solidariteit als concept, door de empirische resultaten uit de andere twee deelprojecten te bekijken door een nieuwe, interdisciplinaire bril. Daarmee creëert het project als geheel een hermeneutische 'dialoog' tussen sociale wetenschappers en hun onderzoeksobject – namelijk de visie en praktijken van de (historische) actoren.Onderzoeker(s)
- Promotor: De Munck Bert
- Co-promotor: Loobuyck Patrick
- Co-promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Food justice en participatief bestuur binnen stadslandbouw. Een beoordeling van het co-creatief ontwerpen van multi-stakeholder bestuursprocessen.
Abstract
Food justice en participatief bestuur binnen stadslandbouw. Een beoordeling van het co-creatief ontwerpen van multi-stakeholder bestuursprocessen. Voedsel is lange tijd afwezig geweest in stedelijk onderzoek. Dit onderzoek benadert voedsel als een stedelijk vraagstuk en focust op participatief bestuur binnen stadslandbouwprojecten en de mogelijke rol ervan in het eerlijker omgaan met voeding. Stadslandbouw wint aan terrein en vormt een uitdaging voor top-down en bottom-up ruimtelijke planningsystemen. Dit onderzoek wil ons inzicht verbeteren in de wijze waarop multi-stakeholder bestuursmodellen kunnen worden vormgegeven met als doel de bijdrage van stadslandbouw aan een eerlijk voedingsbeleid te verbeteren. Het voorgestelde onderzoek bestaat uit drie delen. Het onderzoek start met een beoordeling van state of the art literatuur uit sociale wetenschappen (sociologie en politieke wetenschappen), economische wetenschappen (marketing, menselijk gedrag) en ontwerpwetenschappen (service design, design voor complexe systemen). Alle beïnvloedende parameters worden in kaart gebracht wat resulteert in een digitaal mapping systeem. Het tweede onderzoekgedeelte begint met het in kaart brengen van alle stadslandbouwinitiatieven in Vlaanderen op basis van verschillende variabelen uit de eerste studie.Vervolgens wordt een semi-kwalitatief onderzoek (n=50) opgezet om bestaande Vlaamse stedelijke landbouwinitiatieven op hun succesfactoren en belemmering te evalueren (bv. betrokkenheid van actoren, bijdrage aan eerlijke voedselverdeling, opnemen van beschikbare ruimten,..). Het doel is om inzicht te krijgen in de manier waarop stedelingen en andere stakeholders stadslandbouwprojecten beheren en met welke mechanismen van in- en uitsluitingen ze worden geconfronteerd. Het derde onderzoeksluik is een co-creatief ontwerpproces bestaande uit zeven stappen (alternaties van workshops, veldonderzoek, conceptontwikkeling en concepttesting) dat inzet op het vormgeven aan het beleid en de uitwerking van drie stedelijke landbouwinitiatieven. Het doel is middels een participatieve onderzoeksmethodiek inzicht te krijgen in de complexe dynamiek van bestuursprocessen door co-creatief (gebaseerd op gezamelijke probleemstelling, doelstelling en waardecreatie) interventies op te zetten en te leren van de effecten. De drie studies resulteren in een algemeen raport met aanbevelingen die de bestaande wetenschappelijke literatuur verrijken. In dit kader worden een 4-tal wetenschappelijke publicaties beoogt. Gezien de aard van het onderzoek zullen de resultaat ook gevalideerd en verspreid worden bij een ruimer niet-wetenschappelijk publiek.Onderzoeker(s)
- Promotor: Moons Ingrid
- Co-promotor: Oosterlynck Stijn
- Mandaathouder: Kuyper Thomas
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Updaten van de energiearmoede barometer met EU SILC data 2009 tem 2016.
Abstract
De update van de energie-armoedebarometer gebeurt op basis van de meest recente data van de EU SILC enquête (Study on Income and Living Conditions). De berekeningswijze van de barometer staat beschreven in het volgende rapport: Delbeke, B., Holzhemer, L., Oosterlynck, S. en Meyer, S. (2014) Baromètre de la Précarité Energétique. Méthodologie et détails techniques. Antwerpen: UA-OASeS/Brussel: ULB-CEESE.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
Project website
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Stadslandbouw als alternatief voor klassieke groenstructuren in een verstedelijkte omgeving: economische en ruimtelijke analyse.
Abstract
Onderzoeksdoelstelling: welke economische modellen zijn geschikt om via stadslandbouw de open groene ruimte in een verstedelijkte omgeving op een rendabele manier te onderhouden? Hoe kunnen economisch rendabele groenstructuren ingebouwd worden in een verstedelijkte omgeving?Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
- Co-promotor: Moons Ingrid
Onderzoeksgroep(en)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Expertenopdracht LABO Ruimte Stedelijk systeem kust - ontwerpend onderzoek naar transformaties van de bebouwde omgeving in de kustzone.
Abstract
'Stedelijk Systeem Kust' is een ontwerpend onderzoek naar mogelijke transformaties van de bebouwde omgeving in de Belgische kustgemeenten en aanpalende hinterlandgemeenten, om te komen tot een robuust stedelijk systeem.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Literatuuronderzoek naar buurttypologieën en buurteffecten.
Abstract
Al decennialang proberen beleidsmakers en sociale organisaties via ingrepen op buurtniveau bewoners betere levenskansen te bieden, de samenhang in de samenleving te verhogen en/of de leefomgeving te verbeteren. Een van de cruciale uitgangspunten voor buurtgerichte interventies is de idee dat er 'buurteffecten' bestaan. Een buurteffect betekent dat de kenmerken van een buurt (bv. voorzieningenniveau, imago, aanwezige sociale netwerken) onafhankelijk van iemands persoonlijke kenmerken (bv. scholingsniveau, beroep van ouders) een impact hebben op de levenskansen van haar bewoners. In dit eerste inleidende deel zullen we uitleggen waarom onderzoekers en beleidsmakers de buurt als een potentieel belangrijk niveau van analyse en interventie zien. De buurt vertelt ons iets over de sociale ongelijkheid die verscholen zit achter ruimtelijke ongelijkheid en het effect daarvan op de levens kansen van mensen. Ze is echter ook een platform voor gemeenschapsvorming. In het tweede deel van dit rapport gaan we dieper in op de wetenschappelijke inzichten rond buurt effecten.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
Project website
Project type(s)
- Onderzoeksproject
GIStorical Antwerp II. De historische stad als labo voor stedelijk onderzoek door middel van sociaal-ruimtelijke kaarten op huishoudniveau.
Abstract
In een samenleving waarin het grootste deel van de wereldbevolking in steden woont, staat de ontwikkeling van lange-termijnperspectieven op de ecologische, sociale, economische en politieke uitdagingen inherent aan stedelijkheid, hoog op de internationale onderzoeksagenda. De samenwerking van historici, sociologen, milieu- en literatuurwetenschappers in GISTorical Antwerp II vormt de historische stad Antwerpen om tot een digitaal labo voor lange-termijnonderzoek naar stedelijkheid. Vijf eeuwen stedelijke ontwikkeling tussen 1584en 1984 worden gevat in acht digitale sociale kaarten op het micro-niveau van het individuele huishouden. De bouw zet in op publieksparticipatie via 'crowd sourcing', maar ook op de ontwikkeling van nieuwe digitale technieken (Linear Referencing, Named Entity Recognition). Eens dit framework operationeel is, kunnen andere datasets (van bouwdossiers tot Google Books) onmiddellijk gekoppeld én sociaal en ruimtelijk gecontextualiseerd worden. Lange-termijnsonderzoek naar stedelijkheid in al zijn vormen en diversiteit aan individuele ervaringen en trajecten, krijgt zo een geheel nieuwe dimensieOnderzoeker(s)
- Promotor: Soens Tim
- Co-promotor: Blondé Bruno
- Co-promotor: De Block Greet
- Co-promotor: Greefs Hilde
- Co-promotor: Kestemont Mike
- Co-promotor: Loots Ilse
- Co-promotor: Oosterlynck Stijn
- Co-promotor: Stabel Peter
- Co-promotor: Van Damme Ilja
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Het updaten van de energiearmoede barometer met EU SILC data 2012, 2014, 2015.
Abstract
De update van de energie-armoedebarometer gebeurt op basis van de meest recente data van de EU SILC enquête (Study on Income and Living Conditions). De berekeningswijze van de barometer staat beschreven in het volgende rapport: Delbeke, B., Holzhemer, L., Oosterlynck, S. en Meyer, S. (2014) Baromètre de la Précarité Energétique. Méthodologie et détails techniques. Antwerpen: UA-OASeS/Brussel: ULB-CEESE.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Solidariteit in diversiteit: gemeenschap, plaats en burgerschap.
Abstract
This scientific research network will stimulate inter-disciplinary and cross-national dialogue around the appropriate theoretical and methodological tools to study innovative forms of solidarity in diversity. On the one hand, we will critically question the 'loss of community argument' by re-examining the potential of classical sociological theories to come up with alternative sources of solidarity in diversity and by exploring how cultural differences can be bridged through democratic learning, community building and pedagogical interventions. On the other hand, we will investigate a more dynamic understanding of 'citizenship as practice' and the related importance of places as sites for the everyday negotiation of diverse subjects' claims. As such, the scientific research community will be structured around two inter-related and interdisciplinary themes: 1.) learning solidarity through community building and 2.) practicing citizenship in place.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Civil Society Innovation in Flanders- investigating and designing new models of social (CSI-Flanders).
Abstract
Het wetenschappelijke doel van CSI Flanders is om de veranderende omgeving waarin CSOs functioneren in kaart te brengen, en om de impact van die veranderingen te analyseren en evalueren op drie niveaus: de relatie CSO-burger, de relatie CSO-overheid, en het interne functioneren van CSOs. Daarnaast willen we innoverende praktijken van dienstverlening en politiek werk identificeren en analyseren. Uit de wetenschappelijke stand van zaken blijkt voornamelijk de volgende evoluties waargenomen kunnen worden die impact hebben op de bovenstaande drie niveaus: de trends naar 'managerialisme', instrumentalisering, decentralisatie en depolitisering (in de relatie met overheden), het toegenomen consumentisme, de (super)diversiteit, de individualisering en de depolitisering (in de relatie met burgers). Voor wat betreft het interne functioneren stellen we toenemende hybridisering van rollen functies vast, druk op de missie en strategie, en de toenemend roep naar innovatief management.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Actualisering visiematrix van de stadsmonitor.
Abstract
Deze opdracht heeft als doel om de visiematrix van Vlaamse stadsmonitor te actualiseren door: - Na te gaan of de matrixvorm valabel blijft om een visie over een leefbare en duurzame stad in beeld te brengen; indien de matrixvorm niet valabel blijkt te zijn, wordt een aangepaste vorm uitgewerkt; - Na te gaan of de intenties en de bekommernissen nog beantwoorden aan de huidige visie over een leefbare en duurzame stad; indien nodig, worden intenties en bekommernissen geschrapt of wordt de formulering aangepast; - Na te gaan welke nieuwe ontwikkelingen in steden niet opgenomen zijn in de intenties en de bekommernissen; indien nodig, deze opnemen.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Buiten-Stad: het 'suburbane karakter' als verwezenlijking van plaats-eigenheid (casus: Antwerpen, c.1860-c.1940).
Abstract
Dit project bevraagt hoe en waarom plaatsen verschillend zijn van elkaar, en welke de sociale consequenties hiervan zijn doorheen de geschiedenis. Vertrekkend van sociologie van plaatsen en actor-network conceptualisering, willen wij zeven vergelijkbare suburbs rond Antwerpen bestuderen (Wijnegem, Wommelgem, Borsbeek, Mortsel, Edegem, Wilrijk en Hoboken) om te bepalen hoe en waarom een veelheid van elementen om diverse redenen gaan samenklitten en een specifieke plaats-eigenheid of 'suburbaan karakter' scheppen. Vervolgens bevragen wij hoe zulke suburbane eigenheid gestructureerd en aangepast wordt doorheen de tijd volgens een pad-afhankelijk traject. We zullen deze vragen empirisch onderzoeken tussen c.1860-c.1940 door gebruik te maken van historische data en bronnen die inzage geven rond het macro, meso en micro niveau van de samenleving.Onderzoeker(s)
- Promotor: Van Damme Ilja
- Co-promotor: Oosterlynck Stijn
- Mandaathouder: May Laura
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
De onzichtbare stad in kaart gebracht. Ruimtelijke manifestaties van sub-Saharisch Afrikaanse diaspora in de middelgrote stad in Europa (case-study België).
Abstract
Terwijl de migratie van sub-Sahara Afrika naar Europa omnipresent is in de media, met honderden migranten die wekelijks in boten op Lampedusa aankomen, lijkt de aanwezigheid van Afrikaanse migranten in Europese steden bijna onzichtbaar. Dit onderzoeksvoorstel streeft naar het visualiseren van de 'onzichtbare' ruimtes die door de sub-Sahara Afrikaanse migranten in secundaire of 'middelgrote steden' in België worden bezet. De focus ligt op de plaatsen die bewoond of dagelijks worden gebruikt door Afrikaanse migranten, zoals het huis, de kerk of de winkel. Aangezien Afrikaanse migranten voornamelijk bestaande gebouwen in de stad bezetten, zal dit onderzoek laten zien hoe ze deze gebouwen hebben getransformeerd en toegeëigend. Dit wordt gedaan door middel van een gedetailleerde studie van de buiten- en binnenkant van de gebouwen, waarbij aandacht wordt besteed aan zowel de fysieke aspecten als het gebruik van de gebouwen. Om beter te begrijpen hoe Afrikaanse migranten gebruik maken van gebouwen in Belgische steden en ze transformeren, kijken we ook naar vergelijkbare praktijken in hun landen van herkomst, maar ook in andere Europese landen waar ze gezinnen of economische contacten hebben. Dit onderzoek zal ook de locatie van de gebouwen in de stad laten zien om te kijken of de vestigingspatronen van sub-Saharese Afrikaanse migranten verschillen van meer gevestigde immigrantengroepen, zoals Turkse of Marokkaanse mensen. Tenslotte zullen we nagaan in hoeverre Afrikaanse migranten, los van enige overheidsinterventie, hebben bijgedragen aan de vernieuwing van de stad door de vervallen gebouwen te bezetten en te upgraden.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Het updaten van de energiearmoede barometer in 2015.
Abstract
Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de opdrachtgever. UA levert aan de opdrachtgever de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Migratie en de politiek van stedelijk burgerschap: contrasterende configuraties van macht.
Abstract
Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek-Vlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
- Mandaathouder: Van Puymbroeck Nicolas
Onderzoeksgroep(en)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Steun voor de consolidatie van het Belgische platform tegen energiearmoede .
Abstract
Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds KBS. UA levert aan KBS de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Generatie en gender energy-armoede: realiteit en sociaal beleid (2GENDERS).
Abstract
Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de federale overheid. UA levert aan de federale overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Besturen van stedelijke diversiteit: creëren van sociale samenhang, sociale mobiliteit en economische prestaties in hedendaagse hypergediversifieerde steden (DIVERCITIES).
Abstract
Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
- Co-promotor: Dierckx Danielle
- Co-promotor: Verschraegen Gert
Onderzoeksgroep(en)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
Project website
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Diversiteit en Gemeenschapsvorming (DieGem).
Abstract
Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds IWT. UA levert aan IWT de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Project website
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Energie-armoede en energie-efficiëntie.
Abstract
Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de Vlaamse overheid. UA levert aan de Vlaamse overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Migratie en de politiek van stedelijk burgerschap: een vergelijkende analyse van vier Belgische steden (1974-2012).
Abstract
Dit project betreft fundamenteel kennisgrensverleggend onderzoek gefinancierd door het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek-Vlaanderen. Het project werd betoelaagd na selectie door het bevoegde FWO-expertpanel.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
- Mandaathouder: Van Puymbroeck Nicolas
Onderzoeksgroep(en)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Stad en stadsregio: de samenhang in de ruimtelijke ontwikkeling van Antwerpen en de Kempen, 1950-1990.
Abstract
Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de Provincie Antwerpen. UA levert aan de Provincie Antwerpen de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Armoedebestrijding in Europa: het sociaal beleid en innovatie (IMPROVE).
Abstract
Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds EU. UA levert aan EU de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.Onderzoeker(s)
- Promotor: Oosterlynck Stijn
- Co-promotor: Verschraegen Gert
Onderzoeksgroep(en)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Steunpunt Ruimte - Duurzame Ruimte Vlaanderen (2012-2015).
Abstract
Dit project kadert in een onderzoeksopdracht tussen enerzijds UA en anderzijds de Vlaamse overheid. UA levert aan de Vlaamse overheid de onderzoeksresultaten genoemd in de titel van het project onder de voorwaarden zoals vastgelegd in voorliggend contract.Onderzoeker(s)
- Promotor: Coppens Tom
- Promotor: Oosterlynck Stijn
- Co-promotor: Coppens Tom
- Co-promotor: Meire Patrick
- Co-promotor: Oosterlynck Stijn
Onderzoeksgroep(en)
- Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
- Centrum voor Onderzoek naar Ecologische en Sociale verandering (CRESC)
- Onderzoeksgroep voor Stadsontwikkeling
Project type(s)
- Onderzoeksproject
Stad en verandering. De Stad als object van studie in een historisch licht.
Abstract
Deze wetenschappelijke onderzoeksgemeenschap vertrekt van twee samenhangende vaststellingen. Enerzijds zijn de maatschappelijke uitdagingen op het stedelijke niveau zelden of nooit zo groot geweest. Terwijl de meest prangende maatschappelijke problemen zich meestal op het stedelijke niveau bevinden, neemt de urbanisering een ongezien hoge vlucht. Anderzijds is het de laatste decennia, naarmate de urbanisering toeneemt, steeds moeilijker geworden om te definiëren wat een stad eigenlijk is en, bijgevolg, hoe ze wetenschappelijk kan worden benaderd. Een bijkomende paradox is dat de problemen waar de stedelijke samenleving mee geconfronteerd wordt, vragen om een interdisciplinaire benadering, terwijl de stad in verschillende disciplines doorgaans op een verschillende manier wordt gedefinieerd. In antwoord daarop zal een brede waaier aan historici, sociologen, geografen, stadsontwikkelaars, architecten en cultuurwetenschappers zich gedurende vijf jaren buigen over de gestelde uitdagingen en zoeken naar nieuwe manieren om de stad in de nabije toekomst adequaat te onderzoeken. Daartoe werden alvast vier brede thema's gedefinieerd waarin de definitie van een stad sowieso heel onduidelijk is en ter discussie staat, namelijk suburbanisering, territorialiteit, stedelijk burgerschap, en stad en kennis. Het laatste thema is gedeeltelijk overkoepelend omdat het de relatie tussen kennisontwikkeling en de stedelijke samenleving centraal stelt. De historische insteek zal prominent aanwezig zijn. We gaan ervan uit dat niet alleen urbanisering maar ook de definiëring van de stad als object van onderzoek (in de verschillende disciplines) enkel maar afdoende kunnen worden begrepen als er aandacht is voor ontwikkelingen in de tijd.Onderzoeker(s)
- Promotor: De Munck Bert
- Co-promotor: De Block Greet
- Co-promotor: Greefs Hilde
- Co-promotor: Oosterlynck Stijn
- Co-promotor: Van Damme Ilja
Onderzoeksgroep(en)
Project type(s)
- Onderzoeksproject